Lang geleden dacht men al na over de structuur van Materie. Zo ging Leucippus (450 v. CHr) er vanuit dat materie uit kleine deeltjes bestaat. Wij kennen die nu als Atomen. Die atomen kunnen samengesteld worden tot moleculen.
Er zijn 118 atomen, en met die atomen kunnen wel miljoenen moleculen gemaakt worden.
Je kan het zo zien, de atomen zijn de letters, en de moleculen de woorden die je daarmee maakt.
En met de energie van moleculen wordt warmte aangeven, en die hebben we nodig voor onze natuurkunde les.
De energie die vrijkomt van de moleculen noemen ze warmte energie. Worden de moleculen nog warmer dan kunnen ze aan elkaar gaan zitten en gaan stromen , vloeibaar. Nog warmer, aan elkaar en gaan zweven, gasvorming.
Dit noemen ze faseveranderingen.
Warmtetransport
Geleiding
Stroming
Straling
Slide 4 - Slide
Warmte wordt in de natuurkunde gebruikt als energie die van een heet voorwerp naar een koud voorwerp gaat door middel van warmtetransport. En daar gaan we het met onze barbecue over hebben.
Er zijn drie manieren om (warmte)energie van een heet voorwerp naar een koud voorwerp over te dragen, geleiding, stroming en straling.
Geleiding vindt plaats in vaste stoffen en lukt goed met metalen. Vloeistoffen en gassen geleiden warmte nauwelijks. Metalen zijn goede geleiders, isolatoren
Geleiding in metalen is mogelijk doordat de atomen in metalen nestjes naast elkaar op een vaste positie zitten.
Als de temperatuur op een bepaalde plek in het metaal wordt verhoogd gaan de atomen daar heftiger en sneller trillen. Daardoor worden de atomen ernaast aangestoten en gaan ze meetrillen en zo wordt de warmte doorgegeven.
In dit filmpje zie je de werking van geleiding, en dat verschillende materialen verschillend geleiden.