5.2 Gevolgen voor de herkomstgebieden 3VA 1 les

               



5.2 Wereld: Gevolgen voor de herkomstgebieden
Vandaag:
1) Uitleg & kennischeck 5.2 in 1
2) Maakwerk 5.2
1 / 33
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

               



5.2 Wereld: Gevolgen voor de herkomstgebieden
Vandaag:
1) Uitleg & kennischeck 5.2 in 1
2) Maakwerk 5.2

Slide 1 - Slide

Lesdoelen 5.2
- Je kunt de uitwerking van migratie op herkomstlanden uitleggen
- je kunt van verschillende dimensies positieve en negatieve effecten benoemen
- Je snapt wanneer retourmigratie (remigratie) op gang komt

Slide 2 - Slide

Klaar om aantekeningen te maken?


Maak een korte notitie van ieder begrip/concept met wat het betekent en een voorbeeld

Slide 3 - Slide

Wat waren ook alweer aspiraties en mogelijkheden als we het hebben over migratie?

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Syrië

Slide 6 - Slide

2010
2015

Slide 7 - Slide

2010
2015

Slide 8 - Slide

2020

Slide 9 - Slide

Bij welke dimensie hoort deze verandering in Syrië? De .... dimensie (antwoord in 1 woord)

Slide 10 - Open question

Demografische gevolgen van migratie
Door arbeidsmigratie verandert de omvang en samenstelling van de bevolking in het herkomstgebied:
  • Het gebied waar de migranten vandaan komen.
Demografie - de samenstelling van de bevolking (jong, oud, groot, klein, vrouw, man etc.)

Slide 11 - Slide

Bekijk de kaart. In welk welke stad verwacht je de meeste Syrische vluchtelingen als je uit gaat van de regel: ‘vluchtelingen verblijven meestal op de veilige plek die het dichtst bij hun herkomstgebied ligt’.
A
Beirut (Jordanië)
B
Istanbul (Turkije)
C
Amsterdam (Nederland)
D
Londen (Verenigd Koninkrijk)

Slide 12 - Quiz

Beschrijf hoe arbeidsmigratie tot een onevenwichtige bevolkingsopbouw in het herkomstgebied leidt

Slide 13 - Open question

Economische gevolgen van migratie
Arbeidsmigratie zorgt voor geldzendingen: geld dat arbeidsmigranten naar het herkomstgebied sturen

Slide 14 - Slide

Voor- & nadelen arbeidsmigratie voor herkomstland
Waar komen geldzendingen terecht?
Thuisblijvers investeren dit vaak in bedrijfjes, landbouw, scholen, gezondheidszorg en nieuwe huizen. 

Voordelen
  • Zo leiden deze zendingen tot een enorme verbetering van de families in herkomstgebieden.
  • Werkeloosheid neemt af.

Nadelen van arbeidsmigratie voor het herkomstland?
  • Meest ondernemende mensen gaan weg
  • Landbouwgrond wordt minder intensief gebruikt

Slide 15 - Slide

Wat zijn nog meer nadelen van geldzendingen voor herkomstgebieden
A
Er wordt weinig geproduceerd in eigen land
B
Geld wordt niet goed besteed
C
Afhankelijkheid van geldzendingen
D
Inkomensverschillen kunnen toenemen

Slide 16 - Quiz

Verschillen tussen groepen in de samenleving worden versterkt door remittances.
Leg aan de hand van "mogelijkheden" uit dat bestaande verschillen versterkt worden.

Slide 17 - Open question

Lesdoelen 5.2
Je kunt de uitwerking van migratie op herkomstlanden uitleggen
Je kunt van verschillende dimensies positieve en 
negatieve effecten benoemen
Deze les extra: Je kunt een aspiratie en mogelijkheden model aflezen en uitleggen met een voorbeeld
+ Je snapt wanneer retourmigratie (remigratie) op gang komt
Welke 2 dimensies waren dat?
Demografisch en economisch
Vandaag komt er sociaal-cultureel bij

Slide 18 - Slide

Sociaal-culturele gevolgen
Welke sociale en culturele gevolgen kan arbeidsmigratie hebben voor het herkomstland?
  • Thuisblijvers krijgen goede berichten en hierdoor meer aspiraties
  • Mensen met migranten in de familie krijgen een hogere status (verandering sociale stratificatie)
  • Mensen krijgen nieuwe ideeën, versnelling moderniseringsproces
  • Braindrain (hoger opgeleiden verlaten het land) / Braingain

Slide 19 - Slide


Slide 20 - Open question

Sociaal-culturele gevolgen
Welke sociale en culturele gevolgen kan arbeidsmigratie hebben voor het herkomstland?
  • Thuisblijvers krijgen goede berichten en hierdoor meer aspiraties
  • Mensen met migranten in de familie krijgen een hogere status (verandering sociale stratificatie)
  • Mensen krijgen nieuwe ideeën, versnelling moderniseringsproces
  • Braindrain (hoger opgeleiden verlaten het land) / Braingain

Slide 21 - Slide

Arbeidsmigratie kan leiden tot een braindrain. Hoe dan?
A
Goed opgeleide mensen gaan werken in het buitenland
B
Goed opgeleide mensen komen naar jouw land
C
Mensen die ergens anders hebben gestudeerd keren terug.
D
Goed geschoold personeel gaat dáár werken waar het werk is.

Slide 22 - Quiz

Migratie, ontwikkeling en retourmigratie

Met de termen ‘aspiraties’ en ‘mogelijkheden’ kun je voor mensen en gebieden voorspellen of er migratie zal plaatsvinden, of niet.

Slide 23 - Slide

Leg in je eigen woorden uit waarom welvaartsgroei in herkomstgebieden eerste leidt tot meer migratie, daarna tot minder migratie en uiteindelijk soms tot retourmigratie / immigratie

Slide 24 - Open question

Zelfstandig aan de slag
Laptop weg / of alleen open E-book.

Werken in opdrachtenboek
Maakwerk 5.2 opdracht 1 t/m 6

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Video

Geef 1 voorbeeld hoe een land braindrain (deels) kan omzetten in braingain?

Slide 27 - Open question

Wel of niet 
In een gebied met armoede:
  • Niet veel scholing
  • Niet bewust van betere mogelijkheden

Slide 28 - Slide

Wel of niet 
Stijgt het welvaarts- en opleidingsniveau, dan worden de aspiraties in de regel ook groter. 

Men droomt van een beter bestaan, maar er zijn nog niet genoeg mogelijkheden.

Slide 29 - Slide

Wel en niet
Als het nog beter gaat met de economie, nemen de aspiraties weer af. 

Men wil niet meer zo graag migreren en blijft liever in het welvarende gebied. 

Slide 30 - Slide

Wel en niet
Steeds vaker komen de mensen terug naar het gebied, en ontstaat er retourmigratie

Mensen verhuizen dan terug naar het land waar ze vroeger uit vertrokken zijn. 

Slide 31 - Slide

Paragraaf 5.2
Opdrachten bij 5.2: 1 t/m 6
Verbeter je antwoorden indien nodig!
Leer de begrippen van 5.2 

Slide 32 - Slide

Na deze les heb ik de volgende vraag:

Slide 33 - Open question