Les 4 - Trans-Atlantische slavenhandel deel 2

Thema 4
Het slavernijverleden van Nederland
Trans-Atlantische slavenhandel deel 2
Les 4
1 / 34
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 34 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Thema 4
Het slavernijverleden van Nederland
Trans-Atlantische slavenhandel deel 2
Les 4

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?
  1. Hoofdvraag
  2. uitleg: slavenschip Enterprize
  3. Opdracht
  4. Nabespreking
  5. Afsluiting

Slide 2 - Slide

Opdrachten
Boekje: lees blz 1 t/m 4
Opdracht:
- Schrijf van paragraaf 1 t/m 3 de drie belangrijkste dingen op. 
- maken blz 21: 1, 4, 5, 8, 10, 11
- Maken, blz 24 , 1, 6, 7, 9, 10


15 min. 

timer
5:00

Slide 3 - Slide

Nabespreken
1| 



blz
24

Slide 4 - Slide

Nabespreken
1| 'Tot slaaf gemaakte' laat zien dat anderen hen tot die rol hebben gedwongen, het is een actieve omschrijving. 



blz
24

Slide 5 - Slide

Nabespreken
6| 



blz
24

Slide 6 - Slide

Nabespreken
6| Hij was een geschiedschrijver uit die periode en beschrijft hoe mensen in slavernij vervielen. In die zin is de bron betrouwbaar als je wilt aantonen of er slavernij bestond. 



blz
24

Slide 7 - Slide

Nabespreken
7| 



blz
24

Slide 8 - Slide

Nabespreken
7| Vergelijkbare bronnen vinden die het zelfde thema vertegenwoordigen 



blz
24

Slide 9 - Slide

Nabespreken
9| 



blz
24

Slide 10 - Slide

Nabespreken
9| voorbeeld van een feit: 
ze dobbelden / de verliezer aanvaardt de slavernij uit vrije wil / de eigenaar verplicht hen tot het betalen van / etc
Voorbeeld van een mening: ' omdat ze geen last willen hebben van hun schaamtegevoel'



blz
24

Slide 11 - Slide

Nabespreken
10| 
blz
24

Slide 12 - Slide

Nabespreken
10| 
- Het contract is een onbewuste bron die niet de bedoeling heeft een bepaald verhaal voor het nageslacht op te dissen. 
- Het is een juridische overeenkomst waarin zaken zo precies en zo duidelijk mogelijk moeten worden vastgelegd. 
Dat zijn twee argumenten die pleiten voor de betrouwbaarheid van de bron: die geeft weer wat er werkelijk gebeurd is.
blz
24

Slide 13 - Slide

Hoe heet dit schip?
Waarvoor gebruikt?
Route?
Wanneer?
Welk land?
welk ka is hier van toepassing?
uitbouw europese overheersing, met name in de vorm van plantagekoloniën en de daarmee verbonden transatlantische slavenhandel (en de opkomst van het abolitionisme)

Slide 14 - Slide

Hoofdvraag
Wat kun je leren over de Trans-Atlantische slavenhandel uit de bronnen van de Enterprize?

Slide 15 - Slide

Uitleg

Slide 16 - Slide

Dit is de Enterprize

Slide 17 - Slide

een slavenschip 

Slide 18 - Slide

Het schip was van Thomas Leyland geweest. Een van de belangrijkste slavenhandelaren van de 17e eeuw. Het voer in de Trans-Atlantische slavenhandel. 

Slide 19 - Slide

Het wrak van de Enterprize werd in 1990 gevonden nabij Ierland

Slide 20 - Slide

Het schip is gebruikt om slaafgemaakten van Afrika naar Amerika te brengen. In dat proces mensen van mensen tot bezit te maken. 

Slide 21 - Slide

Ze gingen het schip op als gevangen genomen mensen en kwamen er af als handelswaar in bezit van iemand. 

Slide 22 - Slide

Het schip riep veel interesse op bij historici die allerlei bronnen vonden over het reilen en zijlen op dat schip (en dus de slavenhandel)

Slide 23 - Slide

Opdracht
In deze opdracht gaan jullie de gevonden bronnen van de Enterprize onderzoeken. Op deze manier leer je meer over de slavenhandel en oefen je met bronnen en vaardigheden. 

Slide 24 - Slide

Opdracht
Begin met opdracht 1
- Bekijk de bronnen.
- Pak de Atlantische kaart uit het boekje erbij. 
- Bedenk je wat verteld is over de driehoekshandel. 
- Hoe zou de Enterprize haar gewoonlijke route zijn geweest?
- Teken deze. 

Slide 25 - Slide

Opdracht
Ga aan de slag met opdracht 2 en 3
- Pak telkens de goede bron erbij.
- Lees deze goed door. 
- Beantwoord de vraag in het boekje
- Maak vraag 1 t/m 4 (als je tijd over hebt:5) 
- Werk samen!
timer
25:00
bron: 5, 6, 7 en de brief

Slide 26 - Slide

Opdracht
En nu opdracht 3
- Pak de lijst met alle reizen van de Enterprize erbij. (13)
- Bekijk de lijst goed. 
- Beantwoord de vragen
- Werk weer samen!
timer
10:00

Slide 27 - Slide

Nabespreken
Doornemen antwoorden. 

Slide 28 - Slide

Nabespreken
Opdracht 2
1| Eten: meegenomen om de bemanning (en eventueel slaafgemaakten) te voeden voor de reis. 
gereedschap: om het schip te maken als het kapot ging. 
Rest: als ruilmiddel voor slaafgemaakten.

Slide 29 - Slide

Nabespreken
2| a. Omdat het schip goed verzekerd was en dat er dus een flink bedrag uitbetaald zou worden.(inleg: 25 pond en 6 pence, uitkerin:1100 pond)
 b. Nee, gewone goederen en slaafgemaakten werden door de eigenaar allebei gezien als handelswaar.
c. 444 komen er aan. Vermoedelijk had het schip zo’n 500 slaafgemaakten mee aan het begin van de reis.
 d. 23976 (c ) - 15762 (A) – 500 (D) = 7714 pond winst
e. Een licentie betekend meer afzetgebied en dus meer klanten. Meer klanten betekend meer handel en dus wellicht meer winst dat behaald kan worden.


Slide 30 - Slide

Nabespreken
Opdracht 3
a. 14 januari – 24 maart – iets meer dan twee maanden
b. man: 47% Jonge man: 7.8% Jongen 16% Vrouw 10% Jonge vrouw 8.7% meisje 10%
c. De slavenhandelaren willen ook hun vrouwelijke slaven kwijt en zullen nooit alleem mannen verkopen.
d. Tijdens de reis: ca. 56 / na de reis: ca. 32
e. Anders kost het hem geld, omdat hij de slaaf dan weer mee moet nemen.
f. Werk op de plantage
g. ponden
h. 120.658 pond

Slide 31 - Slide

Nabespreken
Opdracht 4
a. 14 januari – 24 maart – iets meer dan twee maanden
b. man: 47% Jonge man: 7.8% Jongen 16% Vrouw 10% Jonge vrouw 8.7% meisje 10%
c. De slavenhandelaren willen ook hun vrouwelijke slaven kwijt en zullen nooit alleem mannen verkopen.
d. Tijdens de reis: ca. 56 / na de reis: ca. 32
e. Anders kost het hem geld, omdat hij de slaaf dan weer mee moet nemen.
f. Werk op de plantage
g. ponden
h. 120.658 pond

Slide 32 - Slide

Hoofdvraag
Wat kun je leren over de Trans-Atlantische slavenhandel uit de bronnen van de Enterprize?

Slide 33 - Slide

Afsluiting
  • Wat heb je vandaag geleerd?
  • Zijn er nog vragen?

Huiswerk
-Lezen paragraaf 4 (blz 5 en 6)
- Schrijf 3 hoofdzaken uit paragraaf 4 op.


Slide 34 - Slide