HS 1, grammatica, bk2b, 01-10-2020

Welkom

Wat heb je vandaag nodig?
Je leesboek, boek voor Nederlands, een schrift en een pen.

Heb je dit voor je?
Wees stil, dan kunnen we snel beginnen :) 
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 21 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom

Wat heb je vandaag nodig?
Je leesboek, boek voor Nederlands, een schrift en een pen.

Heb je dit voor je?
Wees stil, dan kunnen we snel beginnen :) 

Slide 1 - Slide

Wat gaan we vandaag doen?
  • Lezen in leesboek
  • Opdrachten bespreken 
  • Opdracht op chromebook
  • Pauze
  • Boy7 lezen :)




Slide 2 - Slide

Lezen
10 minuten lezen in een meegebracht leesboek
timer
10:00

Slide 3 - Slide

Opdracht bespreken
Opdracht 7 en 8. (blz. 22)

Slide 4 - Slide

Opdracht Kahoot
Jullie hebben als opdracht om een Kahoot te maken. Je maakt de kahoot met de theorie uit het boek. Bijvoorbeeld over de persoonsvorm, werkwoordelijke gezegde of het onderwerp. Ook mag het gaan over het voltooid deelwoord of het hele werkwoord. 

Slide 5 - Slide

Hoe werkt het?
1. Je gaat naar: create.kahoot.it
2. Don't have an account? Sign up
3. Kies student 
4. Geef als geboortedatum Jan-01-2000 op. Anders komt er een leeftijdsrestrictie op de Kahoot en kan je 'm niet delen. 
5. Bedenk een gebruikersnaam
6. Voer een e-mailadres en een wachtwoord in
7. SCHRIJF DIT E-MAILADRES EN WACHTWOORD ERGENS OP 

Slide 6 - Slide

Opdracht Kahoot
  • Je maakt minimaal 10 vragen
  • Er mogen maximaal 3 true/false vragen in zitten
  • Het gaat alleen over Nederlands grammatica HS 1 en 2
  • Doel? Door zelf vragen te verzinnen word je beter in Nederlands
  • En we kunnen hopelijk binnenkort jouw Kahoot spelen in de les :) 

Slide 7 - Slide

Zelfstandig werken
Wat? Opdracht 7, 8 en 9 (blz. 22 en 23) 
Hoe? Je mag zachtjes overleggen met je buurman/buurvrouw
Tijd? Je hebt hier een kwartier de tijd voor
Hulp? Vraag eerst je buurman/buurvrouw. Daarna steek je je hand omhoog, dan beantwoord ik je vraag. 
Klaar? Ga leren voor economie 

timer
10:00

Slide 8 - Slide

Persoonsvorm
  • De auto wordt voor het huis geparkeerd.

  • Als je de zin in een andere tijd zet, wat verandert er dan?

  • De auto werd voor het huis geparkeerd. 

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Tekstsoort + tekstdoelen

Slide 11 - Slide

Uit welke woorden bestaan de onderstaande samenstellingen?
grondstof
bureaustoel
toetsenbord
paperclip
waterflesje
meergranenkoekje
langetermijnplanning 

Slide 12 - Slide

Pauze
timer
5:00

Slide 13 - Slide

BOY7
Samen gaan we het boek BOY7 van Miriam Mous lezen. Nadat we het boek hebben gelezen ga je een verwerkingsopdracht maken bij het boek. 

Daarnaast krijg je een boektoets over het boek. Als je 70% van die vragen goed hebt, krijg je een bonuspunt voor je verwerkingsopdracht!

Slide 14 - Slide

Wat gaan we vandaag doen?
12.35 - 12.40 - Wat weet je nog?
12.40 - 12.55 - Opdracht 1 (blz. 13) bespreken
12.55 - 13.10 - Uitleg fictie en non-fictie
13.10 - 13.25 - Woordenschat, zelf aan de slag!
13.25 - 13.30 - Pauze
13.30 - 13.45 - Opdrachten woordenschat bespreken
13.45 - 13.50 - Uitleg synoniemen en antoniemen
13.50 - 14.00 - Zelf aan de slag**

Gaat het zelf aan de slag allemaal goed? Dan doen we aan het laatste kwartier van de les een spelletje. (wel over Nederlands, natuurlijk) 




Slide 15 - Slide

Opdracht 1 t/m 3 bespreken
Schrijf mee!

(blz. 29 en 30) 

Slide 16 - Slide

Synoniem
Een synoniem is een ander woord dat hetzelfde betekent. 

Bijvoorbeeld:
explosie - ontploffing
levenslang - eeuwig
beroemd - bekend
gevangenis - ......
boos - ...... 

Slide 17 - Slide

Antoniem
Een antoniem is een ander woord dat precies het tegenovergestelde betekent.

Bijvoorbeeld:
 licht - donker
moeilijk - makkelijk
dag - nacht 

Slide 18 - Slide


1. Gezond
2. Hier
3. Hoog
4. Warm
5. Zwak
6. Dwerg
7. Netjes

1. 
2. 
3.
4.
5.
6.
7. 

Slide 19 - Slide

Quizlet
We gaan zo een quizlet doen. Een quizlet is een soort online quiz. Het is dan de bedoeling dat je de antoniemen aan elkaar gaat koppelen. Het probleem is alleen dat de antwoorden niet alleen op je eigen telefoon staan, maar ook op die van je teamgenoten. Je moet dus samenwerken om te kunnen winnen. Het eerste rondje zal een soort oefenrondje zijn, daarna zijn jullie er vast beter in! 

Slide 20 - Slide

Lesafsluiting
Deze les heb je geleerd wat synoniemen en antoniemen zijn.
Deze les hebben we het gehad over het verhaal 'Een vakantie van niks!'
Deze les heb je de betekenis van een aantal nieuwe woorden geleerd, geen zorgen deze gaan we nog vaak genoeg herhalen zodat je ze weet. 

De volgende les: maandag 1e uur, huiswerk: opdracht 4 en 5 af. (blz. 31 en 32) 


Slide 21 - Slide