H1, paragraaf 1.1 progress tot dia 26

Beeld van Zuid Amerika
1 / 44
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 5

This lesson contains 44 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Beeld van Zuid Amerika

Slide 1 - Slide

Beslissingen gebaseerd op juiste geografische beelden pakken in het algemeen beter uit dan beslissingen op basis van stereotiepe beelden
A
Juist
B
Onjuist

Slide 2 - Quiz

Hoeveel inwoners heeft Brazilië (in miljoen)?

Slide 3 - Open question

Wat is "typisch"
Braziliaans?

Slide 4 - Mind map

Lesdoel
  • Je weet welke beelden mensen van Brazilië hadden in de koloniale tijd en welke tegenwoordig.
  • Wat zijn de kenmerken van en de verschillen tussen de stereotiepe beelden en de geografische beelden van een plaats of een land?
  • Wat zijn de topografische kenmerken van Brazilië?
  • DOEL geografisch: je begrijpt dat zowel stereotiepe beelden als geografische beelden in de loop der tijd veranderen en van invloed zijn op het ruimtelijk gedrag van bedrijven, consumenten, politici en burgers.

Slide 5 - Slide

Beeldvorming
Een stereotype is een beeld dat mensen van een onbekend gebied hebben, gebaseerd op vooroordelen.

Stereotypes ontstaan door perceptie (de manier waarop je op basis van juiste of onjuiste informatie de werkelijkheid inkleurt).

Slide 6 - Slide

Welke vooroordelen
heb je over Z.-A.?

Slide 7 - Mind map

Waarom is het zo belangrijk om een juist geografisch beeld van Zuid Amerika te hebben?

Slide 8 - Open question

Perceptie is de manier waarop je de werkelijkheid ervaart en inkleurt
A
Juist
B
Onjuist

Slide 9 - Quiz

Stereotypes Zuid-Amerika
  • Indianen
  • Katholiek
  • Spaans
  • Armoede
  • Sloppenwijken
  • Corruptie
  • Geweld / drugs

Slide 10 - Slide

Dimensies: met een andere bril

Slide 11 - Slide

Hoeveel procent van de populatie van Z.-A. is 'Indiaan' (native American)?
A
Minder dan 10%
B
Tussen de 10% - 30%
C
Tussen de 30% - 50%
D
Meer dan 50%

Slide 12 - Quiz

Indianen
“Indianen” (native Americans) 8% populatie. Grote verschillen per land. Minderheid geworden door oorlog, ziektes, komst van de Europeanen.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Katholiek
Katholiek: ja. Maar:
  • Ca 10-40% protestanten
  • Diverse andere religies
  • Tot 40% niet-religieus
  • Religie speelt vooral een rol 
in tradities, feesten etc. 

Slide 15 - Slide

In Brazilië spreekt men
A
Braziliaans
B
Spaans
C
Portugees
D
Limburgs

Slide 16 - Quiz

Geweld
Moord per 
100.000 inwoners:
Hoog, maar per 
regio verschillend.

Slide 17 - Slide

In welk land is de meeste corruptie?
A
Brazilië
B
Colombia
C
Peru
D
Uruguay

Slide 18 - Quiz

Drugs
Veel handel. 

Slide 19 - Slide

Armoede & sloppenwijken
Grote sociale ongelijkheid (bron 3)
.
Per land % mensen in sloppenwijken 
verschillend.

Slide 20 - Slide

Geografische beeldvorming & mental map
Aardrijkskunde is er voor geografische beeldvorming (= een beeld van een gebied op basis van controleerbare informatie over de ligging van het gebied, de ruimtelijke kenmerken ervan en de samenhang daartussen).

> Opgeslagen in ‘mental map’ (= ruimtelijke beeld dat een persoon van een bepaald gebied in zijn hoofd heeft opgeslagen).

Slide 21 - Slide

Brazilië
Van:
  • instabiele politiek
  • corrupte landen
  • grote sociale ongelijkheid

Naar:
  • politiek stabiel
  • sociaal stabiel

Slide 22 - Slide

Welk begrip uit de paragraaf past het best bij de tekening? 
Sleep dit begrip naar het plaatje.
Geografisch beeld
Mental map
Stereotyp beeld

Slide 23 - Drag question

Welk begrip uit de paragraaf past het best bij de tekening? Sleep dit begrip naar het plaatje.
Geografisch beeld
Mental map
Stereotyp beeld

Slide 24 - Drag question

Vanuit welke dimensie is de tekening vooral opgebouwd?
Politiek
Sociaal
Ecologisch
Economisch
Cultureel

Slide 25 - Drag question

De mental map is het ruimtelijk beeld dat een persoon van een gebied in zijn geheugen heeft opgeslagen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 26 - Quiz

Het beeld van Zuid Amerika Is in de ogen van veel Europeanen een stuk positiever geworden.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 27 - Quiz

Het ruimtelijk gedrag van burgers bepaalt de geografische beelden van Zuid Amerika
A
Juist
B
Onjuist

Slide 28 - Quiz

Beelden van een gebied kunnen vanuit verschillende dimensies worden opgebouwd. Vanuit welke dimensie is bron 5 (hiernaast) vooral getekend?
A
Ecologisch
B
Economisch
C
Demografisch
D
Sociaal-Cultureel

Slide 29 - Quiz

Waarom hebben milieuorganisaties kritiek op de manier waarop het Amazonegebied is afgebeeld in bron 5?

Slide 30 - Open question

Hoe kan ZA in de toekomst een rol spelen in jullie leven?

Slide 31 - Mind map

Het noordelijkste puntje van Zuid-Amerika
ligt op 12°NB.
Wat is de breedtegraad van het zuidelijkste punt?
A
34°ZB
B
44°ZB
C
54°ZB
D
64°ZB

Slide 32 - Quiz

Hoeveel inwoners heeft Zuid-Amerika (in miljoen)?

Slide 33 - Open question

Wat is "typisch"
Zuid-Amerika?

Slide 34 - Mind map

Perceptie is de manier waarop je de werkelijkheid ervaart en inkleurt
A
Juist
B
Onjuist

Slide 35 - Quiz

In hoeveel van de 13 landen in Z-A spreekt men Portugees
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 36 - Quiz

De mental map is het ruimtelijk beeld dat een persoon van een gebied in zijn geheugen heeft opgeslagen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 37 - Quiz

Het beeld van Zuid Amerika Is in de ogen van veel Europeanen een stuk positiever geworden.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 38 - Quiz

Het ruimtelijk gedrag van burgers bepaalt de geografische beelden van Zuid Amerika
A
Juist
B
Onjuist

Slide 39 - Quiz

Beelden van een gebied kunnen vanuit verschillende dimensies worden opgebouwd. Vanuit welke dimensie is bron 5 (hiernaast) vooral getekend?
A
Ecologisch
B
Economisch
C
Demografisch
D
Sociaal-Cultureel

Slide 40 - Quiz

Waarom hebben milieuorganisaties kritiek op de manier waarop het Amazonegebied is afgebeeld in bron 5?

Slide 41 - Open question

Hoe kan ZA in de toekomst een rol spelen in jullie leven?

Slide 42 - Mind map

Lesdoel
  • Je kent een aantal stereotiepe beelden over Zuid-Amerika. 
  • Je begrijpt dat zowel stereotiepe beelden als geografische beelden in de loop der tijd veranderen en van invloed zijn op het ruimtelijk gedrag van bedrijven, consumenten, politici en burgers.

Slide 43 - Slide

Heb je nog vragen over paragraaf 3.1?

Slide 44 - Open question