Maak ontkennend (= met 'not')
*Stap 1: staat er 'was-were-could' in de zin, zet daar dan '
not' achter.
They could stay if they wanted to. - They could not (couldn't) stay if they wanted to.
*Stap 2: staat er een ander werkwoord, gebruik 'didn't'. Zet dat vóór het werkwoord.
Let op!!!: het werkwoord mag niet meer in de verleden tijd staan!!
He saw a seal on the beach. - He didn't see a seal on the beach.