2.2 Waar heb je recht op?

3GL/3hGL
Paragraaf 2.2 consumentenrecht
1 / 29
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

3GL/3hGL
Paragraaf 2.2 consumentenrecht

Slide 1 - Slide

Programma 
  • Doelen van deze les 
  • Uitleg paragraaf 2.2
  • 10 minuten in rust aan het werk
  • Bespreken vraag van de week (2.1 opgave 10)
  • Aan het werk (keuze) 
  • Afronding van deze les 

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Doelen van deze les 
  • Je weet waarom en welke rechten je als consument hebt.
  • Je weet welke wetten je beschermen tegen onveilige producten
  • Je weet welke wetten je een bedenktijd geven bij bepaalde aankopen
  • Je weet waar je als consument rechten kunt halen.
  • Je weet wat handelingsonbekwaamheid is

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Wat is een keurmerk?
A
Een garantie op een aankoop.
B
Een A-merk.
C
Een logo van een consumentenorganisatie
D
Een product voldoet aan bepaalde eisen.

Slide 6 - Quiz

Twee wetten die de consument beschermen tegen onveilige producten
1. De Warenwet: 
- Verbiedt de verkoop van voedsel en producten die schadelijk zijn voor de gezondheid of veiligheid en dat de juiste product-informatie op het etiket moet staan
2. Wet productaansprakelijkheid: 
- Fabrikant is aansprakelijk als er schade ontstaat doordat zijn product niet goed werkt -->  gevolgschade

Slide 7 - Slide

Bedenktijd na een aankoop
Bij sommige producten:
- 14 dagen waarbinnen je zonder reden het product mag   
   terugsturen of overeenkomst van dienst kunt opzeggen 

Dit is geregeld in twee wetten:
1. Wet koop op afstand
2. Colportagewet

Slide 8 - Slide

Wet koop op afstand
Aankopen via internet, telefoon, postorderbedrijf of bestelbon uit krant of tijdschrift.
Dus: mag je opzeggen binnen 14 dagen!

Geldt niet bij aankopen als reizen, bederfelijke producten en op maat gemaakte producten.

Slide 9 - Slide

Colportagewet
Als je aan de deur koopt, op straat of bij verkoopdemonstraties. Het aankoopbedrag moet groter zijn dan € 50

Ook hier mag je binnen 14 dagen zonder reden opzeggen

Slide 10 - Slide

Is de consument wel handelingsbekwaam?
  • Geestelijk gezond
  • Minimale leeftijd om de beslissing te nemen (vaak 18+) 

Slide 11 - Slide

Instanties die toezien op bedrijven
Als bedrijven zich niet aan het consumentenrecht houden. 
- NVWA: Nederlandse voedsel- en warenautoriteit
- ACM: autoriteit consument en markt: 
1.  bedrijven moet consumenten eerlijk behandelen en 
2. bedrijven moeten eerlijk met elkaar concurreren
- De Geschillencommissie
Zij houden toezicht op het naleven van regels.

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Slide 14 - Slide

Berekenen van een prijsverschil in procenten
Formule: Prijsverschil ÷ prijs waarmee je vergelijkt x 100%
- Een e-bike van Gazelle kost bij de HEMA € 3499,- en bij de Aldi
kost dezelfe e-bike € 3349,-. 
Hoeveel procent is HEMA duurder dan de Aldi? 
Je vergelijkt dus de prijs bij Aldi!
Stap 1: Prijsverschil is € 3499 - € 3349 = € 150
Stap 2: € 150 ÷ € 3349 x 100 = 4,5 % 


Slide 15 - Slide

Wat houdt het recht op een deugdelijk product in?
A
Het product heeft een keurmerk.
B
Recht op garantie bij aankoop van een particulier.
C
Het product bij normaal gebruik een bepaalde tijd meegaat.
D
Het product voldoet aan duurzaamheidseisen.

Slide 16 - Quiz

Wat is een voorbeeld van gevolgschade op grond van de Wet productaansprakelijkheid?
A
Het product werkt niet en je wilt je geld terug.
B
Het product bevat teveel pesticiden en wordt daarom teruggeroepen.
C
Na het wassen met een wasmiddel zijn je kleren verkleurd. Je wilt de schade verhalen op de producent.
D
Het fruit is over datum. Je gaat terug naar de groenteboer en eist je geld terug.

Slide 17 - Quiz

Je hebt een abonnement van € 120 op de Telegraaf afgesloten in het centrum van je woonplaats. Mag je dit opzeggen na 8 dagen?
A
Nee, want je hebt een product op maat gekocht.
B
Ja, want je hebt een bestelbon ingevuld.
C
Nee, want je hebt een aankoop onder de € 150 gedaan.
D
Ja, want je hebt een aankoop op straat gedaan boven de € 50.

Slide 18 - Quiz

Jona (15 jaar) heeft een iPhone gekocht.
Zijn ouders wisten nergens van en willen de koop ontbinden. Kan dit?
A
Ja. Hij is handelingsonbekwaam
B
Ja. Het is een ondeugdelijk product.
C
Nee. Hij heeft de aankoop gedaan.
D
Nee. Dit moet de rechter bepalen.

Slide 19 - Quiz

Simone is 102 jaar en kerngezond. Ze heeft een nieuwe televisie gekocht. Is ze wel handelingsbekwaam?
A
Ja
B
Nee

Slide 20 - Quiz

De geschillencommissie kan een bindende uitspraak doen. Wat betekent dat?

Slide 21 - Slide

Aan het werk 


De komende 10 minuten gaat iedereen aan het werk met deze opdrachten. Je kunt nu geen vragen stellen of overleggen. 

Maken H2.2: 2 t/m 10, en maak eerst opdracht 10 van 2.1
We gaan hierna opdracht 10 van paragraaf 2.1 bespreken. 
timer
10:00

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Huiswerktijd


Je kunt aan de slag met het onderstaande: 

  • Huiswerk maken: H2.2: 2 t/m 10. 
timer
10:00

Slide 24 - Slide

Afronding van deze les 
  • Je weet waarom en welke rechten je als consument hebt.
  • Je weet welke wetten je beschermen tegen onveilige   producten
  • Je weet welke wetten je een bedenktijd geven bij bepaalde   aankopen
  • Je weet waar je als consument rechten kunt halen.

Slide 25 - Slide

Wat is geen consumentenorganisatie?
A
Nibud
B
Beter leven
C
ANWB
D
Consumentenbond

Slide 26 - Quiz

Bonno is vader van drie kinderen en heeft aan de deur kinderpostzegels gekocht. Na acht dagen heeft hij spijt. Kan hij de koop terugdraaien?
A
Ja. Hij is handelingsonbekwaam.
B
Ja. Hij richt zich op de colportagewet.
C
Ja. Hij richt zich op de Wet koop op afstand.
D
Nee. De koop is gedaan en hij is handelingsbekwaam.

Slide 27 - Quiz

Welkom 3 mavo!
H.2 Wat voor een consument ben jij?
2.2 Waar heb je recht op?

Slide 28 - Slide

Wat doet de autoriteit 
consument en markt (ACM) allemaal?
  • Beschermen consumenten 
  • Toezicht per sector om zo de betaalbaarheid, kwaliteit en beschikbaarheid van diensten en goederen te garanderen. 
  • Mededingingstoezicht: check als bedrijven willen fuseren. Om ervoor te zorgen dat er
    voldoende concurrentie overblijft. 

Slide 29 - Slide