FormaToets H8.3 en H8.4

De geluidssterkte geeft aan hoe hard het geluid is dat een geluidsbron produceert.
A
Juist
B
Onjuist
1 / 17
next
Slide 1: Quiz
Mens & NatuurMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes.

Items in this lesson

De geluidssterkte geeft aan hoe hard het geluid is dat een geluidsbron produceert.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 1 - Quiz

This item has no instructions

Amplitude zegt wat over de:

Frequentie zegt wat over de:

Geluidssterkte meten we in:
 
Frequentie meten we in:
Speel de begrippen naar de juiste plek.
Amplitude
Trillingstijd
Hertz
Decibel
Toonhoogte
Geluidssterkte

Slide 2 - Drag question

De amplitude is de hoogte van de trilling en zegt iets over hoe hard het geluid is (geluidssterkte). Dit wordt gemeten in decibel. 
De trillingstijd is de tijd van één trilling, hoe groter de trillingstijd, hoe kleiner de frequentie. 
Frequentie geeft informatie over de toonhoogte (hoe groter, hoe hoger) en wordt gemeten in Hertz. 

Welk geluid is het zachtst?
A
a
B
b
C
c
D
niet te zeggen

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

De ______________ is de geluidssterkte waarbij je het geluid nog net hoort.

Als je over de ______________ heen gaat hoor je het geluid nog, maar het doet zeer aan je oren.
Sleep het juiste woord naar de open plek in de zin.
gehoordrempel
pijngrens

Slide 4 - Drag question

This item has no instructions

Of je door een bepaald geluid gehoorschade oploopt kan afhangen van...
A
Hoe hard een geluid is.
B
Hoe ver je van een geluid af staat.
C
Hoe oud je bent.
D
Hoelang je aan een geluid wordt blootgesteld.

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Waardoor kan gehoorschade ontstaan?
A
Door geluiden vanaf 60 dB.
B
Door geluiden vanaf 60 Hz
C
Door geluiden vanaf 80 dB.
D
Door vanaf 8000 Hz

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Kan gehoorschade genezen?
A
Ja
B
nee

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Op welke kun je maatregelen nemen tegen geluidshinder?
A
Bij de bron.
B
Bij de ontvanger.
C
Tussen bron en ontvanger.

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Waarmee meet je de geluidssterkte?
Let op! Schrijf 1 woord op.

Slide 9 - Open question

This item has no instructions

In welke eenheid wordt de geluidssterkte gemeten?
A
Hz
B
A
C
V
D
dB

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

De geluidssterkte wordt aangegeven in dB(A).
De A geeft aan dat rekening is gehouden met:

A
de geluidsdrempel
B
het menselijk gehoor
C
het volume van lage tonen
D
het volume van hoge tonen

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Op de plaatjes zie vier situaties die met geluid te maken hebben.
Zet de juiste geluidssterkte onder elk plaatje.

20 dB
30 dB
80 dB
140 dB

Slide 12 - Drag question

alles goed 3 punten
2 goed - 2 punten
1 goed 1 punt
Sleep de vormen van geluidsoverlast bestrijden naar de goed plek. 
Bij de bron
Tussen de bron en de ontvanger 
Bij de ontvanger 
Geluidsschermen
Een knalpijp op een benzinemotor monteren.
Oorkappen
Lawaaiige vliegtuigen niet tot Nederland toelaten.
Driedubbel glas in een huizen bij luchthaven.
Snelwegen van geluidsarm asfalt
Geluidswal

Slide 13 - Drag question

This item has no instructions

Hoe kun je geluidsoverlast voorkomen?
A
Geluid weerkaatsen
B
Geluid absorberen
C
Geluid isoleren
D
A, B en C zijn alledrie goed

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Welk materiaal kan geluid absorberen?
A
schuimrubber
B
planken
C
doeken
D
eierdoosjes

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Wat geldt er voor materialen die gebruikt kunnen worden om geluid terug te kaatsen?
A
Is zacht en heeft een onregelmatig oppervlak.
B
Is hard en heeft een onregelmatig oppervlak.
C
Is hard en heeft een glad oppervlak.
D
Is zacht en heeft een glad oppervlak.

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Er bestaan verschillende opties om geluidshinder tegen te gaan. Sleep de foto's naar de juist "geluidsbron".
Geluid van de snelweg
Geluid bij bouwwerkzaamheden
Geluid bij een opnamestudio
Geluid bij een concert of festival

Slide 17 - Drag question

This item has no instructions