De familie - obv lowan dag 1 + dag 2
1 / 31
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
de moeder
de vader
de zoon
de dochter
de dochter
Slide 2 - Drag question
Plaats een ster boven het hoofd van de ouders.
Slide 3 - Drag question
Plaats een ster boven het hoofd van de moeder.
Slide 4 - Drag question
Plaats een ster boven het hoofd van de vader.
Slide 5 - Drag question
Plaats een ster boven het hoofd van de dochter.
Slide 6 - Drag question
Plaats een ster boven het hoofd van de dochter.
Slide 7 - Drag question
Slide 8 - Open question
het vader
A
goed
B
fout
Slide 9 - Quiz
de ouders
A
goed
B
fout
Slide 10 - Quiz
... zoon
A
de
B
het
Slide 11 - Quiz
... gezin
A
de
B
het
Slide 12 - Quiz
Slide 13 - Open question
het gezin
de vader / de papa
de grootouders
de opa
de ouders
de broer
de dochter
Slide 14 - Drag question
dochter
oma
nonkel
opa
tante
Slide 15 - Drag question
de vader
het gezin
de moeder
de dochter
de zoon
de zus
de broer
de grootouders
de opa
de oma
Slide 16 - Drag question
Plaats een ster boven het hoofd van de grootouders.
Slide 17 - Drag question
Plaats een ster boven het hoofd van het kleinkind.
Slide 18 - Drag question
Wat hoort erbij?
nonkel
zoon
moeder
oma
zus
vader
broer
tante
opa
dochter
Slide 19 - Drag question
broer
vader / papa
moeder/mama
zus
oma
opa
overgrootvader
zoon
dochter
Slide 20 - Drag question
t
t
n
a
e
Slide 21 - Drag question
r
a
d
v
e
Slide 22 - Drag question
o
d
h
r
e
c
t
Slide 23 - Drag question
... kleinkind
A
de
B
het
Slide 24 - Quiz
... oom
A
de
B
het
Slide 25 - Quiz
Slide 26 - Open question
Slide 27 - Open question
Ik
Jij / hij / zij
Wij/jullie / zij
Het werkwoord: schrijven
schrijf
schrijft
schrijven
Slide 28 - Drag question
tellen
ik ...
ik ...
Slide 29 - Open question
tellen
wij ...
wij ...
Slide 30 - Open question
tellen
jij ...
jij ...
