3 Meten en meetkunde - 2 Oppervlakte

1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare school

This lesson contains 12 slides, with text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Leerdoel
Je leert rekenen met oppervlakte en oppervlaktematen.

Slide 2 - Slide

Oppervlakte
Wie de oppervlakte van een ruimte wil berekenen, doet dit door de lengte met de breedte te vermenigvuldigen. Je komt dan uit op een bepaald aantal vierkante meters.

Slide 3 - Slide

Oppervlakte
Oppervlakte = lengte x breedte

Slide 4 - Slide

voorbeeld
Op een terras passen 15 vierkante tegels van 1 bij 1 meter ( 1 x 1 m). De oppervlakte drukt je uit in M2. Je zegt vierkante meter. 
De oppervlakte van het terras is lengte x breedte = 5 x 3 = 15 m2.   

Slide 5 - Slide

Oppervlaktematen omrekenen
Bij het omrekenen kun je dit schema gebruiken:

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Oppervlaktematen
hm2 = hectare (ha)
dam2 = are (a)
m2 = centiare (ca)
Dus: 1 hm2 = 1 ha = 10 000 m2
Dus: 1 ha = 100 are = 10 000 ca

Slide 8 - Slide

Oppervlaktematen
1 km2 = 100 hm2
1 m2 = 100 dm2
1 m2 = 10 000 cm2
1 cm2 = 100 mm2

Slide 9 - Slide

voorbeeld
Hoeveel cm2 is 5m2?
Van m2 naar cm2 is 2 stappen naar rechts, dus
x 100 x 100 is dus x 10 000
5m2 = 5 x 10 000 = 50 000 cm2

Slide 10 - Slide

voorbeeld
Hoeveel ha is 16 000 ca
Van m2 naar cm2 is 2 stappen naar rechts, dus
x 100 x 100 is dus x 10 000
5m2 = 5 x 10 000 = 50 000 cm2

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide