Leer leren

leren leren
1 / 38
next
Slide 1: Slide
MentorlesMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

leren leren

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

timer
0:10
Leren leren is:

Slide 2 - Mind map

This item has no instructions

Zelfdiscipline

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Leren leren

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Slide 5 - Video

This item has no instructions

Leren

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Wat ga ik leren?
  • Inzicht: hoe leer ik nu en wat zijn mijn struikelblokken
  • Goede leermethodes
  • Ontdekken van mijn leerstijl 
  • Mindmappen & samenvatten
  • Hoe motiveer ik mezelf?
  • Hoe bereik ik mijn doelen?

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Slide 8 - Video

This item has no instructions

Wat is geen effectieve (goede) leermethode?
A
gespreid leren
B
jezelf toetsen
C
herlezen
D
jezelf vragen stellen

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Wat doe je zelf het meest?
gespreid leren
jezelf toetsen
herlezen
jezelf vragen stellen

Slide 10 - Poll

This item has no instructions

Wat is denk je het beste?
5 x 10 minuten leren
1 uur leren

Slide 11 - Poll

This item has no instructions

Welke manieren zijn er om jezelf te toetsen?

Slide 12 - Mind map

This item has no instructions

Zelf aan de slag met de leermethodes
De betere leermethodes:

  • Jezelf uitleggen
  • Jezelf toetsen
  • Gespreid leren
  • Mindmapping
  • Samenvatting maken

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Leerstijlentest
Doe de leerstijlentest om te weten wat voor jou het beste werkt.




Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Link

This item has no instructions

De vier leerstijlen

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Welke leerstijl heb jij?
actief
reflectief
beslisser
doener
denker
dromer

Slide 17 - Poll

This item has no instructions

Mindmappen?
Een mind map is een soort kaart buiten je hoofd
over wat er gaande is in je hoofd!

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Als ik aan het woord huis lees, dan...
Zie ik in mijn hoofd een plaatje van een huis.
Zie ik in mijn hoofd het woord huis verschijnen.

Slide 19 - Poll

This item has no instructions

Linker- en rechterhersenhelft

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Samenvatting schrijven & mindmap maken; hoe doe ik dat? 
Lees eerst de tekst door, markeer alle hoofdzaken en schrijf daarna in je schrift: 
  • Titel paragraaf (onderwerp)
  • Wat is de kern van de paragraaf (waar gaat de paragraaf over?)
  • Daaronder schrijf je van elk kopje (alinea) in 2 zinnen op wat de kern is, waarom is deze hoofdzaak belangrijk?
  • Houd elk kopje kort, zodat het overzichtelijk en bondig is. Schrijf dus niet alle tekst over maar alleen het belangrijkste!

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Tips bij maken samenvatting
  • Gebruik markeerstiften om de hoofdzaken te arceren, zodat je altijd in een oogopslag ziet dat dit de hoofdzaken zijn.
  • Maak notities van de uitleg van de docent, neem deze notities over in je samenvatting. Vaak komt het belangrijkste wat de docent uitleg ook terug op de toets. Schrijf dit onderaan je samenvatting op.
  • Leer de begrippen in flashcards. Op de voorkant van een papiertje schrijf je het begrip op en op de achterkant de betekenis. Laat jezelf overhoren door een ander, doe dit niet alleen.

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Slide 23 - Video

This item has no instructions

Tips bij maken mindmap
  • Gebruik takken en subtakken. Takken zijn de hoofdzaken en de subtakken leggen kort uit wat de hoofdtakken inhouden.
  • Schrijf 1 woord per tak op, houd het kort en duidelijk zodat je elke tak kort en duidelijk aan jezelf uitlegt
  • Gebruik bij elke tak een andere kleur, zo onderscheid je de informatie beter
  • Gebruik symbolen en teken plaatjes

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Motivatie!

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Ik weet wat ik later wil worden


Ik weet welke dingen mij energie geven

Ik weet wat ik leuk vind om te doen


Wat weet jij al over jouw motivatie?
Nee
Ja
Nee
Nee
Ja
Ja

Slide 26 - Drag question

  • Laat de leerlingen de vraag beantwoorden.


Soorten motivatie

Er zijn twee soorten motivatie: 
motivatie van buitenaf
en van binnenuit.

Slide 27 - Slide

  • Lees de slide voor. 
Extra informatie
De twee soorten motivatie waar we op doelen zijn autonome (willen) en gecontroleerde (moeten) motivatie. Autonome en gecontroleerde motivatie zijn toevoegingen op de 'Self Determination Theory' van Ryan en Deci. Meer informatie over deze theorie vind je in het artikel "Self-Determination Theory and the  Facilitation of Intrinsic Motivation, Social Development, and Well-Being" via deze link. Een overzicht van de verschillende soorten motivatie kun je vinden in het motivatiecontinuüm via deze link.



Motivatie van buitenaf

Bij deze soort motivatie doe je 
iets omdat het van iemand anders
 moet, omdat je een beloning krijgt 
of om een straf te voorkomen.
extrinsiek!

Slide 28 - Slide

  • Lees de slide voor.
Extra informatie:
Met motivatie van buitenaf bedoelen we gecontroleerde motivatie. Dit valt onder extrinsieke motivatie waar je niet voor kiest (Zie het motivatiecontinuüm in de vorige slide). Je vertoont gedrag enkel voor een beloning, het ontwijken van een straf van buiten of een negatief gevoel zoals schuld of schaamte.


Geef een voorbeeld van
motivatie van buitenaf.

Slide 29 - Open question

  • Laat de leerlingen de vraag beantwoorden. 
  • Vraag door op één of twee antwoorden.
Extra informatie
Uiteindelijk gaat een groot deel van de leerlingen naar school omdat het moet. Dat is dus motivatie van buitenaf. Hier kun je als leerling eigenaarschap over nemen door zelf na te denken over hoe en waarom je het, ondanks dat het moet, zou willen doen. Bijvoorbeeld door doelen te stellen of het op je eigen manier te doen waardoor het leuker wordt.


Motivatie van binnenuit

Bij deze soort motivatie doe je iets 
omdat je vindt dat het zinvol, 
nuttig of belangrijk is. Of 
gewoon omdat je het leuk vindt!
intrinsiek!

Slide 30 - Slide

  • Lees de slide voor.
Extra informatie
Met motivatie van binnenuit bedoelen we zowel autonome motivatie (hier kies je voor omdat je het belangrijk of zinvol vindt) als intrinsieke motivatie (dat zijn de dingen waar je 's nacht's voor wakker gemaakt mag worden). 


Geef een voorbeeld van
motivatie van binnenuit.

Slide 31 - Open question

  • Laat de leerlingen de vraag maken.
  • Vertel dat ze een voorbeeld kunnen opvragen op hun mobiel.
Motivatie hebben is de basis om aan de slag te gaan met een doel, of het nu voor school is of voor andere dingen...

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Wat motiveert jou
voor school?

Slide 33 - Mind map

This item has no instructions

Hoe motiveer jij jezelf
om je huiswerk te gaan maken?

Slide 34 - Mind map

This item has no instructions

Je leert goed voor een toets, omdat je je moeder blij wil maken. Dit is een voorbeeld van:
A
Intrinsieke motivatie, omdat je het voor je moeder doet.
B
Extrinsieke motivatie, omdat je het voor je moeder doet.
C
Intrinsieke motivatie, omdat je het zelf leuk vindt.
D
Extrinsieke motivatie, omdat je het zelf leuk vindt.

Slide 35 - Quiz

This item has no instructions

Je kan gemotiveerd worden door zelf doelen te stellen.
Een voorbeeld kan zijn: ik wil een diploma op tl/kaderniveau halen of ik wil later een mooie auto kopen. Maar ook veel kleiner door: ik wil alleen maar voldoendes op mijn eindrapport.

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Manieren om meer motivatie te krijgen
1) Stel doelen. Je kan iets niet bereiken als je niet weet wat je nastreeft. 
2) Kleine stapjes.
3) Verbeter jezelf. 
4) Geef jezelf een schouderklopje. 
5) Zet muziek aan! 
6) Zoek support. 
7) Wees aardig voor jezelf. 
8) Beslis wat je wilt doen, doe het en vooral: geniet ervan!

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag!
Ga een mindmap maken over je doel voor dit schooljaar en eventueel de rest van je middelbare schooltijd. 
Verwerk minstens:
  • Wat wil je bereiken;
  • Hoe wil je dat bereiken;
  • Welke hulp heb je daarvoor nodig;
  • Hoe houd je jezelf gemotiveerd.
Inleveren via Magister > Portfolio LOB

Slide 38 - Slide

This item has no instructions