Oplossingen berekenen

Oplossingen berekenen
1 / 20
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Oplossingen berekenen

Slide 1 - Slide

Vandaag

Metriek stelsel
Jullie leren hoe je oplossingen kunt berekenen
Oefenen


Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Waarom is dit belangrijk?
  • Je moet iemand 1 gram paracetamol geven en je hebt tabletten van 500 milligram.
  • Je moet iemand 500 microgram  fentanyl geven en je hebt 1 milligram per milliliter op voorraad.  

  • Je moet altijd met gelijke eenheden rekenen!

Slide 5 - Slide

Waarom is dit belangrijk?

1 gram is hoeveel milligram? 

500 microgram is hoeveel milligram?

Slide 6 - Slide

Waarom is dit belangrijk?

1 gram is hoeveel milligram? 1000 mg

500 microgram is hoeveel milligram? 0,5 mg

Slide 7 - Slide

Oplossingen

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Voorbeeld
Formule is altijd Voorschrift gedeeld door Aanwezig per 1 ml
V/A

Iemand moet 4mg medicijn krijgen (V)
Je hebt een flesje met daarin 2mg per ml (A)
Hoeveel ml geef je?

Slide 11 - Slide

Dhr de Vries krijgt 5mg morfine. Je beschikt over 20mg in 1 ml. Hoeveel ml geef je?
A
0,4 ml
B
0,25 ml
C
0,5 ml
D
0,1 ml

Slide 12 - Quiz

Mw Jensen krijgt 5mgmorfine . Je beschikt over 20mg in 2 ml. Hoeveel ml. geef je?
A
1
B
2
C
0,5
D
0,05

Slide 13 - Quiz

Mw Jensen krijgt 500 mcg fentanyl voor pijnbestrijding. Je beschikt over 2mg in 2 ml. Hoeveel ml geef je?

Slide 14 - Open question

Slide 15 - Video

Casus
Mw. de Jong krijgt 15IE insuline gespoten 3 keer per dag. Je beschikt over 100IE opgelost in 20ml.

Hoeveel ml geef je per keer?

Slide 16 - Slide

Casus
Dhr Peters krijgt 120,000 IE amoxycilline voor zijn longontsteking.
Je beschikt over 240,000 amoxycilline in poedervorm. Deze los je op met 5 ml steriel water.

Hoeveel ml geef je?

Slide 17 - Slide

Welke cijfer geef je deze les?
0100

Slide 18 - Poll

Welke tips heb je voor mij?

Slide 19 - Mind map

Slide 20 - Slide