Grammar 10: Vragen met to do.

Grammar 10: vragen met to do
Theme 4
KM1/MH1
1 / 16
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Grammar 10: vragen met to do
Theme 4
KM1/MH1

Slide 1 - Slide

Leerdoel: 
Ik kan Engelse vragen maken met het werkwoord 'to do'.

Slide 2 - Slide

Wat betekent het werkwoord 'to do'?

Slide 3 - Open question

Maak een vraag van deze zin:
Dogs eat meat.

Slide 4 - Open question

Vragen maken met 'to do'.
Als je deze werkwoorden in de zin ziet staan, kun je deze vooraan zetten om een Engelse vraag te vormen:
- 'to be' (vorm = am/are/is)
- 'to have got' (of has got).
- can.

Slide 5 - Slide

Voorbeelden
I am 13 years old. > Vorm van 'to be' in de zin > am.
Am I 13 years old? >werkwoord 'am' vooraan zetten.

She has got two sisters. 
Has she got two sisters? > Alleen has vooraan.

We can help you.
Can we help you? > werkwoord 'can' vooraan zetten.

Slide 6 - Slide

Maak een vraag van deze zin:
I have got a dog.

Slide 7 - Open question

Vragen maken met 'to do'.
Zie je het werkwoord 'to be', 'to have got' en 'can' niet, dan moet je op een andere manier een Engelse vraag maken.

Dat doe je door 'Do' of 'Does' te gebruiken.

Slide 8 - Slide

Do
I work every day.
Do I work every day?

Zie je het persoonlijk voornaamwoord I / You/ We/ They in de zin?
Dan begin je de vraag met do.
De rest van de zin blijft hetzelfde.

Slide 9 - Slide

Does
She likes school.
Does she like school?
ie je het persoonlijk voornaamwoord he / she / it  in de zin?
Dan begin je de vraag met Does. 
Daarna komt het persoonlijk voornaamwoord + het werkwoord zonder -s. 

Slide 10 - Slide

Voorbeelden
Dus na 'Does' haal je de -s van het tweede werkwoord af in de vraag.

She works every day.
Does she work every day?

Na het werkwoord 'Do' verandert er niets aan het werkwoord!

Slide 11 - Slide

have / has
Zie je alleen de werkwoorden 'have' en 'has'?
Dan gebruik je ook 'do' of  'does' in een vraag.

I have curly hair.  > Do I have curly hair?
She has freckles. > Does she have freckles?
Gebruik je Does, dan verandert has naar have.

Slide 12 - Slide

Maak een Engelse vraag:
She has a brother.

Slide 13 - Open question

Leerdoel: Ik kan Engelse vragen maken met 'to do'.
A
Ja
B
Nee
C
Ik moet nog even oefenen.

Slide 14 - Quiz

Ik heb nog een vraag over dit onderwerp:

Slide 15 - Open question

Slide 16 - Video