1.4: Nederland en Spanje, Weer

Paragraaf 1.4
Nederland en Spanje

- Je kunt het weer & klimaat in Nederland en Spanje beschrijven en verklaren.

1 / 29
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Paragraaf 1.4
Nederland en Spanje

- Je kunt het weer & klimaat in Nederland en Spanje beschrijven en verklaren.

Slide 1 - Slide

Geef twee kenmerken van het weer in Spanje?

Slide 2 - Mind map

Het weer in Spanje 
In Spanje zijn veel meer verschillen in het weer dan in Nederland.
Dit komt door: 

Slide 3 - Slide

Het weer in Spanje 
In Spanje zijn veel meer verschillen in het weer dan in Nederland.
Dit komt door: 
- Spanje is veel groter

Slide 4 - Slide

Het weer in Spanje 
In Spanje zijn veel meer verschillen in het weer dan in Nederland.
Dit komt door: 
- Spanje is veel groter
- reliëf

Slide 5 - Slide

Het weer in Spanje
Wat zijn de kenmerken van het weer in Spanje? 
- Temperatuur: gemiddeld warmer. In het binnenland meer verschil tussen zomer en winter dan aan de kust. 
- Neerslag: In de winter nat, droog in de zomer. Noorden meer dan in het zuiden. 
- Wind: Westenwind in de winter(neerslag), bijna geen wind in de zomer. 
- Bewolking: Bewolkingsgraad in de zomer is heel laag, in de winter is er meer bewolking en dan vooral in het noorden. 

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Klimaat in Nederland
Nederland heeft één klimaat: gematigd zeeklimaat. 
- zachte winter
- koele zomer
- het hele jaar neerslag
- neerslag in alle jaargetijden
- in het Köppen systeem gebruiken we de Cf

Slide 8 - Slide

Het klimaat in Spanje 
In Spanje komen er meerdere klimaten voor. 
M: zomers zijn warm en droog
S: bijna geen neerslag
L: winter best koud
H: in de bergen, koud, regen

Slide 9 - Slide

Welk klimaat zou er groter worden als de klimaatverandering doorzet?
A
Landklimaat
B
Middellandse zee klimaat
C
Steppeklimaat
D
Gematigd zeeklimaat

Slide 10 - Quiz

Klimaatverschillen verklaard 
1. Afstand tot de zee
2. Breedteligging
3. Hoogteligging 

Slide 11 - Slide

Afstand tot de zee
De zeewind brengt natte lucht naar het land, daarom regent het 
- vaak in Nederland
- vaak in het noordwesten van Spanje
Bij deze aanlandige wind horen twee regels, weet je nog welke? 

Slide 12 - Slide

Breedteligging 
Spanje ligt dichter bij de evenaar. Hoe dichter bij de evenaar, hoe warmer. 
De invalshoek van de zon wordt groter. 

Slide 13 - Slide

Hoogteligging 
Gebergtes hebben invloed op het klimaat. 
Dit zien we ook op andere plekken. 
Loef = droef

Slide 14 - Slide

Het hooggebergte in Spanje is een koud en nat gebied. De lage temperatuur wordt veroorzaakt door de .........

Slide 15 - Open question

Het mediterraan klimaat is een warmer klimaat dan het Nederlandse gematigd klimaat. Dit komt door het verschil in ..............tussen Spanje en Nederland.

Slide 16 - Open question

Het steppeklimaat is erg droog. De .......... zorgt voor de aanvoer van droge lucht.

Slide 17 - Open question

Zonkracht 
UV- straling
Zonkracht 

Slide 18 - Slide

In welk land is de zonkracht het kleinst.
Nederland
Spanje

Slide 19 - Poll

Geef twee redenen waarom de zonkracht in Nederland minder is dan in Spanje!

Slide 20 - Open question

Neerslag
Neerslagverdeling

Slide 21 - Slide

Neerslag
Neerslagintensiteit

Slide 22 - Slide

Hoe goed ken je het nu? 

Slide 23 - Slide

Klimaat met weinig neerslag
Klimaat met zachte winters en koele zomers
Klimaat waar het vaak vriest
Klimaat met hoge temperaturen en veel neerslag
Klimaat met warme zomers en koude winters
Zeeklimaat
Landklimaat
Tropisch klimaat
Droog klimaat
Koud klimaat

Slide 24 - Drag question

Droog klimaat
Tropisch klimaat
Gematigd klimaat

Slide 25 - Drag question


A
Tropisch klimaat
B
Droog klimaat
C
Gematigd klimaat
D
Nat klimaat

Slide 26 - Quiz


A
Tropisch klimaat
B
Droog klimaat
C
Zee (Gematigd) klimaat
D
Pool klimaat

Slide 27 - Quiz

Paragraaf 1.3
Nederland en Spanje

- Je kunt het weer in Nederland en Spanje beschrijven en verklaren.

Slide 28 - Slide

Einde uitleg
Maak nu de opdrachten van: 

Slide 29 - Slide