Extra les grammatica (1BK)

Grammatica
Zinsontleding
1 basis 
1 kader
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Grammatica
Zinsontleding
1 basis 
1 kader

Slide 1 - Slide

Zinsontleding basis

(pv)
{ww-rest}
/zinsdelen/
(ond)

PV + ww-rest = WWG
Zinsontleding kader


(pv)
{ww-rest}
/zinsdelen/
(ond)
lv

PV + ww-rest = WWG

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Geef de persoonsvorm aan.
Pieter staat morgen voor de klas.
A
Pieter
B
staat
C
morgen
D
klas

Slide 4 - Quiz

Geef de persoonsvorm aan.
De leerlingen hebben hun toets gemaakt.
A
leerlingen
B
hun
C
gemaakt
D
hebben

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Video

Wat is het werkwoordelijk gezegde?
Ik fiets naar school.
A
fiets
B
Ik fiets
C
fiets naar school
D
naar school

Slide 7 - Quiz

Wat is het werkwoordelijk gezegde?
Wij hebben ons huiswerk gemaakt.
A
hebben
B
gemaakt
C
hebben gemaakt
D
wij hebben gemaakt

Slide 8 - Quiz

Uit hoeveel zinsdelen bestaat de zin?
Ik maakte gisteren mijn huiswerk.
A
twee
B
drie
C
vier
D
vijf

Slide 9 - Quiz

Uit hoeveel zinsdelen bestaat de zin?
Jan en Peter willen met fiets naar school gaan.

A
twee
B
drie
C
vier
D
vijf

Slide 10 - Quiz

Uit hoeveel zinsdelen bestaat de zin?
De leerlingen willen naar de Efteling gaan lopen.
A
een
B
twee
C
drie
D
vier

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Video

Wat is het onderwerp?
De kinderen maken hun eten in de pan.
A
de kinderen
B
maken
C
de kinderen maken
D
hun eten

Slide 13 - Quiz

Wat is het onderwerp?
Jullie krijgen volgende week een toets over grammatica.
A
krijgen
B
volgende week
C
een toets
D
jullie

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Video

Wat is het lijdend voorwerp?
De meisjes geven een cadeau aan de juf.
A
de meisjes
B
geven
C
een cadeau
D
aan de juf

Slide 16 - Quiz

Wat is het lijdend voorwerp?
Ik heb de moeilijke toets gisteren gemaakt.
A
Ik
B
de moeilijke toets
C
gisteren
D
heb gemaakt

Slide 17 - Quiz