This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 15 min
Items in this lesson
Begrijpend lezen
wat weet je er nog van?
Slide 1 - Slide
Vorige lessen
Objectieve en subjectieve tekst
Objectieve en subjectieve argumenten
Tegenargument
Feit
Tegenargument ontkrachten weerleggen
Hoofdgedachte, onderwerp, kernzin
Slide 2 - Slide
Deze les
-Uitleg signaalwoord, tussenkop, deelonderwerp
- Afmaken oefentoets
- Maken opdracht 2 blz. 155/156
- Misschien quiz signaalwoorden! :-)
Slide 3 - Slide
Maak aantekeningen in schrift
Signaalwoord =
Tussenkopje =
Deelonderwerp =
Onderwerp =
Alinea =
Slide 4 - Slide
Wat ga je nu doen?
- Afmaken oefentoets
Klaar? Lever deze in bij mij
- Daarna ga je aan de slag met opdracht 2 op blz. 155/156
Als je een vraag hebt, steek je je vinger op en ik beantwoord je vraag
Je werkt in stilte
- De oefentoets moet deze les worden ingeleverd
Slide 5 - Slide
Wat weet je nog van begrijpend lezen?
Slide 6 - Mind map
Herhaling, lees dit goed door, straks volgen vragen.
Het onderwerp van een tekst: In 1 of 2 woorden zeggen waar de tekst over gaat.
Een deelonderwerp: Het onderwerp van een alinea.
Een alinea: Een groepje zinnen in een tekst met hetzelfde deelonderwerp. Een alinea begint altijd op een nieuwe regel.
Slide 7 - Slide
Tekst
Het onderwerp van een tekst
Een alinea
Een deelon-
derwerp
Een tussenkopje
In 1 of 2 woorden waar de tekst over gaat.
Een groepje zinnen dat bij elkaar hoort
In 1 of 2 woorden waar de alinea over gaat
Een titel boven een alinea
Slide 8 - Drag question
Lees de tekst via de link, daarna volgen er vragen.
Slide 9 - Slide
jeugdjournaal.nl
Slide 10 - Link
Het onderwerp van deze tekst is
A
cruciale beroepen
B
reserveren
C
reserveren openbaar vervoer
D
speciale uren
Slide 11 - Quiz
Uit hoeveel alinea's bestaat deze tekst?
Slide 12 - Open question
Heeft de tekst tussenkopjes?
A
Ja, de tekst heeft 1 tussenkopje.
B
Ja, de tekst heeft 2 tussenkopjes.
C
Ja, de tekst heeft 3 tussenkopjes.
D
Nee, de tekst heeft geen tussenkopjes.
Slide 13 - Quiz
Herhaling: lees goed door, daarna volgen weer vragen.
Er zijn vier tekstdoelen: informeren, amuseren, overtuigen, activeren.
Een tekst is vaak ingedeeld in een : inleiding, middenstuk (kern) en slot.
De hoofdgedachte van een tekst geeft antwoord op de vraag: Wat is het belangrijkste wat in de tekst over het onderwerp wordt gezegd? (samenvatting van 1 zin) De hoofdgedachte staat vaak in de inleiding of slot.
Slide 14 - Slide
Inleiding
Middenstuk
Slot
Deelonderwerp
je maakt kennis met het onderwerp van de tekst
hierin staat de meeste informatie van de tekst.
Het belangrijkste uit de tekst wordt herhaald.
Het onderwerp van een alinea.
Slide 15 - Drag question
Tekst
Slide 16 - Slide
De inleiding van de tekst bestaat uit de volgende zinnen:
A
Wij dachten.....blijkt nu.
B
Wij dachten....ons lijf.
C
Mensen en muggen...ons lijf.
D
Het lachen....lacht het best.
Slide 17 - Quiz
De hoofdgedachte van deze tekst is
A
Muggen
B
Muggen blijven uit de buurt omdat ze anti-muggenspul vinden stinken.
C
Er worden beter muggenwerende stoffen ontwikkeld.
D
Malaria
Slide 18 - Quiz
Herhaling, lees goed door, daarna volgen vragen.
Tekstverbanden: Geeft de samenhang tussen woorden en zinnen weer. Zorgt ervoor dat een tekst goed te lezen is.