HV3 Argumentatie

Welkom 

Start Hoofdstuk 3 Lezen

1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom 

Start Hoofdstuk 3 Lezen

Slide 1 - Slide

Hoofstuk 3 Lezen
Argumentatiestructuur: het standpunt + alle argumenten


2 soorten argumenten
feitelijke argumenten en waarderende argumenten,
dus objectieve of subjectieve argumenten

Slide 2 - Slide

Vier soorten argumentatie

1. Enkelvoudige argumentatie: standpunt wordt met 1 argument onderbouwd .

2. Nevenschikkende argumentatie: standpunt wordt met verschillende argumenten onderbouwd. 

Slide 3 - Slide

Iets moeilijker...
3. Onderschikkende argumentatie: standpunt wordt onderbouwd met een argument en dat argument wordt onderbouwd met een argument.

VB: Je moet elke dag één glas melk drinken, want melk is goed voor je. In melk zitten o.a. calcium en vitamine D, die zijn belangrijk voor de groei van je botten. 

Slide 4 - Slide

Nog een stapje verder
4. Onder- en nevenschikkende argumentatie:
Standpunt wordt met meerdere argumenten onderbouwd (nevenschikkend) en één of meerdere argumenten worden weer onderbouwd (onderschikkend).
VB: Docenten moeten hun camera aan doen tijdens de online les. Dat is eerlijk, want leerlingen moeten dat ook. Ook kunnen leerlingen de les beter volgen, want als je naar een zwart scherm kijkt, raak je snel ongemotiveerd.

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Zij moet het land leiden, want zij is integer.
A
Enkelvoudige argumentatie
B
Nevenschikkende argumentatie
C
Onderschikkende argumentatie
D
Neven- en onderschikkende argumentatie

Slide 7 - Quiz

Ze moet ons land leiden, want ze is integer. Bovendien heeft ze veel kennis van politiek. Ook heeft ze goede programmapunten
A
Enkelvoudige argumentatie
B
Nevenschikkende argumentatie
C
Onderschikkende argumentatie
D
Neven- en onderschikkende argumentatie

Slide 8 - Quiz

Ik heb verkering met hem omdat hij aardig is. Bovendien is hij knap.
A
Enkelvoudige argumentatie
B
Nevenschikkende argumentatie
C
Onderschikkende argumentatie
D
Neven- en onderschikkende argumentatie

Slide 9 - Quiz

We moeten in lockdown, zodat we de ouderen kunnen beschermen. Zij zijn namelijk kwetsbaar.
A
Enkelvoudige argumentatie
B
Nevenschikkende argumentatie
C
Onderschikkende argumentatie
D
Neven- en onderschikkende argumentatie.

Slide 10 - Quiz

Jij moet een docent worden. Je hebt namelijk goed contact met leerlingen. Ook ben je vriendelijk, want kinderen zoeken je snel op.
A
Enkelvoudige argumentatie
B
Nevenschikkende argumentatie
C
Onderschikkende argumentatie
D
Neven- en onderschikkende argumentatie.

Slide 11 - Quiz