Wij liepen naar Tygo en Jasper met een ijsje. Ze namen het aan, maar Tygo schopte me ineens. Ik stootte me daardoor hard tegen de tafel. Ze zijn echt gemeen soms, die jongens.
Slide 4 - Slide
Bezittelijk voornaamwoord
Les 4, blz. 175
Dit lokaal is van mij. Het is ............lokaal.
Die auto is van jou. Het is ............auto.
Dat katje is van hem. Het is ...........katje.
Die kleren zijn van jullie. Het zijn ........... kleren.
Deze kleren zijn van Nisa en Esila. Het zijn ......... kleren.
Slide 5 - Slide
Verwijswoorden
Les 4, blz. 175
Deze en dit (dichtbij)
Deze taart is van hem. ---> De taart
Dit blaadje is van jou. ---> Het blad
Die en dat (ver weg)
Die bal is van ons. ---> De bal
Dat café is van mijn vader. ---> Het café
Slide 6 - Slide
Maak zelfstandig
Les 5, blz.175 t/m 180
Les 6, blz.181 t/m 183
Schrijf de antwoorden in je schrift.
Les 5, blz. 174
Lees de theorie (oranje blok)
Maak opdracht 6 t/m 8
Les 6, blz. 181
Lees de theorie (oranje blok)
Maak opdracht 3 t/m 6, 8, 9 en 13
timer
30:00
Werk aan woordenschat!
Slide 7 - Slide
Huiswerk voor volgende week
Les 2, blz. 169 t/m 171
Les 3, blz. 172 t/m 174
Schrijf de antwoorden in je schrift.
Les 5, blz. 174
Lees de theorie (oranje blok)
Maak opdracht 6 t/m 8
Les 6, blz. 181
Lees de theorie (oranje blok)
Maak opdracht 3 t/m 6, 8, 9 en 13
Woordenlijst t/m 25
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
1x overtreden -> waarschuwing en naam op het bord
(kan gebeuren, geen consequenties)
2x overtreden -> uitroepteken achter je naam
(40 min nablijven op eerstvolgende maandag- of woensdagmiddag na je