14.6 en 14.7

• Levensbeschouwing
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

14.6 Samenleving

Verbondenheid in levensbeschouwing:

• Jodendom
  
• Islam
  
• Christendom
  
• Baha’í
  

14.7 Relatie met God

Welk beeld hebben mensen van God?

• Jodendom
• Christendom
• Islam 
• Ietsisme

Wat weet je nog van de vorige les ...

Twee stellingen:
1. Christelijk huwelijk is een heilig verbond
2. Voor moslims is het huwelijk de enige manier om een gezin te stichten

1. Beide stellingen zijn waar
2. Beide stellingen zijn niet waar
3. Alleen stelling 1 is waar
4. Alleen stelling 2 is. waar

Welke uitspraak is niet waar?

1. Op een henna-avond, staat de henna als een krachtbron
2. De sadaq zorgt ervoor dat er makkelijk gescheiden wordt.
3. Nikkah kan thuis of in de moskee plaatsvinden.
4. Een sacrament is een heilige handeling waarin God tot mensen komt.

Twee stellingen:
1. Rooms-katholiek en Protestants huwelijk zijn allebei christelijke huwelijken.
2. Bij Protestants huwelijk is het burgerlijk huwelijk het echte huwelijk. Daarover wordt Gods zegen gevraagd in de kerk.

1. Beide stellingen zijn waar
2. Beide stellingen zijn niet waar
3. Alleen stelling 1 is waar
4. Alleen stelling 2 is waar

14.6 Samenleving

Doelen:

1. Je bent je bewust van je eigen vooroordelen.

2. Je weet wat superdiversiteit is en je kunt voorbeelden noemen.

3. Je hebt inzicht in wat de mensen binnen het Jodendom, de Islam en het Christendom samenbindt.

De volgende stelling is op mij van toepassing:
Als iemand er totaal anders uitziet of gedraagt als ik....

maakt mij dat nieuwsgierig en wil Ik er meer over weten.

vind ik er eigenlijk wel wat van en dat beïnvloedt mijn benadering.

ga ik er uit mezelf niet zo snel op af.

Ben ik geneigd om er grapjes over te maken met mijn vrienden

Hufterigheid: Onbeschoft, respectloos gedrag, vaak gericht tegen andere mensen in de samenleving.

Superdiversiteit

Een situatie waarin er in een samenleving een grote verscheidenheid aan culturen, etniciteiten en achtergronden aanwezig is, vaak als gevolg van migratie.De oorspronkelijke bevolking is de meerderheid niet meer, er zijn enkel heel veel verschillende minderheden, die intern ook divers zijn.

Verschillende groepen in onze samenleving

Als je bij een groep hoort leidt dat tot....

Verbondenheid in geloof

Geloof kan leiden tot verbondenheid doordat het een gemeenschappelijke basis biedt voor mensen, zoals gezamenlijke overtuigingen, waarden en rituelen.

Begrippen blz. 78 en 79:

Jodendom

Diaspora: De verspreiding van een volk over verschillende landen, meestal buiten het oorspronkelijke thuisland.

Pogroms: Gewelddadige aanvallen op minderheden, vooral Joden, waarbij huizen en winkels worden vernield en mensen gedood of verwond.

Shoah: De systematische vervolging en vernietiging van zes miljoen Joden door nazi-Duitsland tijdens de Tweede Wereldoorlog (ook bekend als de Holocaust).

Islam

Oemma: De gemeenschap van moslims wereldwijd, die zich verenigd voelen door hun geloof.

Kalief: De leider van de islamitische gemeenschap na de dood van de profeet Mohammed.

Hadith: Verhalen over de uitspraken en handelingen van de profeet Mohammed, die een belangrijke bron van islamitisch recht en ethiek vormen.

Christendom

Vaticaan: Het centrale bestuurscentrum van de Rooms-Katholieke Kerk, gelegen in Rome, en de zetel van de paus.

Eucharistie: Het christelijke sacrament waarin brood en wijn worden gedeeld als symbool van het lichaam en bloed van Christus.

Wereldraad van Kerken: Een internationale organisatie die kerken van verschillende christelijke denominaties samenbrengt om gezamenlijk op te trekken in christelijke eenheid en maatschappelijke kwesties.

Bahá'i

Bahá’í-godsdienst: Een religie die gelooft in de eenheid van alle religies en de gelijke waarde van alle mensen, met een focus op wereldvrede en gerechtigheid.

Progressieve openbaring: Het idee in de Bahá'í-godsdienst dat religieuze waarheid geleidelijk wordt geopenbaard door verschillende profeten over de tijd.

diaspora

Shoah

Pogroms

Kalief

Kalifaat

Atatürk

Hadith

Eucharistie

Vaticaan

14.7 Relatie met God

Lesdoelen:

1.  Je weet wat een metafoor is.

2. Je kunt een aantal metaforen noemen over God.

3. Je kunt iets vertellen over het godsbeeld van verschillende levensbeschouwingen.

Welk antwoord is voor jou het meest passend?

Er bestaat geen God of een hogere macht

Er is een God waar je als mens contact mee kan hebben

Er moet iets zijn, maar ik weet niet wat

Anders....

Hoe zag God eruit
toen jij op de
basisschool zat?

Metaforen

 Een manier om iets te vergelijken

Jodendom

• De naam van God wordt niet uitgesproken
  
• God is niet mannelijk en niet vrouwelijk
  
• Geen lichamelijke vorm
  
• "Ik ben die er zijn zal", 
  
• De Eeuwige
  

Begrippen:

Mitswot: Een lijst met voorschriften  (geboden en verboden)  die God volgens de gelovige Joden hen via de Thora gaf.

Sjechina: De aanwezigheid van God in de wereld.

JHWH: De afkorting voor de naam van God in het Jodendom, vaak uitgesproken als Jahweh of Jehovah, en wordt als te heilig beschouwd om uit te spreken.

Christendom

Persoonlijke relatie met God

Wie Jezus kent, kent God

Als je je zonden erkent en in Jezus gelooft

is contact met God mogelijk 

Islam

• Contact met God door 
  

onderhouden van geboden

• God openbaart zich door Schepping en Koran
  
• God is niet geschapen en is éen (deelt zichzelf niet)
  
• Absoluut trancedent
  
•  99 namen
  

Begrip

Transcendent:  God staat buiten ons begrip en de wereld; is groter dan alles wat wij kunnen zien of begrijpen.

Ietsisme

Natuurverschijnselen roepen op tot het geloof dat er meer moet zijn.

Iets dat het alledaagse overstijgt.

Al het levende met elkaar verbindt.