2.2 - Fascisme en communisme

Planning
1. 5 minuten lezen
2. Uitleg 1e en 2e leerdoel 2.2
3. Aan de slag in het werkboek
1 / 16
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Planning
1. 5 minuten lezen
2. Uitleg 1e en 2e leerdoel 2.2
3. Aan de slag in het werkboek

Slide 1 - Slide

Tussen de oorlogen
1918-1939

2.2 Fascisme en Communisme 



Slide 2 - Slide

H2.2 Fascisme en communisme
Leerdoelen
Fascisme en Italië
- Je weet hoe Mussolini opkwam in Italië.
- Je kunt beschrijven hoe Italië een totalitaire dictatuur werd.

Communisme en Sovjet Unie
- Je weet hoe de Sovjeteconomie werd ontwikkeld.
- Je kunt beschrijven je hoe de Sovjet-Unie een totalitaire dictatuur werd.

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

De opkomst van Mussolini
Mussolini was de leider van de strijdgroep  van fascisten
Na WO1 heerst er chaos in Italië

Mussolini presenteert zichzelf als sterke leider en redder

Antidemocratisch,  gewelddadig, extreem nationalistisch en totalitair (overheid heeft totale macht over samenleving)
De Duce verheerlijkt het leger

Slide 5 - Slide

Dictatuur in Italië
1922: Mussolini dreigt met geweld -> politici stemmen in en onderschatten hem -> Mussolini wordt premier

Italië wordt eenpartijstaat

Leven van Italianen wordt volledig beheerst

Persoonsverheerlijking en indoctrinatie als manier om fascisme systematisch op te dringen

Slide 6 - Slide

Planning
1. 5 minuten lezen
2. Uitleg 3e en 4e leerdoel 2.2
3. Aan de slag in het werkboek

Slide 7 - Slide

Communisme en de Sovjet-Unie

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

De Sovjeteconomie
Stalin volgt Lenin op na zijn dood

Industrialisatie gaat niet snel genoeg -> stelt in 1929 vijfjarenplan op -> planeconomie
Doel: sterke industriële mogendheid maken

Kolchozen: boeren moeten zich aansluiten bij collectieve bedrijven (collectivisatie)

Boeren waren hier tegen -> opstanden
Er werd jacht gemaakt op deze koelakken


Slide 10 - Slide

Dictatuur in de Sovjet-Unie
Sovjet-Unie wordt een totalitaire dictatuur met terreur

Partijleden werden opgepakt en vermoord/gedeporteerd

Staatspropaganda en verheerlijking van Stalin
Geloof in het welzijn door 'vadertje Stalin'

Stalinisme: communisme met extreme onderdrukking en persoonsverheerlijking

Slide 11 - Slide

Aan de slag
Maak vragen 1 tot 4 van 2.2

Slide 12 - Slide

Leg uit dat de afbeelding past bij 2.2 en 2.1
Bron 23 ‘Maandelijkse productie van staal’ (Sovjetafbeelding, 1931)
Toelichting: De grafiek gaat over de jaren 1929 en 1930. De zwarte lijn betrof Groot-Brittannië, de rode lijn betrof de Sovjet-Unie.

Slide 13 - Slide

Bron 24 Mussolini schreef in Leer van het fascisme (1932):
Het fascisme is anti-individualistisch en stelt zich als zodanig in dienst van de staat. In zoverre het individu opgaat in de staat, waardoor het individu pas volledig tot zijn recht komt en waaraan het individu zijn hoogste waarde ontleent, staat het fascisme achter het individu.
Het fascisme is tegenstander van het klassiek liberalisme, dat ontstond uit de behoefte in verzet te komen tegen het absolutisme en dat zijn zending vervuld heeft nu de staat de uitdrukking is geworden van het willen en streven van het volk.
Alleen de oorlog is in staat de menselijke energie tot haar hoogste inspanning op te voeren en geeft werkelijk adeldom aan de volken die de moed en de deugd bezitten de oorlog het hoofd te bieden.
In de leer van het fascisme is impero (= heers) niet slechts een begrip van territoriale, militaire en economische aard, maar een intellectueel en moreel begrip.
Voor het fascisme is het streven naar impero, dat wil zegen naar expansie van de natie, een uitdrukking van vitaliteit.

Ontleen aan de bron vijf kenmerken van het Italiaanse fascisme en onderscheid ze in zaken waartegen het zich afzette en zaken waar het voor was.

Slide 14 - Slide

Planning
1. 5 minuten lezen (2.2) + controle huiswerk
2. Nakijken huiswerk
2. Uitleg 4e leerdoel 2.2
3. Aan de slag in het werkboek + examenvraag

Slide 15 - Slide

1. Lees 'De Sovjeteconomie' en Dictatuur in de Sovjet-Unie' 
2. Maak vragen 5 tot en met 9

Slide 16 - Slide