Examenvoorbereiding lezen/luisteren 3F


Lezen/
Luisteren 3F


voorbereiding 
CE Nederlands 3F
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 2

This lesson contains 18 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson


Lezen/
Luisteren 3F


voorbereiding 
CE Nederlands 3F

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Inhoud

- Tips voor het (oefenexamen)

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen
  • Je hebt inzicht in welke type vragen voorkomen in het examen en je geeft voorbeelden hierbij.
  • Je kunt minimaal twee tekstsoorten en -doelen benoemen.
  • Je kunt minimaal twee teksverbanden benoemen en de bijbehorende signaalwoorden.
  • Je kunt hoofd- en bijzaken onderscheiden van elkaar.
  • Je weet hoe je een lees- en luistertekst moet aanpakken om tot een beter tekstbegrip te komen.
  • Je neemt de tips tot je en beslist zelf of en in hoeverre je er gebruik van maakt.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Wat kun je op het examen Lezen en luisteren verwachten?
  • Verschillende soorten teksten en videofragmenten

  • Vragen over de hele tekst, een alinea en over de informatie binnen een zin 

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Soorten vragen
- begripsvragen 
- interpretatievragen 
- evaluatievragen
- samenvattingsvragen
- opzoekvragen
- inhoudsvragen

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Begripsvraag
Een voorbeeld van een begripsvraag kan zijn:

Welke van de onderstaande zinnen vat de tekst het best samen?

Deze vragen gaan over de inhoud van de tekst.
Daarmee kijken ze of je de inhoud van de tekst begrepen hebt.


Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Interpretatievraag
Een voorbeeld van een interpretatievraag is:

Wat is het doel van de schrijver?

Maar ook:
Hoe reageert de vrouw op de vraag van de interviewer?
(Verbaasd, boos, sceptisch)

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Tekstsoorten en -doelen
- Informatieve teksten - Informeren
- Instructieve teksten - Instrueren
- Betogende teksten - Overtuigen
- Activerende teksten - Overtuigen en activeren

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Evaluatievragen
Voorbeelden van evaluatievragen zijn:

Wat is het verband tussen alinea 3 en 4?


Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Hoofdzaken
(Kernzinnen, feiten) 

Wie
Wat 
Waarom
Wanneer 
Waar
Hoe? 
Niet alle informatie in teksten is even belangrijk. Informatie die echt belangrijk is voor het tekstdoel, noem je hoofdzaken.
Bijzaken


Voorbeelden
Extra uitleg
Afbeeldingen 
Vragen
Details
Meningen 

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Leesstrategieën
  • Oriënterend lezen
  • Globaal lezen
  • Zoekend/scannend lezen
  • Intensief lezen
  • Kritisch lezen
  • Studerend lezen

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Onderwerp en hoofdgedachte
Onderwerp:
Waar gaat de tekst over. Dit noteer je in een of een paar woorden.
  • Vakantie

Hoofdgedachte:
Wat wil de schrijver jou in één zin over het onderwerp vertellen? 
  • Steeds meer Nederlanders gaan op vakantie in eigen land.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Opbouw
  • Inleiding                        (kennismaken met het onderwerp)

  • Middenstuk/kern       (deelonderwerp per alinea)

  • Afsluiting                       (samenvatting/conclusie/oproep)

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Kernzinnen

De belangrijkste zin van een alinea.

  • eerste of
  • tweede of 
  • de laatste zin


De rest van de alinea is extra uitleg, toelichting, voorbeelden.



de eerste en laatste zin van de alinea’s 

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Tips
  • allemaal meerkeuzevragen
  • lees de vraag en alle antwoordopties voordat je iets invult
  • bedenk welke antwoorden zeker fout zijn en streep die weg
  • controleer of je alle vragen beantwoord hebt
  • Weet je het antwoord niet zeker? Schrijf het nummer van de vraag op en kijk daar aan het eind van het examen nogmaals naar. 
  • zorg dat je goed uitgerust aan het examen begint!

Slide 15 - Slide

  • Door eerst de vraag en antwoordmogelijkheden te lezen, weet je wat de mogelijkheden zijn. Zo kun je gericht lezen/luisteren en lees/hoor je het juiste antwoord sneller. 
  • Als je denkt het antwoord te weten zonder de tekst te lezen, toch vraag en tekst lezen! Ook als je denkt het juiste antwoord te hebben gevonden, de andere antwoorden nog nalezen. 
Tips
  •  Zoek naar synoniemen
  •  Goed lezen
  • kritisch zijn in het vergelijken van de antwoorden met de (gesproken) tekst.
  • Kijk ook goed naar wat er wordt gevraagd
    - Onderwerp is wat anders dan de aanleiding

Slide 16 - Slide

  • Door eerst de vraag en antwoordmogelijkheden te lezen, weet je wat de mogelijkheden zijn. Zo kun je gericht lezen/luisteren en lees/hoor je het juiste antwoord sneller. 
  • Als je denkt het antwoord te weten zonder de tekst te lezen, toch vraag en tekst lezen! Ook als je denkt het juiste antwoord te hebben gevonden, de andere antwoorden nog nalezen. 
Examentips:

  • Lees de tekst eerst verkennend 
  • Beantwoord de vragen NIET uit eigen kennis
  • Lees de vraag, bedenk dan eerst zelf het antwoord en kies daarna het juiste antwoord.
  • Bij geluidsfragmenten eerst luisteren, dan de vraag lezen en terugspoelen in het fragment en het antwoord zoeken
  • Noteer de nummers van vragen waarover je twijfelt en ga door

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Oefenen
  • Ga naar mbo-oefenomgeving.facet.onl
  • Klik op mbo - Nederlands
  • Kies Mbo een willekeurig oefenexamen Nederlands op 3F 
  • Maak minimaal 1 leestekst en 1 luistertekst van dit oefenexamen

Slide 18 - Slide

This item has no instructions