Deze 2 + de onregelmatige werkwoorden komen terug op het proefwerk!
1 / 27
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3
This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Grammar
Verleden tijdsvormen: - simple past
- present perfect
- past continuous
Grammatica herhaling:
verleden tijdsvormen
- simple past
- past continuous
Deze 2 + de onregelmatige werkwoorden komen terug op het proefwerk!
Slide 1 - Slide
simple past
Simple past = werkwoord + ed
- iets is vroeger gebeurd en nu afgelopen
- signaalwoorden: yesterday, last week, two year ago, this morning, etc.
! Onregelmatige werkwoorden ! = 2e rijtje
to do - did - done - doen je gebruikt 'did'
Slide 2 - Slide
simple past
Past continuous = was/were + werkwoord + ing
1. iets duurde in het verleden een tijdje, maar is nu afgelopen.
2. in combinatie met simple past: iets was in het verleden aan de gang, toen er iets anders gebeurde. De actie die als eerst begon krijgt de past continuous vorm.
Slide 3 - Slide
Vergelijken:
Simple past
Past continuous
Wanneer?
Als iets in het verleden begon, en ook eindigde.
Als iets in het verleden een tijd duurde.
Hoe?
werkwoord +ed Onregelmatige werkwoorden: een eigen vorm. (2e rijtje)
was / were + werkwoord +ing
Samenvattend:
Slide 4 - Slide
The children _________ in the park when it started to rain. (play)
A
played
B
were played
C
were playing
D
was playing
Slide 5 - Quiz
I was watching a movie when I ________ him standing outside. (notice)
A
noticed
B
was noticing
C
were noticed
D
noticeed
Slide 6 - Quiz
She arrived when I ________ a bath, so I couldn't open the door. (have)
A
were having
B
had
C
haved
D
was having
Slide 7 - Quiz
We ________ a famous celebrity when we were shopping on Oxford Street yesterday. (see)
A
were seeing
B
saw
C
seed
D
were seen
Slide 8 - Quiz
She was drinking too much, so she _________. I hope she learned her lesson. (fall)
A
fell
B
was falled
C
was falling
D
falled
Slide 9 - Quiz
Charlie was hiding in a wardrobe when Lola _______ him. (find)
A
finded
B
was finding
C
founded
D
found
Slide 10 - Quiz
The laptop ________ when I was watching YouTube. (break)
A
broke
B
was broke
C
was breaking
D
breaked
Slide 11 - Quiz
Simple past or past continuous? Maak de zin af met de juiste vorm. She was smiling until the terrible singer _________ on stage. (come)
Slide 12 - Open question
Simple past or past continuous? Maak de zin af met de juiste vorm.
I _________ in a cafe when you called. (sit)
Slide 13 - Open question
Simple past or past continuous? Maak de zin af met de juiste vorm.
Susie was watching a movie when she ________ a noise. (hear)
Slide 14 - Open question
Simple past or past continuous? Maak de zin af met de juiste vorm.
We ___________ television when the power went off. (watch)
Slide 15 - Open question
Simple past or past continuous? Maak de zin af met de juiste vorm.
I _________ in Cape Town when Michelle Obama visited. (live)
Slide 16 - Open question
Onregelmatige werkwoorden
Op de toets: Wat is de verleden tijd van *werkwoord*? Wat is het voltooid deelwoord van *werkwoord*?
Onregelmatige werkwoorden
Op het proefwerk:
Wat is de verleden tijd van *werkwoord*? Wat is het voltooid deelwoord van *werkwoord*?