beperkingen les 2

beperkingen les 2
1 / 19
next
Slide 1: Slide
PwMBOStudiejaar 3

This lesson contains 19 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

beperkingen les 2

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

hoe zitten we erbij
😒🙁😐🙂😃

Slide 2 - Poll

This item has no instructions

planning
week 1  beperkingen
week 2 diabetes, neurologische beperking, verstandelijke beperking
week 3 syndroom van Down, meervoudige handicap
week 4 gedrag, probleemgedrag
week 5 gedragsproblemen
week 6 angst, faal angst, spraakproblemen
week 7 gedragsstoornissen
week 8 gedragsstoornissen

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

doelen
je kunt uitleggen wat het verschil is tussen een hypo en hyper
je kunt beschrijven wat een neurologische beperking is
je kunt de indeling benoemen van verstandelijke bepering

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

WIE HEEFT DEZE OPDRACHT BIJZICH 
Lees in het boek PWK H09 blz 210 het hoofdstuk over diabetes.
Maak opdracht 9.04 en neem deze mee naar de les.

Slide 5 - Slide

Als de student deze opdracht niet heeft gemaakt krijgen ze hier nog tijd voor en het is een mooi manier om voorkennis te activeren.  laat de studenten deze opdracht zelfstandig maken.

Slide 6 - Video

This item has no instructions

timer
10:00

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Neurologische beperking
= beperking door een aandoening aan de hersenen, het ruggenmerg en/of het totale centrale zenuwstelsel.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Absence
Komt veel bij jonge kinderen voor. Het kind stopt dan waar hij of zei mee bezig is en staat voor zich uit. De aanval duurt tussen de 3 en 30 seconden. Daarna gaat het kind gewoon weer verder of er niks is gebeurdt.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

tonisch-clonische aanval
meest bekende aanval, maar komt het minste voor. Tonisch-clonisch betekent verkrampt en schokkend. 

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

epilepsie
Het slachtoffer valt neer en allereerst zal het lichaam verstijven of verkrampen. Daarom wordt epilepsie ook wel de vallende ziekte genoemd. Na de verkramping begint het lichaam te schokken

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

verstandelijke beperking

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

verstandelijke beperking

= een beperking in het intellectueel functioneren.
iemand met een verstandelijke beperking heeft een lager dan gemiddel verstandelijk vermogen. Dit gaat vaak samen met een tekort in twee of meer van de volgende vaardigheiden.
zelfverzorging
communicatie
sociale vaardigheden
wonen
gezondheid en veiligheid
toegepaste kennis
deelname aan de samenleving
vrijetijdsbesteding en werk

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

maak in tweetallen de onderstaande opdracht

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Casus: Max op de kinderopvang

Max is een jongen van 5 jaar die sinds kort naar jouw kinderopvang komt. Max heeft een lichte verstandelijke beperking en is daardoor wat trager in zijn ontwikkeling dan de meeste kinderen van zijn leeftijd. Hij heeft moeite met communiceren en begrijpt eenvoudige opdrachten niet altijd direct. Hierdoor raakt hij soms gefrustreerd, wat kan leiden tot boos gedrag, zoals schreeuwen of spullen weggooien.
Max speelt het liefst alleen, maar wil soms ook graag met andere kinderen meedoen. Toch weet hij niet altijd hoe hij dat op een goede manier kan doen. Hij kan bijvoorbeeld speelgoed afpakken zonder iets te zeggen of zich boos maken als andere kinderen niet reageren zoals hij wil.
Zijn ouders hebben verteld dat Max veel baat heeft bij structuur en duidelijke regels. Ook vinden zij het belangrijk dat hij leert om met andere kinderen te spelen. Ze hopen dat de opvang een veilige plek voor hem is waar hij zich kan ontwikkelen en plezier heeft.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

• Opdracht:
1. Hoe kun je Max ondersteunen in zijn ontwikkeling en gedrag?
2. Welke activiteiten kun je aanbieden om hem te helpen contact te maken met andere kinderen?
3. Hoe kun je duidelijke structuur bieden, zodat Max zich veilig voelt op de opvang?
4. Hoe communiceer je met Max, gezien zijn beperkte taalbegrip.
leg je antwoorden uit.

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

zijn de doelen behaald
je kunt uitleggen wat het verschil is tussen een hypo en hyper
je kunt beschrijven wat een neurologische beperking is
je kunt de indeling benoemen van verstandelijke bepering

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

voorbereiding les 3 
casus Max inleveren handgeschreven op papier
boek PWK meenemen voor het online inloggen

Slide 19 - Slide

This item has no instructions