8.2 grafieken 27-02

8.2 grafieken
8.2 Grafieken (blz. 158)
Materiaal: 
Rekenmachine, pen en potlood 

Startopdracht
Lees de paragraaf door in stilte

1 / 23
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

8.2 grafieken
8.2 Grafieken (blz. 158)
Materiaal: 
Rekenmachine, pen en potlood 

Startopdracht
Lees de paragraaf door in stilte

Slide 1 - Slide

Deze wiskundeles:
  • Herhaling: regelmaat 8.1

  • Lesdoelen: Theorie uitleg 8.2 
-Je kunt een tabel invullen bij een situatie met regelmaat
-Je kunt een grafiek tekenen bij een tabel met regelmaat

  • Huiswerk: Zelfstandig werken.



Slide 2 - Slide

Heeft deze tabel regelmaat?
Herhaling 8.1
A
wel regelmaat
B
geen regelmaat

Slide 3 - Quiz

Heeft deze tabel regelmaat?
Zo ja wat is de regelmaat dan?
A
Ja, de regelmaat is 1
B
Nee
C
Ja, de regelmaat is 20
D
Ja, per uur komt er €20 bij

Slide 4 - Quiz

tabel
grafiek

Slide 5 - Drag question

Tabel
Grafiek

Slide 6 - Drag question

8.2 Doelen
Je kunt een tabel invullen 
bij een situatie met regelmaat.
 
Je kunt een grafiek tekenen 
bij een tabel met regelmaat

Slide 7 - Slide

Je kunt een tabel invullen
bij een situatie met regelmaat
Bedenk zelf een situatie met 
regelmaat bij deze afbeelding

timer
1:00

Slide 8 - Slide

Je kunt een tabel invullen
bij een situatie met regelmaat
Overleg binnen je tweetal jouw 
bedachte situatie

timer
1:00

Slide 9 - Slide

Je kunt een tabel invullen
bij een situatie met regelmaat
Daan heeft 2500 gram 
hondenbrokken op voorraad. 
Zijn hond eet daar 
elke dag 250 gram van.

Voorraad hondenbrokken

tijd 
(dagen)
0
1
2
3
4
5
gewicht
(grammen)
?

Slide 10 - Slide

Je kunt een tabel invullen
bij een situatie met regelmaat
Daan heeft 2500 gram
hondenbrokken op voorraad.
Zijn hond eet daar
elke dag 250 gram van.


Voorraad hondenbrokken
tijd 
(dagen)
0
1
2
3
4
5
gewicht
(grammen)
2500

Slide 11 - Slide

Je kunt een tabel invullen
bij een situatie met regelmaat
Daan heeft 2500 gram
hondenbrokken op voorraad.
Zijn hond eet daar
elke dag 250 gram van.


Voorraad hondenbrokken
tijd 
(dagen)
0
1
2
3
4
5
gewicht
(grammen)
2500
?

Slide 12 - Slide

Je kunt een tabel invullen
bij een situatie met regelmaat
Daan heeft 2500 gram
hondenbrokken op voorraad.
Zijn hond eet daar
elke dag 250 gram van.

Voorraad hondenbrokken.

tijd 
(dagen)
0
1
2
3
4
5
gewicht
(grammen)
2500
2250

Slide 13 - Slide

Je kunt een tabel invullen
bij een situatie met regelmaat
Daan heeft 2500 gram
hondenbrokken op voorraad.
Zijn hond eet daar
elke dag 250 gram van.

Voorraad hondenbrokken.

tijd 
(dagen)
0
1
2
3
4
5
gewicht
(grammen)
2500
2250
?

Slide 14 - Slide

Je kunt een tabel invullen
bij een situatie met regelmaat
Daan heeft 2500 gram
hondenbrokken op voorraad.
Zijn hond eet daar
elke dag 250 gram van.

Voorraad hondenbrokken.

tijd 
(dagen)
0
1
2
3
4
5
gewicht
(grammen)
2500
2250
2000

Slide 15 - Slide

Je kunt een tabel invullen
bij een situatie met regelmaat
Daan heeft 2500 gram
hondenbrokken op voorraad.
Zijn hond eet daar
elke dag 250 gram van.

Voorraad hondenbrokken.

tijd 
(dagen)
0
1
2
3
4
5
gewicht
(grammen)
2500
2250
2000
?
?
?

Slide 16 - Slide

Je kunt een tabel invullen
bij een situatie met regelmaat
Daan heeft 2500 gram
hondenbrokken op voorraad.
Zijn hond eet daar
elke dag 250 gram van.

Voorraad hondenbrokken.

tijd 
(dagen)
0
1
2
3
4
5
gewicht
(grammen)
2500
2250
2000
?
?
?

Slide 17 - Slide

Je kunt een tabel invullen
bij een situatie met regelmaat
Daan heeft 2500 gram
hondenbrokken op voorraad.
Zijn hond eet daar
elke dag 250 gram van.

Voorraad hondenbrokken.

tijd 
(dagen)
0
1
2
3
4
5
gewicht
(grammen)
2500
2250
2000
1750
1500
1250

Slide 18 - Slide

Grafieken tekenen
situatie
tabel
grafiek

Slide 19 - Slide

Samen aan de slag
Wat
Paragraaf 8.2 11 t/m 16
Waarom
Zie leerdoelen
Hoe
In stilte voor 15 min, daarna samen
Tijd
tot 5 min. voor het einde van de les
Hulp
Vinger opsteken, maar pas na 5 min.
Klaar
Leerdoelencheck en lezen paragraaf 8.3
timer
10:00

Slide 20 - Slide

Aron werkt bij een garage. Per week krijgt hij een reiskostenvergoeding van € 2,50. Per uur verdient hij € 5.
Levi heeft een bijbaantje. Per uur verdient hij € 3.
Hij krijgt een reiskostenvergoeding van € 2.
Christy heeft een krantenwijk. Per maand krijgt ze € 5 fietsvergoeding en verdient ze € 3 per adres.

Slide 21 - Drag question

Ik kan bij een situatie een tabel maken en bij een tabel een grafiek tekenen
😒🙁😐🙂😃

Slide 22 - Poll

Lever hier opdracht 15 in (blz.151).
(Kijk ook na.)

Slide 23 - Open question