Lezen 1.3

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

1.3 Lezen 

blz. 20

Na deze les weet je:

- welke manieren van lezen er zijn 

- welke tekstdoelen er zijn.

Welke manieren van lezen ken je?

4 manieren van lezen

verkennend lezen	eerste indruk, titel, plaatjes
nauwkeurig lezen	helemaal lezen om te begrijpen
zoekend lezen	zoeken naar een antwoord
studerend lezen	lezen om te onthouden

Kijk in je boek op blz. 20

klassikaal: opdr 1 blz. 20

klassikaal:   lezen tekst 1

zelfstandig: maken opdr 3

Welke tekstdoelen ken je?

tekstdoel en tekstsoort

tekstdoel	tekstsoort	voorbeeld
informeren	informatieve tekst	nieuwsbericht
overtuigen	tekst met een mening	recensie
activeren	activerende tekst	reclame
amuseren	amuserende tekst	verhaal, strip

1. Een reclame van Coca Cola.
Wat is het tekstdoel?

1. informeren
2. overtuigen
3. activeren
4. amuseren

2. Een stripverhaal op de achterkant van de krant.

1. informeren
2. overtuigen
3. activeren
4. amuseren

3. Een tekst uit een reisgids over Parijs.

1. informeren
2. overtuigen
3. activeren
4. amuseren

4. Een brief waarin staat waarom je moet gaan staken.

1. informeren
2. overtuigen
3. activeren
4. amuseren

5. Wat is NIET een informatieve tekst?

1. een nieuwsbericht
2. een interviewverslag
3. de Donald Duck
4. een handleiding

6. Tot welke tekstsoort behoort een handleiding?

1. amuserend
2. overtuigend
3. activerend
4. informatief

7. Wat is het hoofddoel
van een filmposter?

1. amuseren
2. activeren
3. informeren
4. overtuigen

8. Wat is het doel van
dit filmpje ?

1. informeren
2. activeren
3. amuseren
4. overtuigen

In stilte werken

Lees tekst 2 blz. 22

Maak opdracht 5 en 6 blz. 23

------------------------------------------------------

Eerder klaar? Pak je iPad en zoek bij ieder tekstdoel  van blz. 22 een passende afbeelding. Kopieer en plak dit op één blad.

Wil je blz. 23 voor je pakken?

We gaan nakijken

Opdracht 5 en 6 blz. 23

Welke kenmerken moet je kennen? 

blz. 23

onderwerp	Waar de tekst over gaat.
hoofdgedachte	Samenvatting van de tekst in 1 zin.
inleiding	De schrijver noemt het onderwerp en wil interesse opwekken.
slot	conclusie, samenvatten

Aan de slag

Lezen: tekst 3 blz. 24

Maken: opdracht 8 en 9 blz. 25

Tekst 3

blz. 24

T-boek:

Lezen tekst 6 blz. 37, 38

maken opdr 19 t/m 23

Wat weet je nog?

Wat zijn signaalwoorden?

Wat is een tekstverband?

tekstverband         signaalwoorden

opsommend	ten eerste, ook, en, bovendien
tegenstellend	maar, toch
uitleggend	dat wil zeggen, zoals
redengevend	want, omdat, daarom
concluderend	dus,
oorzaak/ gevolg	daardoor

Aan de slag

Lezen  tekst 5 blz. 29. 30

mk opdr 15, 16 en 18 

(morgen nakijken met puntentelling)