16-1-23 start periode 3

1 / 32
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 32 slides, with text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Programme
récapitulation
nakijken le bilan
voorbereiden toets

Le programme d'aujourd'hui:
  • la présentation 
  • huishoudelijke mededelingen
  • explication du but de période 3 et comment atteindre ce but?
  • uitleg schoolsysteem 
  • voca F 8 doornemen en Phras-o-magique
  • la préposition "in"
  • la négation
Le but: à la fin de ce cours:

  • je sais le but pour cette période
  • je comprends le système scolaire française
  • j'ai pratique avec le vocabulaire F
  • je comprends la négation

Slide 4 - Slide

Huishoudelijke mededelingen
1d: Alain en Silvijn mail herkansen?????

Tâches
Wie zijn/haar tâches periode 2 niet afheeft verplicht inschrijven bij mij!


Slide 5 - Slide

Période 3 
Le but:
1. Conversation finale - thème 1,2,3
2. Grand examen - thème 1,2,3
(zie de studiewijzer FA 9 en FA 10)
3. Start thème 4: mode, uiterlijk beschrijven, kleding, winkelen en kleuren

LET OP:

FA9 in de week van 6 februari!
FA10 op 22 februari!

Slide 6 - Slide

conversation finale & grand examen (thème 3)
Wat moet je kennen:

-alles van thème 1 & 2
-het Franse schoolsysteem 
-de ontkenning
-werkwoorden op -er 
-voca C: dagen van het jaar, maanden, schoolvakken etc
-voca F: schoolvocabulaire (27 januari), ook docenten, klas en vakken.
-de kloktijden
-uitspraakregels 




Slide 7 - Slide

défilé de mode (thème 4)
Wat moet je kennen:

-vocabulaire C (mode, kleiding, uiterlijk, beschrijvingen)
-les adjectifs (bijvoeglijke naamwoorden) 
-être & avoir
- le verbe porter (dragen)
-lire
-écouter






Slide 8 - Slide

moeite met thème 1 of 2? 

Kom naar mij toe in het Daltonuur.
IK heb extra oefeningen over elk onderdeel. 

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Link

Slide 11 - Link

VOCA F 

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Link

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Slide 16 - Slide

Ne...pas 
N'...pas

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

Qu'est-ce que c'est la négation
&
Pourquoi c'est bon de connaître la négation? 

Slide 19 - Slide

  La négation   -  
2 petit mots:                              ne             pas 

Devant voyelle ( klinker) ou h muet (stomme h): 
                                                          n'             pas

La place de la négation dans la phrase? 
                     Autour la premìere forme du verbe ( werkwoordsvorm)
comment ça marche

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

La négation
J'aime la glace 
Je n'aime pas la glace

Je préfère le fromage
Je ne préfère pas le fromage

Slide 22 - Slide

La phrase 


Tu manges le pain 

Slide 23 - Slide

La phrase négative


Tu ne manges pas le pain 

Slide 24 - Slide

La phrase

Vous achetez les pommes 

Slide 25 - Slide

La phrase négative

Vous n'achetez pas les pommes 

Slide 26 - Slide




Et avec DEUX verbes dans la phrase? 

Slide 27 - Slide

Je werkt in groepjes van 3 personen, maar je blijft op je plaats zitten
Schrijf 3 zinnen op een blaadje (bv: je cherche ma chaise)
Geef je blaadje door aan je buurman of buurvrouw
Jij hebt dus ook een blaadje gekregen → Maak de zinnen die er op staan ontkennend (je ne cherche pas ma chaise)
Daarna geeft je het blaadje weer door aan de volgende directe buurman/buurvrouw
Deze controleert of de ontkenning juist is gedaan (je ne cherche pas ma chaise) en geeft het blaadje weer terug aan degene die de zinnen heeft geschreven
Je werkt de eerste 5 minuten in stilte, daarna mag je eventueel overleggen
Weet je geen zinnen te bedenken, dan kun je bij mij een zin komen vragen
Na de 5 minuten stilte mag je ook mij een vraag stellen, steek je je vinger op, dan kom ik naar je toe.

-Je werkt in groepjes van 3 personen, maar je blijft op je plaats zitten
-Schrijf 3 zinnen op een blaadje (bv: j'adore le chocolat)
-Geef je blaadje door aan je buurman of buurvrouw
-Jij hebt dus ook een blaadje gekregen → Maak de zinnen die er op staan
  ontkennend (je ne mange pas le chocolat)
-Daarna geeft je het blaadje weer door aan de volgende directe
  buurman/buurvrouw
-Deze controleert of de ontkenning juist is gedaan (je ne mange pas le chocolat) en
  geeft het blaadje weer terug aan degene die de zinnen heeft geschreven
-Je werkt de eerste 5 minuten in stilte, daarna mag je eventueel overleggen
-Weet je geen zinnen te bedenken, dan kun je bij mij een zin komen vragen
-Na de 5 minuten stilte mag je ook mij een vraag stellen, steek je je vinger op, dan
  kom ik naar je toe.

Exercice

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

le prochain cours:
L'arbre généalogique
Les chiffres
Pratiquer le vocabulaire
Questions

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Link

Slide 32 - Link