TC Thema 3

Even opfrissen!  
1 / 29
next
Slide 1: Slide
NT2PraktijkonderwijsLeerjaar 1

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Even opfrissen!  

Slide 1 - Slide

Waar woon je?
timer
0:30

Slide 2 - Open question

Wat is de fijnste plek in huis? 
stelt de vraag aan 

Slide 3 - Slide

Wat vind je niet zo fijn in je huis? 
stelt de vraag aan 

Slide 4 - Slide

Op welke verdieping is jouw slaapkamer? 
stelt de vraag aan 

Slide 5 - Slide

Wie zijn jouw buren? 
stelt de vraag aan 

Slide 6 - Slide

Praat je met de buren? Wat zeg je? 
stelt de vraag aan 

Slide 7 - Slide

Hoe kunnen je buren jou helpen?
timer
1:00

Slide 8 - Open question

Welke meubels staan in jouw woonkamer?
timer
1:00

Slide 9 - Open question

Welke kleur vind je mooi en welke niet? 
stelt de vraag aan

Slide 10 - Slide

Ik....

A
slaap
B
heeft
C
bent
D
kijkt

Slide 11 - Quiz

Je....

A
woon
B
ben
C
koopt
D
vinden

Slide 12 - Quiz

We....

A
werkt
B
gaat
C
woon
D
werken

Slide 13 - Quiz

Hij...

A
is
B
kijk
C
bent
D
hebt

Slide 14 - Quiz

Sleep alle werkwoorden naar 'werkwoorden'
Alles wat geen werkwoord is sleep je naar 'geen werkwoord'.
Werkwoord
Geen werkwoord
huis
goede
verhuizen
heb
zijn
hond
tafel
bloempje
tas
rood
tent
bijzonder
denken
lopen
huilen
moeten
wil
geeft

Slide 15 - Drag question

Werkwoord zijn
bent
zijn
ben
zijn
is
ik
je
hij/ze
we
jullie
ze/jullie

Slide 16 - Drag question

Werkwoord hebben
hebben
hebt
hebben
heeft
heb
ik
jij
hij/ze
we
jullie
ze/jullie

Slide 17 - Drag question

lenen
Jij...

Slide 18 - Open question

heten
Ik...

Slide 19 - Open question

spellen
Marieke...

Slide 20 - Open question

wonen
Fatih...

Slide 21 - Open question

Wat is goed?
A
Je bent geslapen.
B
Hij kijkt voetbal.
C
Jullie eten willen.
D
We komt kijken.

Slide 22 - Quiz

Wat is een goede zin?
A
Lisa en Sem in een flat wonen.
B
Wonen in een flat Lisa en Sem.
C
In een flat Lisa en Sem wonen.
D
Lisa en Sem wonen in een flat.

Slide 23 - Quiz

Ik
Je/U
Hij/Ze
We/Jullie/Ze
slaap 
hebt
is
woon
hebben
bent
zijn
heeft
werk
koopt
gaat
wonen
kies
woont
werkt
werken
kijk
kijkt
betaalt
vinden
deel
helpt
komt
willen

Slide 24 - Drag question

Maart is de ... maand van het jaar.
A
tweede
B
achtste
C
derde
D
negende

Slide 25 - Quiz

April is de ... maand van het jaar.

Slide 26 - Open question

Jack heeft gewonnen. Hij is ...

Slide 27 - Open question

Anni is dertien jaar. Morgen is ze jarig. Ze viert dan haar ... verjaardag.

Slide 28 - Open question

Ik vond deze les....
😒🙁😐🙂😃

Slide 29 - Poll