Le collège bouge - Les 3 (1B MeeM) ma 30-01-2023

1 / 51
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 51 slides, with interactive quizzes, text slides and 9 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

       Bonjour classe VM1B 

C'est lundi 30 janvier 2023


       Bienvenue!

Slide 2 - Slide

            Bonjour!

  •  Ben je rustig gaan zitten volgens de plattegrond?
  •  Zit je telefoon in de telefoontas, op stil?
  •  Heb je je boek/schrift/pen/opgeladen laptop op tafel? 
    (Laat je laptop nog even dicht!)   



Oui? --> On y va!

Slide 3 - Slide

Présence
tout le monde est présent?

Slide 4 - Slide

Le programme
  • Les devoirs                                                              10'
  • Révision                                                                    10'
  • klokkijken                                                                 15'
  • Au travail                                                                   15'
  • Évaluation                                                                  3'                                                                       


Slide 5 - Slide

Les buts (= de doelen)
- Je verbetert je luistervaardigheid; 
- Je kunt enkele verschillen noemen tussen school in Frankrijk
   en school in Nederland;
- Je oefent de kloktijden in het Frans; 
- Je leert woorden die te maken hebben met school. 


 


Slide 6 - Slide

Les devoirs
Faire: 
- Source B: online / ex.  9 t/m 12

Apprendre:
- voc B (fn-nf)    chapitre 3

Réviser: 
- voc A (fn-nf)  

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Link

School in Frankrijk

Kijk en luister goed mee en beantwoord de vragen!

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Link

De verschillen - les différences
1. In Frankrijk gaan leerlingen een jaar eerder naar de middelbare school, ze zijn dan 11
    jaar. Jullie zitten dan nog in groep 8.
2. Wij tellen op per klas: 1e, 2e, 3e.. . In Frankrijk tellen ze af:  6ième,5ième,4ième...
3. De onderbouw en de bovenbouw zijn meestal twee verschillende scholen in Frankrijk:
   Collège et Lycée.
4. In de onderbouw zit iedereen nog bij elkaar, er is dan nog geen verschil in niveau zoals
    wij havo, vwo en gymnasium op school hebben.
5. Schooldagen zijn langer en woensdag(middag) zijn leerlingen meestal vrij. 
6. Tussen de middag eet je warm in de kantine.
7. Veel kinderen gaan met de bus naar school of worden met de auto gebracht. 
8. De cijfers --> maximaal 20 i.p.v. 10.

Slide 12 - Slide

Bron A: écoutez
1 . Op welke dag speelt het gesprek zich af?
2. Welke vakken heeft Jules die dag?
3. Van welke vakken heeft Jules een toets vandaag?
4. Welk vak vindt Jules moeilijk?
5. Wat gaan Jules en Zoé doen tijdens de pauze?
6. Waarom gelooft Zoé Jules niet?

Slide 13 - Slide

Page 101

Slide 14 - Slide

klokkijken
uitleg & 
oefenen

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

les heures
Quelle heure est-il? -> Il est ... heure(s)
-> Il est une heure
     Il est deux heures
     Il est trois heures

Il est midi - 12 uur 's middags
Il est minuit - 12 uur 's nachts

Slide 17 - Slide

Les heures - half

il est une heure et demie
il est deux heures et demie
il est trois heures et demie
etc.

Slide 18 - Slide

Les heures - kwart over

il est une heure  et quart
il est deux heures et quart
il est trois heures et quart
etc.

Slide 19 - Slide

Les heures - kwart voor

il est une heure moins le quart
il est deux heures moins le quart        
il est trois heures moins le quart
etc.

Slide 20 - Slide

Quelle heure est-il?
Om te zeggen hoe laat het is gebruik je: Il est .... heure(s).
het is kwart over ......      = il est ........ heures et quart
het is half........                   = il est ........ heures et demie
het is kwart voor ........    = il est ........ heures moins le quart
het is twaalf uur 's middags = il est midi
het is twaalf uur 's nachts     = il est minuit

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide


il est cinq heures
il est cinq heures cinq
il est cinq heures dix
il est cinq heures et quart
il est cinq heures vingt
il est cinq heures vingt-cinq
il est cinq heures et demie

il est six heures moins vingt-cinq
il est six heures moins vingt
il est six heures moins le quart
il est six heures moins dix
il est six heures moins cinq
il est six heures

Slide 23 - Slide

De klok

Slide 24 - Slide

Page 106

Slide 25 - Slide

Quelle heure est-il?
1. Il est trois heures.
2. Il est neuf heures et demie.
3. Il est cinq heures moins le quart.
4. Il est dix heures et quart.
5. Il est midi cinq.
6. Il est minuit et demi.

Slide 26 - Slide

Quelle heure est-il?
1. Il est trois heures.  --> het is drie uur.
2. Il est neuf heures et demie. --> het is half tien. 
3. Il est cinq heures moins le quart. --> het is kwart voor vijf.
4. Il est dix heures et quart. --> het is kwart over tien.
5. Il est midi cinq. --> het is vijf over twaalf ('s middags).
6. Il est minuit et demi. --> het is half één ('s nachts).

Slide 27 - Slide

Phrases clés C  (page 108)

Slide 28 - Slide

Au Travail
Chapitre 3: opdrachten bij bron C (ex. 13 t/m 15)
Klaar? Oefen met de woordjes van voc A en B en / of de zinnen van C. 

WW-er extra oefenen (n.a.v. PW chapitre 2):
- Dina                       - Rehab                     - Lucas

Slide 29 - Slide

Instruction
  • Quoi? Maak de opdrachten bij source C (ex. 13 t/m 15)
  • Hoe? Online
  • Hulp? Boek, klasgenoot of docent
  • Tijd? Resterende tijd van de les

  • Uitkomst? Je raakt bekend met het thema school
  • Klaar? Ga woordjes A en B oefenen met Quizlet --> link staat
      in Magister (in de studiewijzer bij het huiswerk). 
timer
10:00

Slide 30 - Slide

Les devoirs
Faire: 
- Source C: online / ex.  13 t/m 15

Apprendre:
- zinnen C (fn-nf)         chapitre 3

Réviser: 
- voc A en B  (fn-nf)  

Slide 31 - Slide

Les buts (= de doelen)
- Je verbetert je luistervaardigheid; 
- Je kunt enkele verschillen noemen tussen school in Frankrijk
   en school in Nederland;
- Je oefent de kloktijden in het Frans; 
- Je leert woorden die te maken hebben met school. 


 


Slide 32 - Slide

Wat heb je geleerd deze les?

Slide 33 - Open question

Wat wil je de eerstvolgende les doen / oefenen?

Slide 34 - Open question

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Link

au revoir! 

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

Slide 39 - Slide

Het maken van een planning
1) Wat moet je leren?
2) Wanneer moet je het kennen?
3) Hoe ga ik het leerwerk in kleine blokken verdelen?
4) Hoeveel leermomenten heb je (nodig)?
5) Wanneer ga ik wat leren?
6) Hoe ga ik het leren?

Slide 40 - Slide

Tips
- Schrijf je planning op (in je agenda);
- Gebruik de Pomodoro-techniek (25 min. leren (= concentreren) + 5 min  pauze.
- Leer actief: schrijf woorden op, maak woordkaartjes, lees de woorden voor etc. HERHAAL , HERHAAL, HERHAAL!
- Laat jezelf overhoren (of gebruik Quizlet).
- Zorg ervoor één dag voor de toets 'klaar' te zijn. 

Slide 41 - Slide

Slide 42 - Video

Slide 43 - Video

Top 5 des tubes de l'été
- Donne un numéro aux chansons de 1 à 5

- Quelle est ta chanson préférée?

Slide 44 - Slide

Slide 45 - Video

Slide 46 - Video

Slide 47 - Video

Slide 48 - Video

Slide 49 - Video

Slide 50 - Video

Grandes Lignes koppelcode
1C

Slide 51 - Slide