This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
VOORBEREIDING TOETS
mavo 3 BTE/BHA
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Moet kunst:
Mooi zijn?
Knap gemaakt zijn?
Origineel zijn?
Je aan het denken zetten ?
Slide 3 - Slide
Wanneer is kunst origineel?
Slide 4 - Mind map
Bij een vraag over de voorstelling kijk je naar:
A
WAT je ziet op het kunstwerk ( verhaal)
B
HOE een kunstwerk is opgebouwd.
Slide 5 - Quiz
Als het bij voorstelling om een mensfiguur gaat, dan kun je kijken naar:
Slide 6 - Mind map
ANTWOORD
- Uitdrukking
- Houding
- Gebaar
-Blikrichting
- Attribuut
Slide 7 - Slide
Bij een vraag over vormgevingsaspecten kijk je naar:
Slide 8 - Open question
! Let op:
Schrijf ALTIJD het vormgevingsaspect op voordat je hem gaat omschrijven, bijvoorbeeld:
RUIMTE: er is overlapping en afsnijding te zien.
zorg dat je zo duidelijk mogelijk bent in je antwoord.
Bij een vergelijking omschrijf altijd beide kunstwerken!
Schrijf niet je mening op, beschrijf alleen feiten. Praat dus niet over leuk, stom, gek, vreemd, grappig of raar. ( tenzij hierom gevraagd wordt natuurlijk ;)
Slide 9 - Slide
Belangrijkste tip
Blijf duidelijk in je antwoord!
Met alleen 'gezicht' of 'kleur' zeg je eigenlijk niets .
Gebruik liever 2 woorden, zoals:
Glimlachend gezicht
Sombere kleur
Slide 10 - Slide
Noem zoveel mogelijk functies van kunst
Slide 11 - Mind map
Quiz
Slide 12 - Slide
Plaats de volgende kunstwerken van Piet Mondriaan en zijn proces van realistisch naar abstract.
Stap 1
Stap 2
Stap 3
Stap 4
Slide 13 - Drag question
Sleep de juiste benaming over het juiste plaatje
geometrisch
Expressief
Gestileerd
Toegepaste
kunst
Organisch
Slide 14 - Drag question
Als er een vraag wordt gesteld over de beeldaspecten (vormgeving aspecten) aan de hand van een plaatje, waar ga je het dan over hebben?
A
Over de gezichtsuitdrukking en de achterliggende gedachte die de kunstenaar had, toen hij het werk maakte.
B
Over de kleuren die ik in het plaatje zie en de sfeer die daarmee wordt opgeroepen.
C
Over het verhaaltje, "wat stelt het voor" en dat duidelijk uitleggen.
D
Over de begrippen vorm, kleur/ compositie/ licht of ruimte die ik kan toepassen in het plaatje.
Slide 15 - Quiz
Hieronder zie je VORMCONTRASTEN.
Sleep de juiste benaming op het juiste plaatje.
geometrisch
Open
Gesloten
Organisch
Slide 16 - Drag question
Welke van deze afbeeldingen heeft; het meeste "betekenis", (een echte diepere boodschap); de meeste ZEGGINGSKRACHT?
(Kijk niet naar de grootte, maar naar de inhoud).
1
2
3
4
A
Afb. 1
B
Afb.3
C
Afb. 2
D
Afb. 4
Slide 17 - Quiz
Aspecten van de voorstelling
Aspecten van de vormgeving
In deze sculptuur zie je de muze van Picasso
Door gebruik te maken van goedkope materialen wordt de primitiviteit van het werk versterkt
Dit sculptuur is een buste en bedoeld als autonoom kunstwerk
Het geheel is minimalistisch in kleur en lijngebruik.
Slide 18 - Drag question
OEFEN OEFEN
Zorg dat je alle begrippen kent uit de les streetart en autonome kunt
Lees alle begrippen in het VLLORKTT boekje Weet wanneer je moet kijken naar voorstelling en wanneer naar vormgeving.
Waar waar je naar moet kijken bij voorstelling.
Weet waar je naar moet kijken bij vormgeving.
Oefen met vragen deze staan in teams met antwoordmodel erbij.