schaal berekenen

Wiskunde KB
  • Maak de samenvatting en extra oefening van hoofdstuk 12 op blz. 216 t/m 221 
  • Opdracht E1 t/m E14

Wiskunde BB
  • Maak 6.3 op blz. 61 t/m 63
  • opdracht 14 t/m 18
1 / 17
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with text slides.

Items in this lesson

Wiskunde KB
  • Maak de samenvatting en extra oefening van hoofdstuk 12 op blz. 216 t/m 221 
  • Opdracht E1 t/m E14

Wiskunde BB
  • Maak 6.3 op blz. 61 t/m 63
  • opdracht 14 t/m 18

Slide 1 - Slide

Wiskunde KB2
  • Begin maken aan het P.O.
Wiskunde BB2
  • Samenvatting en extra oefening hoofdstuk 6 maken.
  • Blz. 54 t/m 58 
  • Opdracht E1 t/m E9

Slide 2 - Slide

6.3 Schaal Berekenen
6.3 Schaal berekenen 

Slide 3 - Slide

Lesdoel
Na deze les kun je de schaal bereken die bij een tekening of voorwerp hoort. 


 
Terugblik 6.2
Uitleg theorie 6.3
Zelfstandig werken aan 14 tot en met 18 bladzijde 61, 62, 63
Planning
Lesdoel
Aan het einde van de les kun je de schaal berekenen bij een plaatje of een tekening.

Slide 4 - Slide

schaal 1 :  20
schaalmodel x ..... =  werkelijkheid
werkelijkheid : ..... =schaalmodel 
vergrotingsfactor

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

7 cm
70 cm
7 cm
70 cm
10
1:10

Slide 8 - Slide

5 cm

Slide 9 - Slide

5 cm
200 cm 
5 cm
200 cm 
40
40
1

Slide 10 - Slide

Schaal = 1 : 30
x.....  
Schaalmodel ----> Werkelijkheid
: .....
Schaalmodel <---- Werkelijkheid
Schaalmodel = 40 cm
Werkelijkheid = .... cm

Slide 11 - Slide

Schaal = 1 : 45
.....   
Schaalmodel ----> Werkelijkheid
..... 
Schaalmodel <---- Werkelijkheid
Schaalmodel = 10 cm
Werkelijkheid = .... cm

Slide 12 - Slide

Schaal = 1 : 725
.....   
Schaalmodel ----> Werkelijkheid
..... 
Schaalmodel <---- Werkelijkheid
Schaalmodel = .... cm
Werkelijkheid = 1450 cm

Slide 13 - Slide

Aanpak

Slide 14 - Slide

Voorbeeld
De kast is in de tekening 4 cm hoog.
In werkelijkheid is hij 200 cm hoog.

Tekening ----> Werkelijkheid
         cm        x.....             cm        

De factor is ..... : .... = .....

Schaal = .... : .....

Slide 15 - Slide

Voorbeeld 2
De kast is in de tekening ... cm hoog.
In werkelijkheid is hij .... cm hoog.

Tekening ----> Werkelijkheid
.... cm        x.....          .... cm      

De factor is ..... : .... = .....

Schaal = .... : .....

Slide 16 - Slide

Voorbeeld 3
De kast is in de tekening ... cm hoog.
In werkelijkheid is hij .... cm hoog.

Tekening ----> Werkelijkheid
.... cm        x.....          .... cm      

De factor is ..... : .... = .....

Schaal = .... : .....

Slide 17 - Slide