LOB SMART-doelen opstellen

Leren om
SMART-doelen
te
formuleren
1 / 21
next
Slide 1: Slide
LOBMBOStudiejaar 1

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Leren om
SMART-doelen
te
formuleren

Slide 1 - Slide

timer
3:00

Slide 2 - Slide

Wat denk je dat SMART is?

Slide 3 - Mind map

SMART doelen
  • Duidelijk (voor iedereen) wat het resultaat moet zijn
  • Minder vrijblijvend
  • Je stelt een termijn
  • Meer kans dat je je doel behaald 

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

De S in SMART staat voor
A
Spectaculair
B
Specialistisch
C
Specifiek
D
Spannend

Slide 6 - Quiz

Wat zijn de SMART- doelen?
A
Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Relax, Toekomst
B
Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdsgebonden
C
Speciaal, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Toekomst

Slide 7 - Quiz

Smart doelen zijn voor:
A
Lessen
B
Lesdoelen
C
lange termijndoelen en lesdoelen
D
lesdoelen en eigen leerdoelen

Slide 8 - Quiz

Wat is een goed voorbeeld van een SMART doel?
A
Ondersteun Peter bij zelfstandig werken
B
Binnen 2 weken smeert Hannah zelfstandig haar boterham tijdens het ontbijt
C
De begeleider helpt Wendy bij het uiten van haar emoties
D
Binnen 3 weken gaat Rick beter om met zijn emoties en wordt hij minder snel boos

Slide 9 - Quiz

Bevat een SMART doel een eindtijd?
A
Ja
B
Nee

Slide 10 - Quiz

De M van een een SMART-doel betekent
A
Makkelijk
B
Meetbaar
C
Menselijk
D
Magisch

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Slide

Waar staat het voor?
S - Specifiek - Wil zeggen dat het doel niet vaag maar concreet is.

M - Meetbaar - Is het resultaat zichtbaar?

A - Acceptabel - kan hij dat ook en is het duidelijk?

R - Realistisch - Verwijst naar de haalbaarheid van doelen.

T - Tijdsgebonden -  Wil zeggen hoe lang je erover gaat doen.

Slide 13 - Slide

Waar moet je rekening mee houden
Wat is mijn doel, wat wil ik bereiken
Welk resultaat levert dat op (meetbare termen)
Is het doel bereikbaar (niet te moeilijk/makkelijk)
Is mijn realistische doel ook relevant
Sta ik wel achter mijn doel (acceptabel)
Zijn mijn doelen haalbaar op korte termijn

Slide 14 - Slide

Wees positief
Ik.............  kan verklaren, benoemen ,begrijp ,pas toe, weet, heb inzicht in. 
(doe-meet- actie woorden)
Actie werkwoorden maken je doel specifiek en meetbaar

Slide 15 - Slide

Hulp vragen

Slide 16 - Slide

Maak hier een SMART doel van:
Het kind moet vaker zijn handen wassen.

Slide 17 - Open question

Maak hier een SMART doel van:
Het kind moet minder vaak schreeuwen

Slide 18 - Open question

Het kind leert minder boos te worden.

Slide 19 - Open question

Slide 20 - Slide

Wat kun je nu zeggen over SMART-doelen?

Slide 21 - Mind map