OP 1 - 418BK/CK - Week 9 - Neo / lezen 15 min. / opdr. betoog schrijven / ww.spelling / Goedgebekt

1 / 23
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wat gaan we doen vandaag? 
  1. Neologisme
  2. Lezen 15 min.
  3. Opdracht schrijven 
  4. Werkwoordspelling
  5. Keuzeopdracht
  6. Evaluatie en vooruitblik

Slide 2 - Slide

Meenemen: 
- kaartjes inleiding-kern-slot
- wit papier
- werkwoordspellingopdracht
- antw. nakijken betoog werkboek (opdr. 6 blz. 251)
1. Neologisme
tokkietoets

Slide 3 - Slide

Soort toets die aanstaande huurders moeten doen die in het verleden asociaal gedrag hebben vertoond; de toets is te zien als een soort 'belofte van goed gedrag'. De gemeente Rotterdam is van plan deze toets in te voeren. Het eerste lid Tokkie is eigenlijk een eigennaam: de familie Tokkie is een familie uit Amsterdam die bekend staat om asociaal gedrag. De naam Tokkie wordt al wat langer in de betekenis 'asociaal persoon' gebruikt.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Wat gaan we doen vandaag? 
  1. Neologisme
  2. Lezen 15 min.
  3. Opdracht schrijven 
  4. Werkwoordspelling
  5. Keuzeopdracht
  6. Evaluatie en vooruitblik

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

2. Lezen
15 minuten lezen in leesboek
timer
15:00

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Wat gaan we doen vandaag? 
  1. Neologisme
  2. Lezen 15 min.
  3. Opdracht schrijven 
  4. Werkwoordspelling
  5. Keuzeopdracht
  6. Evaluatie en vooruitblik

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

3. Schrijven
  • Uit welke onderdelen bestaat een tekst?
  • Schrijf je naam op het blaadje.
  • Je krijgt een onderwerp op een kaartje: niemand mag dit zien.
  • Schrijf een inleiding van 2 zinnen ZONDER het woord te noemen.

Slide 8 - Slide

inleiding-kern-slot
Op bord schrijf ik zo de verschillende inleidingen.
Blz. 137 hb VIA:
Inleidingen: 
- Beschrijving van het onderwerp
- Samenvatting
- Vragenreeks
- Situatieschets
- Beschrijving van de aanleiding
- Voorbeeld
- Anekdote
3. Schrijven
  • Vervolgens schuif je het papier door naar een ander.
  • Schrijf nu 2 zinnen van de kern op.
  • Weer doorschuiven naar de volgende.
  • Schrijf nu 2 zinnen van de kern op.
  • Weer doorschuiven.
  • Schrijf nu in 3 zinnen het slot.
  • Klaar? Teruggeven aan de degene wiens naam erop staat.

Slide 9 - Slide

Slot blz. 138 hb VIA: 
- samenvatting
- conclusie
- oplossing
- aansporing
- open eind
4. Schrijven
  • Wist je over welk onderwerp de inleiding ging?
  • Wat merkte je aan de inleiding zonder dat je het onderwerp wist?
  • Wie had een heel mooie tekst geschreven en wil het graag delen?

Slide 10 - Slide

Bord gebruikt bij het schrijven?
Wat gaan we doen vandaag? 
  1. Neologisme
  2. Lezen 15 min.
  3. Opdracht schrijven 
  4. Werkwoordspelling
  5. Keuzeopdracht
  6. Evaluatie en vooruitblik

Slide 11 - Slide

15 min. break
ik
jij/u
werkwoord + je/jij

hij/zij/het

wij
jullie
zij

bevel
= ik-vorm
= ik-vorm + t
= ik-vorm 
(Loop jij? Word jij?)
= ik-vorm + t

= hele werkwoord
= hele werkwoord
= hele werkwoord

= ik-vorm
(Houd je mond! Stop eens even.) 

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Rick (braden) de lekkerste kippetjes op de barbecue.
A
brad
B
braad
C
braadt
D
braden

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

(Worden) jij niet gek van al die berichtjes?
A
Worden
B
Word
C
Wordt
D
word

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Ik (worden) soms gek van al die regels!
A
wordt
B
word
C
worden

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

(Houden) eens even op!
A
Houdt
B
Houd
C
houden

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

sterk - zwak
Sterk werkwoord? 
verandert van klank: ik ben, wij zijn
Leren: hier zijn geen regels voor.

Zwak werkwoord?
normale spellingsregels
'worden'?

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

KOFSCHIPTAXIETJE
  • Verschil stam/ik-vorm?
  • Wanneer +te/+ten?
  • Wanneer +de/+den?
  • Hoe weet ik wanneer ik meervoud moet gebruiken?

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Jullie (downloaden) vorig jaar veel nieuwe apps.
A
downloaden
B
downloade
C
downloadde
D
downloadden

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Vorige keer (mixen) we die drank met limoen, suiker en ijs.
A
mixden
B
mixde
C
mixte
D
mixten

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Gisteren (verhuizen) ik naar mijn nieuwe woning.
A
verhuist
B
verhuisde
C
verhuizde
D
verhuiste

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

5. Keuzeopdracht
Keuze uit:
  • Goedgebekt taak 6 en 7 (deel 2)
    + nakijken
  • Oefenen betoog: blz. 251 + nakijken
  • Oefening werkwoordspelling + nakijken

Klaar? Lezen in je leesboek. 

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

6. Evaluatie en vooruitblik
  • Vragen over de rapporttoets?
  • Volgende week: 
    rapporttoets schrijven en taalverzorging (= spelling etc.)

Slide 23 - Slide

  1. Wat denk je dat het lesdoel of de lesdoelen van deze les waren?
  2. Voor wie was deze les niet duidelijk?