WISK-X H5 Meetkunde_Rekenen met gewicht

1 / 38
next
Slide 1: Slide
RekenenISK

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

🎯
Programma voor periode 4 en vandaag
  • Rekenen met tijd
  • Rekenen met lengte
  • Rekenen met gewicht
  • Oppervlakte en inhoud
  • Herhaling & Toets 9 april

Slide 2 - Slide

🎯
Programma voor vandaag
  • Voorkennis rekenen met tijd en lengte
  • Weten jullie wat is:
Verschil tussen tijd,lengte en gewicht?
Verschil tussen milligram,gram, kilogram en ton?
Verschil tussen zwaar en licht?
  • Oefenen met hand-outs

Slide 3 - Slide

Hoe lang is een schoolles?
A
Seconden
B
Dagen
C
Minuten
D
Uren

Slide 4 - Quiz

1 jaar heeft
A
4 maanden
B
12 maanden
C
52 maanden
D
60 maanden

Slide 5 - Quiz

1 jaar telt
A
4 weken
B
12 weken
C
52 weken
D
60 weken

Slide 6 - Quiz

1 jaar telt
A
2 kwartalen
B
3 kwartalen
C
4 kwartalen
D
12 kwartalen

Slide 7 - Quiz

1 jaar heeft
A
366 dagen
B
365 dagen
C
350 dagen
D
355 dagen

Slide 8 - Quiz

1 schrikkeljaar heeft
A
352 dagen
B
365 dagen
C
366 dagen
D
367 dagen

Slide 9 - Quiz

1 dag heeft 24 uur
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quiz

een etmaal heeft 24 uur
A
waar
B
niet waar

Slide 11 - Quiz

1 uur heeft
A
1 kwartier
B
2 kwartier
C
4 kwartier
D
6 kwartier

Slide 12 - Quiz

september ligt in het
A
1e kwartaal
B
2e kwartaal
C
3e kwartaal
D
4e kwartaal

Slide 13 - Quiz

1 uur heeft
A
1.000 seconden
B
2.400 seconden
C
3.600 seconden
D
6.000 seconden

Slide 14 - Quiz

zet de meten van groot naar klein
week
etmaal
uur
kwartier
dag
minuut

Slide 15 - Drag question

zet de meten van groot naar klein
week
kwartaal
maand
schrikkeljaar
jaar

Slide 16 - Drag question

100 seconden is 1 uur en 40 seconden
A
waar
B
niet waar

Slide 17 - Quiz

1:05 uur is 65 minuten
A
waar
B
niet waar

Slide 18 - Quiz

1:20 uur is 80 seconden
A
waar
B
niet waar

Slide 19 - Quiz

mei heeft 31 dagen
A
waar
B
niet waar

Slide 20 - Quiz

1 jaar heeft 52 weken en 1 dag
A
waar
B
niet waar

Slide 21 - Quiz

Is een pen ongeveer?
A
1 cm
B
1 mm
C
1 dm
D
1 dam

Slide 22 - Quiz

Hoe hoog is het lokaal ongeveer?
A
3 cm
B
3 hm
C
3 m
D
3 dam

Slide 23 - Quiz

Hoeveel millimeters passen er in een 1 cm ?
A
10
B
1000
C
100
D
1

Slide 24 - Quiz

Hoeveel centimeters passen er in een 1 dm ?
A
10
B
1000
C
100
D
1

Slide 25 - Quiz

Bereken de omtrek
van de figuur?
A
Omtrek is 5mm+20mm+5mm=30mm
B
Omtrek is 5mm+20mm=25mm
C
Omtrek is 5mm*20mm=100mm
D
Omtrek is 5mm+20mm+5mm+20mm=50mm

Slide 26 - Quiz

🎯

Slide 27 - Slide

🎯

Slide 29 - Slide

Hoe zwaar is een
volwassen man?
A
75 g
B
75 mg
C
75 kg
D
75 ton

Slide 30 - Quiz

Hoe zwaar is een
pak melk?
A
1 g
B
1 kg
C
1 mg
D
1 ton

Slide 31 - Quiz

Hoe zwaar is een
pen?
A
20 g
B
20 kg
C
20 mg
D
20 ton

Slide 32 - Quiz

Hoe zwaar is
een vrachtwagen?
A
5 g
B
5 kg
C
5 mg
D
5 ton

Slide 33 - Quiz

1 kg heeft?
A
1000 g
B
1000 kg
C
1000 mg
D
1000 ton

Slide 34 - Quiz

1 ton heeft 1 000 000 gram
A
waar
B
niet waar

Slide 35 - Quiz


Ik snap de rekenen met gewicht
😒🙁😐🙂😃

Slide 36 - Poll

🎯

Slide 37 - Slide

🎯
Programma voor 
 vandaag tot 
pagina 193

Slide 38 - Slide