Les 1: Écouter (bron A)

Bonjour
havo-2!
- Prenez votre livre
(Pak jullie boek)

- Mettez vos sacs par terre
(Zet jullie tassen op de grond)

- Laptops dicht op tafel!
1 / 10
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 10 slides, with interactive quiz and text slides.

Items in this lesson

Bonjour
havo-2!
- Prenez votre livre
(Pak jullie boek)

- Mettez vos sacs par terre
(Zet jullie tassen op de grond)

- Laptops dicht op tafel!

Slide 1 - Slide

Planning du jour
- Lire: voca A


- Écouter: exercice 5a/b/c

- Travailler aux exercices.

- Les devoirs



Slide 2 - Slide

Leerdoelen
Aan het einde van de paragraaf:

  • ken ik woorden die te maken hebben met vakantie en kan ik deze gebruiken.

Slide 3 - Slide

Lire: voca A
We lezen samen de woordenlijst van voca A (p. 50 van je boek).

Deze woordenlijst leer je voor de volgende les!

Slide 4 - Slide

Écouter: texte A
+ exercice 5a/b/c
We gaan 3x luisteren naar het fragment.
Jullie kunnen meelezen in je boek op p. 23.

Exercice 5a:
Lees de stellingen. Zijn ze vrai of faux? Of weten we het niet (on ne sait pas)?
Exercice 5b:
Lees de zinnen en luister naar de tekst. Welke zinnen hoor je? Kruis deze aan.
Exercice 5c:
Lees de vragen en luister naar de tekst. Welk antwoord is juist? Kruis deze aan.



Slide 5 - Slide

Travailler aux exercices:
1 t/m 8
De regels

- Je werkt de eerste 10 minuten in stilte!
- Muziek luisteren mag met oordopjes!

- Vragen? Steek je hand op!

We ruimen onze spullen pas op, op het moment dat de docent dit zegt.
timer
10:00
Niet maken: 
1c, 4, 7b & 8b 

Slide 6 - Slide

Les devoirs
La prochaine leçon:
- Écouter (bron B)

Faire:
- exercice 1 t/m 8

Apprendre:
- voca A (Frans-Nederlands & Nederlands-Frans)

Slide 7 - Slide

Afsluiting
Ik wil graag even checken of de doelen van vandaag zijn behaald, of dat je hulp nodig hebt bij het behalen van de leerdoelen.



Pak je laptop en vul de code in (als je dat nog niet hebt gedaan), om de volgende vragen kort te beantwoorden.

Slide 8 - Slide


Leerdoel 1: ik ken woorden die te maken hebben met vakantie en ik kan deze gebruiken.
A
Onvoldoende
B
Goed
C
Ik heb hier hulp bij nodig

Slide 9 - Quiz

Tot de volgende les!

Slide 10 - Slide