H2 spelling

Spelling H2
Vandaag:
  • Je kan woorden die eindigen op een -t of een -d goed spellen.
Morgen:
  •  Je kan de ik-vorm van werkwoorden in de tegenwoordige tijd goed spellen.
  • Je kan woorden met -ei en -ij goed spellen.
1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Spelling H2
Vandaag:
  • Je kan woorden die eindigen op een -t of een -d goed spellen.
Morgen:
  •  Je kan de ik-vorm van werkwoorden in de tegenwoordige tijd goed spellen.
  • Je kan woorden met -ei en -ij goed spellen.

Slide 1 - Slide

Laatste letter een -t of een -d?
Als een woord op een -t klank eindigt (het klinkt als een -t), moet je goed kijken of dit dan met een -t is of een -d.

  • Bij sommige woorden schrijf je de klank als een -t.
zwart, kast, gepast
  • Bij sommige woorden schrijf je de klank als een -d.
paard, bed

Slide 2 - Slide

Laatste letter een -t of een -d?
Als het woord dat je moet schrijven geen persoonsvorm is, dan gebruik je de verlengproef om erachter te komen of je het met een -t of een -d moet schrijven.

Verlengproef --> Je maakt het woord langer.

bedden  --> dus ---> bed         gepaste     --> dus    --> gepast

Slide 3 - Slide

paard of paart?
A
paard
B
paart

Slide 4 - Quiz

bloet of bloed?
A
bloet
B
bloed

Slide 5 - Quiz

pad of pat?
A
pad
B
pat

Slide 6 - Quiz

Verlengproef
Je kan een woord dus langer maken door er -e, -en of -ig achter te zetten.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Link

Moet er een -t of een -d achter het woord?
-t
-d
verdrie...
leven...
kin...
zwaar...
hee...
drijven...
paar...
kas...
scha...
run...

Slide 9 - Drag question

Vragen tot nu toe?

Slide 10 - Slide

Aan de slag (dit is dus huiswerk)

Alle telefoons in de telefoontas.

Maken van blz. 58 en 59 opdr. 1, 2 en 3

Klaar? Kom een nakijkblad ophalen.

Slide 11 - Slide

  • Je kan woorden die eindigen op een -t of een -d goed spellen.

Slide 12 - Slide