3.3 De Griekse Cultuur 1hv

1 / 41
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 41 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Wat gebeurde met oorlogen tijdens de spelen?
A
Oorlogen gingen door
B
Oorlogen werden tijdelijk gestopt
C
Oorlogen werden verergerd
D
Oorlogen werden gepland

Slide 6 - Quiz

Hoe worden verhalen over de goden genoemd?
A
Mythen
B
Legendes

Slide 7 - Quiz

Wat was een belangrijk verschil tussen Sparta en Athene?
A
Vrouwen in Athene waren meer beperkt.
B
Vrouwen in Athene mochten vechten.
C
Vrouwen in Sparta waren vrijer.
D
Vrouwen in Sparta waren onopgeleid.

Slide 8 - Quiz

In welke stad werden de Olympische Spelen georganiseerd
A
Athene
B
Olympia
C
Rome
D
Sparta

Slide 9 - Quiz

Hoe werden de eerste godenbeelden afgebeeld?
A
Met verschillende houdingen
B
In een vaste houding
C
Als onvolmaakte mensen
D
Met menselijke emoties

Slide 10 - Quiz

Wat gebeurde er met de beelden na verloop van tijd?
A
Ze werden minder gedetailleerd
B
Ze verdwenen helemaal
C
Ze werden groter en zwaarder
D
Ze werden realistischer en menselijker

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Wat deden steden vanwege voedseltekort?
A
Ze stopten met groeien
B
Ze gingen koloniseren
C
Ze sloten zich af
D
Ze veroverden geen gebieden

Slide 14 - Quiz

Wat gebeurde met de bevolking door de veranderingen in de landbouwtechnieken?
A
Er kwamen meer boeren
B
Mensen verhuisden naar het platteland
C
De bevolking daalde
D
De bevolking groeide

Slide 15 - Quiz

Waarom lag een dorp vaak op een heuvel?
A
Voor betere verdediging
B
Voor meer zonlicht
C
Voor betere landbouw
D
Voor betere handel

Slide 16 - Quiz

Wat had een stadstaat zoals een land?
A
Beperkte rechten
B
Geen inwoners
C
Geen leger
D
Eigen bestuur en wetten

Slide 17 - Quiz

Wat ontstaat bij machtsgreep van aristoi?
A
Tyrannie
B
Oligarchie
C
Monarchie
D
Aristocratie

Slide 18 - Quiz

Wie adviseerden de koning?
A
Slaven
B
Burgers
C
Priesters
D
Aristoi

Slide 19 - Quiz

Wat moesten krijgers zelf kopen?
A
Wapenuitrusting
B
Vervoermiddelen
C
Voedsel
D
Voorraden

Slide 20 - Quiz

Wat gebeurde er als een aristocraat alleen de macht greep?
A
Hij ging op reis
B
Hij werd een filosoof
C
Hij werd een tiran

Slide 21 - Quiz

Wat was een gevolg van sociale ongelijkheid?
A
Grotere rijkdom voor de bestuurders
B
Minder werk voor de slaven
C
Veel onvrede onder de bevolking

Slide 22 - Quiz

Wie stonden bovenaan de hiërarchie in Griekenland?
A
De bestuurders
B
De slaven
C
De arme boeren
D
De aristocraten

Slide 23 - Quiz

Hoe leken Griekse koloniën op steden?
A
Moderne architectuur
B
Tempels in Griekse stijl
C
Buitenlandse goden vereren
D
Grieks schrift gebruiken

Slide 24 - Quiz

Wat groeide door kolonisatie?
A
De militaire macht
B
De handel tussen volken
C
De landbouwproductie

Slide 25 - Quiz

Wat wilde Peisistratos niet?
A
Wapens voor Atheners
B
Lage belastingen
C
Macht delen met anderen
D
Vrede met andere staten

Slide 26 - Quiz

Wat betekent 'demos'?
A
Regering
B
Tiran
C
Volk
D
Staat

Slide 27 - Quiz

Wie verdreef de aristocraten uit Athene?
A
Plato
B
Socrates
C
Peisistratos
D
Perikles

Slide 28 - Quiz

Wie kon deelnemen aan de volksvergadering?
A
Slaven
B
Vrije mannen
C
Arme boeren
D
Vrouwen

Slide 29 - Quiz

Wie voerde de besluiten uit?
A
De raad van Vijfhonderd
B
De Atheense vrouwen
C
De volksvergadering
D
De slaven

Slide 30 - Quiz

Wat deden de burgers in de volksvergadering?
A
Wetten maken
B
Onderhandelen met vreemdelingen
C
Stemmen over besluiten
D
Besluiten uitvoeren

Slide 31 - Quiz

Wat moesten de zonen van burgers in Sparta worden?
A
Filosoof
B
Soldaat
C
Handelaar
D
Boer

Slide 32 - Quiz

Wie zorgde voor de opvoeding in Sparta?
A
Het bestuur
B
De rijke burgers
C
De religieuze leiders
D
De ouders

Slide 33 - Quiz

Hoe werd Athene bestuurd?
A
Met een militaire junta
B
Met twee koningen
C
Als een democratie
D
Door een alleenheerser

Slide 34 - Quiz

Waarom gaven bondgenoten Athene geld?
A
Voor schepen en soldaten
B
Voor muren en forten
C
Voor voedsel en wapens
D
Voor paarden en voertuigen

Slide 35 - Quiz

Wat was de gezamenlijke vijand van Athene en Sparta?
A
De Perzen
B
De Romeinen
C
De Macedoniërs
D
De Egyptenaren

Slide 36 - Quiz

Wat was de uitkomst van de Peloponnesische Oorlog?
A
Athene verloor
B
Vrede werd gesloten
C
Athene won
D
Sparta won

Slide 37 - Quiz

Wat deed Athene om andere stadstaten te beïnvloeden?
A
Bondgenoten werven
B
Aanvallen als ze niet luisterden
C
Democratie invoeren
D
Vrede sluiten met Sparta

Slide 38 - Quiz

Slide 39 - Slide

Wat gaf een orakel aan mensen?
A
Vage boodschappen van de goden
B
Duidelijke instructies

Slide 40 - Quiz

Waarom waren de beelden perfect?
A
Omdat ze van marmer waren
B
Omdat de goden perfect waren
C
Omdat mensen dat zo wilden
D
Omdat ze groot waren

Slide 41 - Quiz