maandag 10.01.21

Montag, den 10.01.21
Ich wünsche euch ein gesundes glückliches Neues Jahr!
1 / 34
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Montag, den 10.01.21
Ich wünsche euch ein gesundes glückliches Neues Jahr!

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Was machen wir heute?

  • Wir wiederholen alles für die Prüfung
  • Üben mit Texten
  • Üben mit schreiben 

Slide 3 - Slide

Wiederhole

Du hast jetzt 10 minuten um die Wörter von Kapitel 2 zu wiederholen. Dann machen wir einen kleinen Test. 
Nach den 10 Minuten darfst du dein Handy aus dem "Handyhaus" nehmen und log dich bei LessonUp ein.
timer
10:00

Slide 4 - Slide

Übersetze
N - D
D - N
1. zich thuis voelen

Slide 5 - Slide

zich thuis voelen

Slide 6 - Open question

Daar gebeurt veel

Slide 7 - Open question

duurzaam

Slide 8 - Open question

de veiligheid

Slide 9 - Open question

het vrijwilligerswerk

Slide 10 - Open question

iets beseffen

Slide 11 - Open question

voorspelbaar

Slide 12 - Open question

een overweging waard

Slide 13 - Open question

de afwisseling

Slide 14 - Open question

de ontmoeting

Slide 15 - Open question

zich voor iets lenen

Slide 16 - Open question

Jetzt D - NL 

Slide 17 - Slide

die Schattenseite
A
de kant
B
de schaduwkant
C
de schatduw
D
de keerzijde

Slide 18 - Quiz

(aus)prägen

Slide 19 - Open question

fordern

Slide 20 - Open question

Von wegen!

Slide 21 - Open question

die Zusage

Slide 22 - Open question

einzigartig

Slide 23 - Open question

Übersetze jetzt die Sätze

Slide 24 - Slide

Übersetze
  1. De grote nachtmerrie van de klimaatbescherming is de omvangrijke milieuvervuiling.
  2. Onze jeugddroom is in vervulling gegaan en we zijn op reis gegaan.
  3. Als dat zou kloppen, dan zou het nu niet zo erg zijn.
  4. Een lelijke werknemer is de crisis te boven gekomen.
  5.  Daar gebeurt veel. Daarom heb ik een drang naar verre landen. 
  6. Hij zou geld opzij moeten leggen als hij zijn verlangen zou willen verwezenlijken. 
  7. Tegenwoordig is het moeilijk maar ook begrijpelijk, dat grote evenementen voorlopig stoppen. (ophouden)
  8. Maar als we nu geen COVID zouden hebben, dan zouden nu verbazingwekkende evenementen plaatsvinden. 
timer
10:00

Slide 25 - Slide

Lösung
  1. Der große Albtraum des Klimaschutzes ist die umfangreiche Umweltverschmutzung. 
  2.  Unser Kindheitstraum ist in Erfüllung gegangen und wir sind verreist. 
  3.  Wenn das stimmen würde, wäre es jetzt halb so schlimm.
  4. Ein hässlicher Angestellte het die Krise bewältigt. 
  5. Da ist viel los. Deshalb habe ich Fernweh. 
  6.  Wenn er seine Sehnsucht verwirklichen möchte, müsste er Geld beiseitelegen. 
  7. Heutzutage ist es schwierig aber auch verständlich, dass große Veranstaltungen vorläufig aufhören.
  8. Aber wenn wir jetzt keinen COVID hätten, dann würden jetzt erstaunliche Veranstaltungen stattfinden. 

Slide 26 - Slide

Welche Wörter passen zu welchem Thema? 

Übersetze die Wörter ins Deutsche  



Thema 1 - Reizen
Thema 2 - het milieu 
emigreren ; de nieuwsgierigheid;   het avontuur; ontvluchten; uitkijken naar; de afwisseling; drang naar verre landen hebben;  bedreigen

Slide 27 - Slide

Welche Wörter passen zu welchem Thema? 

Unter den folgenden Wörtern gibt es immer zwei Wörter, die zu einem bestimmten Thema passen. Ordne diese Wörter den entsprechenden Themen zu.
Zwei Wörter bleiben übrig. Übersetzt die Wörter bitte!

Thema 1 - Reizen
auswandern; die Neugierde; das Abenteuer; Ausschau halten nach; die Abwechslung; Fernweh haben
Thema 2 - het milieu 
die Umweltverschmutzung; nachhaltig ; umweltfreundlich ; schmutzig ; die Krise bewältigen ; bedrohen

Slide 28 - Slide

Lesen 

Mache jetzt Übung 1;2 ;3 und 4 Seite 100; 101; 102; 103 im Buch 

Slide 29 - Slide

Übung 1
Eigene Antwort

Slide 30 - Slide

Übung 2

1.  2 keer een gedachtestreepje en 4 keer een dubbele punt.
2. Dat daar kennelijk iets positiefs (een pluspunt) besproken is.

Slide 31 - Slide

Übung 3
1 A
2 A
3 A
4 C

Slide 32 - Slide

Übung 4
1 Neulich is onjuist, falls is juist.
2 Freilich is juist, indem is onjuist.
3 Bildung is juist, Einschränkung is onjuist.
4 In Bezug auf is juist, Es sei denn is onjuist.
5 Den Vorschlag is juist, die Einschränkung is onjuist.

Slide 33 - Slide

Hals- und Beinbruch!

Viel Erfolg beim Lernen für diesen Test 

Slide 34 - Slide