circulatie

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 3

Klinisch redeneren: les 2

Circulatiestelsel

welke leerdoelen vandaag

- Je kennis omtrent het circulatiestelsel is (weer) opgefrist

- Je beredeneert welke aandachtsgebieden van belang zijn rondom het circulatiestelsel

- Je beargumenteert welke interventies passend zijn bij problemen rondom het circulatiestelsel

Welke ziektebeelden zie je vaak bij problemen aan het circulatiestelsel?

Anemie

POB (pijn op de borst) 

Hypertensie ​

Shock ​

Trombose been ​

Longembolie ​

Bedreigd been

Anemie

POB (pijn op de borst) 

Hypertensie ​

Shock ​

Trombose been ​

Longembolie ​

Bedreigd been

Meest voorkomende ziektebeelden

Wat is een gevolg bij anemie?

1. ijzertekort
2. hoog Hb
3. versnelde doorstroming van het bloed
4. bloedingen

hoe zat het ook alweer met de bloedcellen en plaatjes?

Bloedplaatjes

Rode bloedcellen

Witte bloedcellen

Bloedstolling

Afweer

Zuurstof vervoeren

Hemoglobine

Antistoffen maken

Bloedarmoede

Fibrinogeen

Wat is de grootste veroorzaker bij een myocardinfarct?

1. Atherosclerose
2. Hypertensie
3. Diabetes Mellitus
4. Hartritmestoornissen

Wat meet je wanneer je het hebt over de systolische bloeddruk?

1. De druk in de slagaderen wanneer het hart zich ontspant
2. De laagste druk die ontstaat nadat het hart bloed in de slagaderen heeft gepompt
3. De hoogste druk die ontstaat wanneer het hart samentrekt en bloed in de slagaderen pompt
4. De gemiddelde druk in de slagaderen tijdens een hartcyclus

Hoe vaak moet je meten om een 'zuivere' bloeddruk te weten?

1. 1x
2. 2x
3. 3x
4. 4x

enkele meting is niet voldoende

De bloeddruk is namelijk afhankelijk van 

- het moment van de dag 

- lichamelijke activiteit

- emoties

Mevrouw Zwierstra is 67 jaar oud. Sinds een aantal dagen voelt ze zich niet lekker. Ze heeft nu ook koorts en koude rillingen. Als je haar ziet, is zij klam en bleek.
Waar denk je aan bij mevr. Zwierstra?

1. Anemie
2. Myocardinfarct
3. Shock
4. Trombose been

wat is wel of geen symptoom bij Shock?

Wel

Geen

Koude huid

Normale urineproductie

Verhoogde hartslag

Alert

Hypotensie

Rustige ademhaling

Hyperventilatie

Verminderd bewustzijn

Deze interactieve opdracht laat leerlingen individueel kenmerken van een democratie en dictatuur sorteren.

Bespreek de antwoorden. Sta stil bij de verschillende kenmerken van een democratie en dictatuur.

Te weinig bloed rondpompen, met uiteindelijk acuut falen...

Mevrouw P, 38 jaar oud en sinds enkele dagen terug van een reis naar Australië.
Terwijl ze nog aan het bijkomen is van de lange vliegreis, wordt ze plotseling benauwd. Als ze hoest, ziet ze wat bloed in haar zakdoek.
Waar denk je aan?

Problemen met stolling

trombose

longembolie

wordt versterkt bij (erfelijke) stollingsstoornissen

Wat gebeurd er bij de factor V Leiden?

1. Tekort aan stollingseiwit
2. Tekort aan bloedplaatjes
3. Verhoogde afbraak van rode bloedcellen
4. Verminderde aanmaak van witte bloedcellen

Terug naar mevr. P, welk aanvullend onderzoek kan helpen om het vermoeden op trombose te bevestigen?

1. Huidskleur controleren
2. CT onderzoek
3. Longinhoud meten
4. Hb controle

Bedreigd been

ookwel arteriële occlusie genoemd

Wat zie je bij een bedreigd been?

1. Is rood en warm
2. Is wit en warm
3. Is rood en koud
4. Is wit en koud

Bedreigd been

Is koud en wit, vanwege het zuurstof tekort

geen pulsaties is been voelbaar

vaak acute afsluiting van slagader

bij geen adequate behandeling --> afsterven

Klinisch redeneren

Wat kan er aan de hand zijn bij de volgende stellingen?

Als je weet wat er aan de hand kan zijn, kan je vanuit de hypothese je werkdiagnose gaan uitzetten

Bloedarmoede door .... kan daarnaast gepaard gaan met klachten van de tong, bloedneuzen en tintelingen in handen en voeten?

1. ijzertekort
2. foliumzuurtekort
3. vitamine B12 tekort
4. alle antwoorden zijn juist

Meestal wordt bloedarmoede veroorzaakt door .....

1. ijzertekort
2. foliumzuurtekort
3. vitamine B12 tekort
4. kapot gaan van rode bloedcellen

De meeste zorgvragers met een myocardinfarct hebben een ..... pijn op de borst.

1. stekende
2. tintelende
3. brandende
4. drukkende

Bij een myocardinfarct is het heel belangrijk zo snel mogelijk een ..... te maken

1. ECG
2. röntgenfoto
3. echo
4. CT-scan

Een bepaalde lijn op het ECG laat zien dat de zorgvrager vrijwel zeker een myocardinfarct heeft.

1. de P-top
2. de T-top
3. Het QRS-complex
4. het ST-segment

Antihypertensiva verlagen de bloeddruk door .....

1. versnellen van de hartslag
2. vernauwing van de bloedvaten
3. vermindering van hoeveelheid vocht in lichaam
4. alle antwoorden zijn juist

Bij welke vorm van shock is er geen werkelijk tekort aan bloed, maar een relatief tekort?

1. hypovolemische
2. cardiogene
3. obstructieve
4. distributieve

Door een verminderde bloeddoorstroming van de weefsels en organen is er een ..... concentratie kooldioxide in het bloed.

1. lagere
2. hogere
3. gelijke

Een diep veneuze trombose komt het meest voor in .....

1. de bovenarm
2. de onderarm
3. het bovenbeen
4. het onderbeen

Verschillende aanvullende onderzoeken kunnen helpen om het vermoeden op trombose te bevestigen.

1. de glucosewaarde
2. de d-dimeerwaarde
3. het troponinegehalte
4. het hemoglobinegehalte

Klinisch redeneren

Je bent nu (weer) bewust welke symptomen vaak voorkomen bij problemen bij het circulatie stelsel...

Nu je dit weet kan je dit helpen door na de ABCDE je hypothese te vormen en van hieruit je werkdiagnose

huiswerk

Maak de e-learning 

Casuïstiek bij bloed en bloedsomloop