Les devoirs - Het huiswerk
Volgende week heb je gemaakt en nagekeken:
- - ex. 30b, 31, 32, 33 (p. 86-89)
- - ex. 23, 24 en 25a, 26a (p. 80-82):
- - hulpwoordjes:
* qu'est-ce que [kesku] = wat?
*à la boulangerie [aa laa boelanzjurrie] = bij de bakker
* à la ... boucherie/pharmacie/pâtisserie / = slager/apotheek/taartjeswinkel
* faire les magasins = shoppen