H3 en H4 H5

Christen-democratisch appèl
Forum voor democratie
partij voor de vrijheid
Partij van de arbeid
Democraten 66
Groenlinks
Staats gereformeerde partij
Christenunie
Partij voor de dieren
Socialisitsche partij
CDA
CU
SGP
PVDA
PVDD
SP
GL
FVD
D66
PVV
1 / 40
next
Slide 1: Drag question
MaatschappijkundeMiddelbare schoolvmboLeerjaar 4

This lesson contains 40 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Christen-democratisch appèl
Forum voor democratie
partij voor de vrijheid
Partij van de arbeid
Democraten 66
Groenlinks
Staats gereformeerde partij
Christenunie
Partij voor de dieren
Socialisitsche partij
CDA
CU
SGP
PVDA
PVDD
SP
GL
FVD
D66
PVV

Slide 1 - Drag question

This item has no instructions

LINKS
RECHTS
Actieve overheid
Passieve overheid
Opkomen zwakkeren
Liberalisme
Sociaal-democratie
Zelfredzaamheid
Economische vrijheid

Slide 2 - Drag question

This item has no instructions

LINKS
RECHTS
PVV
VVD
SP
GL
FVD
PVDA
SGP
PVDD

Slide 3 - Drag question

This item has no instructions

Sleep de componenten naar de juiste stroming
Links
Midden
Rechts
De overheid zorgt voor de zwakkeren
Mensen zorgen voor elkaar
Mensen hebben een eigen verantwoordelijkheid

Slide 4 - Drag question

This item has no instructions

"......." wil dat Nederland zo weinig mogelijk nieuwe immigranten toelaat.
A
SP
B
PVDA
C
PVV
D
PVDD

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

"........ vindt dat abortus en euthanasie altijd verboden moeten zijn"
A
GroenLinks
B
VVD
C
SP
D
SGP

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Leg uit waarom de stelling: "mensen die hulp nodig hebben moeten door hun familie geholpen worden voordat de overheid hulp biedt" past bij het CDA.

Slide 7 - Open question

This item has no instructions

"Wie meer verdient, moet minder kinderbijslag krijgen"
A
Rechts
B
Midden
C
Links

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

"Goede voetballers zijn hun miljoenen salaris meer dan waard"
A
Rechts
B
Midden
C
Links

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

"meer vrijheid voor ondernemers is goed voor de economie"
A
Rechts
B
Midden
C
Links

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

"De minister-president moet rechtstreeks door het volk gekozen worden"
A
Progressief
B
Conservatief

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

"Belasting op vlees moet omhoog, zodat minder mensen vlees eten"
A
Progressief
B
Conservatief

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

"De doodstraf is in het uiterste geval een rechtvaardige straf"
A
Progressief
B
Conservatief

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

"Abortus moet verboden worden"
A
Progressief
B
Conservatief

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

"Ik vind niet dat homoseksuelen kinderen mogen adopteren"
A
Progressief
B
Conservatief

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

In welke politieke stroming zijn economische en persoonlijke vrijheid het belangrijkst?
A
De christen-democratie
B
De sociaal-democratie
C
Het liberalisme
D
Alle stromingen.

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Een verbod op consumentenvuurwerk is nodig, omdat de gevolgen van het jaarlijkse geknal slecht zijn voor mens, dier en milieu.
A
PvdD
B
PvdA
C
D66
D
VVD

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Gelijkheid is het kernwoord van
A
rechtse partijen
B
linkse partijen
C
Milieupartijen
D
Midden partijen

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Vrijheid is het kernwoord van
A
Midden partijen
B
Linkse partijen
C
Rechtse partijen
D
Progressieve partijen

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Streep één partij door die niet in dit rijtje thuishoort. Leg je antwoord uit.
GROENLINKS / VVD / SP / PVDA

A
GROENLINKS
B
VVD
C
SP
D
PVDA

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Komt de volgende uitspraak van een linkse of van een rechtse partij?
“Jongeren moeten zelf zorgen voor een plek waar ze kunnen ‘hangen’

A
Rechtse
B
Linkse

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Komt de volgende uitspraak van een linkse of van een rechtse partij?
“De uitkeringen kunnen best lager.”

A
RECHTSE
B
LINKSE

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Bij welke politieke stroming horen de partijen.
Sleep het plaatje naar het juiste hokje.
Liberalisme
Christen-democratie
Sociaal-democratie

Slide 23 - Drag question

This item has no instructions

Bedrijven die gehandicapten aannemen als werknemers krijgen een vergoeding.

Bij welk uitgangspunt van politieke stromingen past dit?
A
Rentmeesterschap
B
Vrijemarkteconomie
C
Opkomen voor de zwakkeren
D
Gelijkheid

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Sleep de partijen naar de juiste plaats in het Kieskompas
Links
Rechts
Progressief
Conservatief

Slide 25 - Drag question

TIJDLIJN-SLEEPVRAAG
Dit is een tijdlijn sleepvraag, de tekst is vrij aan te passen. Om een sleepvraag aan een doel te verbinden klik je op de blauwe knop bij de vraag naar keuze. 
Een kenmerk van de Ecologische stroming is:
A
gelijkheid
B
vrijheid
C
milieubewustzijn
D
solidariteit

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

Welke politieke stroming wordt door deze cartoon bekritiseerd?
A
Liberalisme
B
Nationalisme
C
Sociaal-democratie
D
Christendemocratie

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

Links vindt gelijkwaardigheid belangrijk, wat betekend dit voor de rol van de overheid?!

Slide 28 - Open question

This item has no instructions

Actief kiesrecht betekent dat iemand:
A
zich verkiesbaar stelt bij verkiezingen
B
een politieke partij mag oprichten
C
de standpunten van politieke partijen goed kent
D
bij verkiezingen mag stemmen

Slide 29 - Quiz

This item has no instructions

Passief kiesrecht betekent dat:
A
je bij verkiezingen mag gaan stemmen
B
maar weinig mensen gaan stemmen
C
politici over wetten stemmen.
D
mensen bij verkiezingen op jou kunnen stemmen.

Slide 30 - Quiz

This item has no instructions

Gelijkwaardigheid & solidariteit, zijn de belangrijkste waarde van:
A
Sociaaldemocratie
B
Christendemocratie
C
Liberalisme

Slide 31 - Quiz

This item has no instructions

Leg uit wat solidariteit betekend:

Slide 32 - Open question

This item has no instructions

Geloof, naastenliefde en solidariteit, zijn de belangrijkste waarde van:
A
Sociaaldemocratie
B
Christendemocratie
C
Liberalisme

Slide 33 - Quiz

This item has no instructions

Economische vrijheid en persoonlijke vrijheid zijn belangrijkste waarde van:
A
Sociaaldemocratie
B
Christendemocratie
C
Liberalisme

Slide 34 - Quiz

This item has no instructions

Hoe verloopt de kabinetsformatie?
Zet de stappen in de juiste volgorde.
1
2
3
4
5
6
7
Tweede Kamer debatteert over verkiezingsuitslag
Tweede Kamer benoemt een informateur
De informateur onderzoekt welke partijen kunnen samenwerken
Het regeerakkoord wordt geschreven
De formateur wordt
aangesteld
De formateur verdeelt de ministersposten
Het kabinet wordt beëdigd door de Koning

Slide 35 - Drag question

This item has no instructions

Hierin wordt een uitleg gegeven van de plannen die de regering heeft voor het komende jaar
A
Miljoenennota
B
Prinsjesdag
C
Troonrede
D
Regeerakkoord

Slide 36 - Quiz

This item has no instructions

Wat is Prinsjesdag?
A
Prinsen hebben vandaag feest
B
Koning treedt af
C
Koning blikt terug op afgelopen jaar
D
Kabinet maakt plannen voor komend jaar bekend

Slide 37 - Quiz

This item has no instructions

Prinsjesdag valt altijd op
A
De derde dinsdag van september
B
De tweede dinsdag van september
C
Op 18 september

Slide 38 - Quiz

This item has no instructions

Hoeveel stemmen zijn er nodig om een wet aangenomen te krijgen door de Tweede Kamer?
A
51 stemmen
B
76 stemmen
C
101 stemmen
D
150 stemmen

Slide 39 - Quiz

This item has no instructions

Een overeenkomst tussen coalitiepartijen over het te voeren beleid in de regeerperiode van vier jaar.
A
formateur
B
regeerakkoord
C
compromis
D
informateur

Slide 40 - Quiz

This item has no instructions