Pietje en zijn vrienden vullen op school een enquête in over hoe ze tegen zichzelf aankijken. Deze enquête bestaat uit 10 eigenschappen waarvan 5 positief en 5 negatief. Bij elke eigenschap moet de deelnemer zichzelf bij iedere eigenschap een score geven tussen de 1 en de 7. De 1 staat voor ‘ veel minder dan anderen’ en een 7 staat voor ‘veel meer dan anderen’. Vul je bijvoorbeeld bij de eigenschap ‘arrogant’ een 2 in, dan vind je jezelf een stuk minder arrogant dan anderen. Pietje vult bij alle positieve eigenschappen een cijfer in dat dicht bij de 7 ligt, en bij alle negatieve eigenschappen een getal in dat dicht bij de 1 ligt. Zijn vrienden zijn een stuk meer bescheiden en vullen alles rond de 4 in. Uit de enquête blijkt dus dat pietje zichzelf een stuk beter beschouwd dan zijn vrienden.
met welke term wordt in dit geval het ‘beter voelen dan anderen’ aangeduid?