What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
2VG 3.3 Lezen - betoog deel 1
1 / 21
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
This lesson contains
21 slides
, with
interactive quiz
,
text slides
and
1 video
.
Lesson duration is:
43 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Lesdoelen
1. Alliteratie en assonantie
2. Start verhaalanalyse in leesclubs
3. Betoging: tekstopbouw, standpunt, argumenten
4. Tegenargumenten weerleggen
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
§3.2 Gedicht: Alliteratie en assonantie (blz. 169)
soort rijm
kenmerk
voorbeelden
Eindrijm
(3 soorten)
Het einde van de zin rijmt.
g
aan-
s
taan
b
anden -
h
anden
k
inderen -
h
inderen
Alliteratie
medeklinkerrijm of beginrijm
Woorden uit dezelfde versregel beginnen met dezelfde letter(s).
Bijvoorbeeld Suske en Wiske:
Het
Sp
aanse
sp
ook
De
gl
adde
gl
ipper
Assonantie:
klinkerrijm of middenrijm
Woorden hebben dezelfde klinkers.
cr
a
z
y
- b
a
b
y
En respect h
a
d ik
a
ll
a
ng gep
a
kt, niet gekregen d
a
n n
a
m ik het v
a
n ze
a
f.
Slide 4 - Slide
Welke alliteratie en assonantie herken je?
Slide 5 - Slide
Boekenclub
Slide 6 - Slide
§3.3 Lezen
Betoog
bladzijde 172
Slide 7 - Slide
Vraagje...
Wat is het verschil tussen een feit en een mening?
Waar of niet waar? In een betoog komen geen feiten voor.
Welke betogende teksten lees je weleens?
Slide 8 - Slide
Iemand geeft zijn menig en verdedigt deze met argumenten.
Betogen betekent ' met bewijzen aantonen'.
= betoog
Iemand geeft zijn menig en verdedigt deze met argumenten. 'Betogen' betekent met bewijzen aantonen.
Slide 9 - Slide
Mondeling
betoog
Slide 10 - Slide
Opiniestuk in de krant
Slide 11 - Slide
I
ngezonden
brief of klachtenbrief
Slide 12 - Slide
filmrecensie
Slide 13 - Slide
Het pleidooi in een rechtzaak
Slide 14 - Slide
betogen = argumenteren
1. standpunt of mening
2. argument of reden
3. tegenargument
4. weerlegging tegenargument
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Video
De tekstopbouw van betogende teksten: driedeling
Inleiding
De schrijver noemt het onderwerp en geeft daarover zijn mening.
Kern
De schrijver geeft geloofwaardige argumenten, en eventueel een weerlegging.
Slot
De schrijver trekt een conclusie of een samenvatting
Slide 17 - Slide
De hoofdgedachte van betogende teksten
De hoofdgedachte van een betogende tekst bestaat uit de
mening van de schrijver
, meestal gevolgd door zijn belangrijkste
argument(en)
.
Slide 18 - Slide
Wat?
§3.3 Lezen: Lees de theorie en maak
opdrachten 2 en 3
Hoe?
SA of SF in leerwerkboek
Hulp?
Boek --> klasgenoot --> Straver
Opbrengst?
Huiswerk
Lesdoel?
standpunt, argument, tegenargument en weerlegging in betogende teksten
Klaar?
Taak week 2&3, lezen
Slide 19 - Slide
Wat
heb
je
geleerd?
Slide 20 - Slide
Waaruit bestaat de hoofdgedachte van een betogende tekst?
A
een feit
B
een mening
C
een argument
D
een advies
Slide 21 - Quiz
More lessons like this
3.3 Lezen - betoog deel 1
January 2021
- Lesson with
18 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
3.3 Lezen - betoog deel 1
March 2022
- Lesson with
14 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
3.3 Lezen - betoog deel 1
February 2024
- Lesson with
12 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
3.3 Lezen - betoog deel 1
January 2024
- Lesson with
18 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
2VG 3.3 Lezen - kritisch lezen en tekstverband - deel 2
March 2022
- Lesson with
20 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
3.3 Lezen - kritisch lezen en tekstverband - deel 2
January 2024
- Lesson with
16 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
betoog later
March 2021
- Lesson with
33 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
3.3 Lezen - kritisch lezen en tekstverband - deel 2
January 2021
- Lesson with
20 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2