woordjes en grammatica Kapitel 8 klas 2

Oefenen voor de toets Kapitel 8
1 / 22
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Oefenen voor de toets Kapitel 8

Slide 1 - Slide

vertaal : de schildpad
A
Das Schiltkröte
B
Die Schiltkrote
C
Die Schildkröte
D
Die Shildkröte

Slide 2 - Quiz

vertaal met lidwoord: de manen

Slide 3 - Open question

vertaal met lidwoord: der Kot

Slide 4 - Open question

vertaal met lidwoord: de spuit
A
die Spritse
B
die Spritze
C
der Spitze
D
der Schpritze

Slide 5 - Quiz

vertaal met lidwoord: de dierverzorger

Slide 6 - Open question

das Gemüse
het spreekuur
die Zahnschmerzen
de ziekte
die Sprechstunde
de groenten
de kiespijn
die Krankheit

Slide 7 - Drag question

vertaal met lidwoord: die Schlange

Slide 8 - Open question

vertaal: het lichaam
A
das körper
B
der Köper
C
der Korper
D
der Körper

Slide 9 - Quiz

Vervoegen werkwoorden met stam eindigen op -d/-t

Slide 10 - Slide

Seit wann ... du?
A
reitet
B
reitest

Slide 11 - Quiz

Ihr ... aber viel!
A
chattest
B
chattet

Slide 12 - Quiz

Warum ... er nicht?
A
antwortet
B
antwortest

Slide 13 - Quiz

Tim und Laura ... nicht mehr mit mir.
A
reden
B
redet

Slide 14 - Quiz

reden
... du gern über Geld?

Slide 15 - Open question

antworten
Ich ... immer schnell im Chat.

Slide 16 - Open question

reiten
Meine Schwester ... ein braunes Pony.

Slide 17 - Open question

Sleep de juiste vervoegingen naar de persoonlijke voornaamwoorden.
Plaats de volgende 7 woorden in de juiste vak.
ich
du
er
wir
ihr
Sie
arbeite
findet
heiraten
chattest
reitet
warten
wartest

Slide 18 - Drag question

Wat is de juiste vorm?
Ich [arbeiten] in einem Supermarkt.
A
arbeite
B
arbeitee
C
arbeitest
D
arbeit

Slide 19 - Quiz

Vervoeg het werkwoord.
Wir (antworten) immer, wenn unser Lehrer etwas fragt.

Slide 20 - Open question

Vervoeg het werkwoord.
Wo (reiten) er eigentlich?

Slide 21 - Open question

Slide 22 - Slide