This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Today
Chapter 5: A Watching
Aim: Watching for specific information (gericht kijken)
Slide 2 - Slide
Vandaag gaan we luisteren.
Aan het eind van de les kan je vaak voorkomende woorden en zinnen over dieren in een korte video volgen.
Maar eerst een paar vragen vooraf.
Slide 3 - Slide
Wat is het verschil tussen dieren die leven in het wild en dieren die leven in een dierentuin.
Kies in de volgende slide het juiste antwoord.
Slide 4 - Slide
more natural habitat
A
living in the wild
B
living in the zoo
Slide 5 - Quiz
better protected
A
living in the wild
B
living in the zoo
Slide 6 - Quiz
more freedom
A
living in the wild
B
living in the zoo
Slide 7 - Quiz
live longer
A
living in the wild
B
living in the zoo
Slide 8 - Quiz
living together with other animals
A
living in the wild
B
living in the zoo
Slide 9 - Quiz
animals are happier
A
living in the wild
B
living in the zoo
Slide 10 - Quiz
Strategie.
Watching for specific information (gericht kijken)
Bij 'gericht kijken' ben je op zoek naar specifieke details, zoals een datum, plaats of naam. Lees de vraag in de slide van tevoren goed door. Je weet dan precies waarop je moet letten tijdens het kijken en je wacht tot die informatie langskomt.
Slide 11 - Slide
Je gaat nu naar een clip kijken en luisteren genaamd Wildlife.
Hierna volgen er enkele slides met vragen. Op deze slides kan je de clip nogmaals aanklikken als hulp om de vragen te beantwoorden.
Doe dat ook!
Slide 12 - Slide
Klik op de clip om af te spelen.
Slide 13 - Slide
Maak in de volgende slides de zin af, met behulp van de informatie uit de clip Wildlife.
Op deze slides kan je de clip nogmaals aanklikken als hulp om de vragen te beantwoorden.
Doe dat ook!
Slide 14 - Slide
The differences between zoos and safari parks are mainly in the....
A
game
B
name
C
fame
D
shame
Slide 15 - Quiz
The total number of animals living in the Cotswold Wildlife Park is about....
A
1000
B
200
C
2000
D
3000
Slide 16 - Quiz
The zookeeper talks about the differences between England and.....
A
other countries
B
Australia
C
Netherlands
D
other counties
Slide 17 - Quiz
To create a natural habitat for animals, it is very important to know...
A
their wild live
B
their wild home
C
their wild habitat
D
their wild house
Slide 18 - Quiz
The zookeeper thinks animals in a zoo are happy when they are ....
A
in the right environment
B
in the left environment
C
in the straight environment
D
in the forward environment
Slide 19 - Quiz
The zookeeper says it's important to have a good ......
A
look at the animals
B
knowledge of the animals
C
knowing at the animals
D
meaning of the animals
Slide 20 - Quiz
For most young animals, it's important that they can....
A
stay
B
go away
C
play
Slide 21 - Quiz
The zookeeper warns that meerkats can.....
A
be dangerous
B
be hazardous
C
be helpless
D
be homeless
Slide 22 - Quiz
Slide 23 - Slide
Dit was de luisteroefening.
Er volgen nog enkele slides. Je bent er bijna.
Slide 24 - Slide
Zelfstandige werk
- Do Exercise 7 & 8 (page 61)
Finished?
Slim Stampen Vocabulary A & Theme words B
timer
15:00
Slide 25 - Slide
Slide 26 - Slide
Your done! Great Job!
Voor de volgende les leer je alvast de woordjes van B theme words, slim stampen Chapter 5.
Slide 27 - Slide
I can understand familiar words and simple sentences about animals in short videos.