Middenstuk: dit bestaat meestal uit meerdere alinea’s. In elke alinea vertel je iets over een deelonderwerp.
Onderwerp: waar een tekst over gaat. Het onderwerp bestaat meestal uit een, twee of drie woorden.
Publiek: de lezers van je tekst. Als je een tekst schrijft voor de schoolkrant, dan bestaat je publiek uit leerlingen, leraren en ouders.
Slot: dit is het laatste gedeelte van je tekst. Je kunt hier bijvoorbeeld een korte samenvatting schrijven of een tip geven aan je lezers.