What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Wat scheelt er?
Wat scheelt er?
1 / 30
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Secundair onderwijs
This lesson contains
30 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
20 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Wat scheelt er?
Slide 1 - Slide
Wat zie je?
Kijk naar de afbeelding.
Kies het juiste antwoord.
Slide 2 - Slide
A
de hoofdpijn
B
de keelpijn
C
de rugpijn
D
de tandpijn
Slide 3 - Quiz
A
hij niest
B
hij hoest
Slide 4 - Quiz
A
de hoofdpijn
B
de tandpijn
C
de rugpijn
D
de buikpijn
Slide 5 - Quiz
A
de pil
B
het snoep
Slide 6 - Quiz
A
de tandpijn
B
de rugpijn
C
de keelpijn
D
de hoofdpijn
Slide 7 - Quiz
A
de koorts
B
de hoofdpijn
C
de keelpijn
D
de tandpijn
Slide 8 - Quiz
A
hij roept
B
hij niest
C
hij hoest
D
hij zingt
Slide 9 - Quiz
A
hij is verkouden
B
hij niest
C
hij huilt
D
hij lacht
Slide 10 - Quiz
A
ze huilt
B
ze doet pipi
C
ze kijkt in de WC
D
ze geeft over
Slide 11 - Quiz
Wie zegt dit?
Lees de zin.
Kies de juiste persoon.
Slide 12 - Slide
Adem in.
Adem uit.
A
de dokter
B
de patiënt
Slide 13 - Quiz
Ik moet veel hoesten.
A
de dokter
B
de patiënt
Slide 14 - Quiz
Wat scheelt er?
A
de dokter
B
de patiënt
Slide 15 - Quiz
Steek je tong uit en zeg AAA
A
de dokter
B
de patiënt
Slide 16 - Quiz
Ik heb buikpijn.
A
de dokter
B
de patiënt
Slide 17 - Quiz
Je hebt griep!
A
de dokter
B
de patiënt
Slide 18 - Quiz
Je neemt siroop in.
A
de dokter
B
de patiënt
Slide 19 - Quiz
Ik heb al 4 dagen keelpijn.
A
de dokter
B
de patiënt
Slide 20 - Quiz
Neem drie keer per dag siroop na de maaltijd.
A
de dokter
B
de patiënt
Slide 21 - Quiz
Welk woord?
Lees de uitleg.
Schrijf het woord op dat past bij de uitleg.
Slide 22 - Slide
voorbeeld:
Je gebruikt je benen.
Het is zoals stappen, maar heel snel.
Slide 23 - Open question
Je doet het met je neus.
Soms door veel stof of bij een allergie.
Je hebt dan snel een zakdoek nodig.
Slide 24 - Open question
Je doet het met je mond.
Het kriebelt in je keel.
Je houdt je arm of hand voor je mond.
Slide 25 - Open question
Je gebruikt een thermometer om het te meten.
Je hebt warm en koud. Je zweet.
Slide 26 - Open question
Het eten komt terug uit je mond.
Je hebt een WC of een emmer nodig.
Slide 27 - Open question
Het is een ziekte. Je neus loopt, je hoest.
Slide 28 - Open question
Het is een ziekte. Je hebt koorts, hoofdpijn, buikpijn. Je bent misselijk.
Slide 29 - Open question
De persoon die naar de dokter. De persoon is ziek. Hoe heet deze persoon?
Slide 30 - Open question
More lessons like this
Wat scheelt er? okan geel
May 2024
- Lesson with
18 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
Wat scheelt er?
May 2022
- Lesson with
16 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
BT3/Het lichaam/KatrienVhb
October 2020
- Lesson with
22 slides
Nederlands
Lager onderwijs
Het lichaam - ZITA
October 2022
- Lesson with
21 slides
Nederlands
Lager onderwijs
BT3/Het lichaam/KatrienVhb
13 days ago
- Lesson with
22 slides
Nederlands
Lager onderwijs
Waarneming : de neus en het ruiken
October 2021
- Lesson with
26 slides
zorg
Secundair onderwijs
bij de dokter
June 2022
- Lesson with
13 slides
nederlands
Secundair onderwijs
Het lichaam - De ademhaling
February 2024
- Lesson with
44 slides
WO
Lager onderwijs