Communisme:
- Geld/goederen verdeeld. Elk beroep zelfde loon.
- Er is geen ongelijkheid. Iedereen zelfde "rang" ('kameraad!')
- Iedereen moet meewerken aan de staat (de regering), die het paradijs moet brengen. Alles draait om de staat.
- Er moet één sterke leider zijn om de staat te besturen.
- Religie is een leugen, godsdienstig zijn is verboden
In Rusland grepen de burgers in 1917 de macht in de Februari-Revolutie. Onder hen waren veel communisten.