De behandeling bestaat uit medicamenteuze en psychologische interventies.
Antipsychotica (meest effectieve medicijnen in de psychiatrie):
Deze hebben vooral een onderdrukkend effect op de positieve symptomen. Bij ongeveer 70% van de patiënten verminderen de psychotische symptomen binnen enkele dagen tot weken. Effect op de onrust en gespannenheid treedt meestal binnen enkele uren op.
Bij te weinig therapietrouw kan een langer werkende dosis antipsychoticum (Haldol) intramusculair in de bilspier ingespoten worden (‘depot’-medicatie).
Antipsychotica hebben vervelende bijwerkingen zoals:
sufheid,
duizeligheid,
geheugenproblemen,
parkinsonisme of EPV’,
laattijdige bewegingsstoornissen (tardieve dyskinesie) zoals storende tics in het gelaat (ze treden soms op na maanden of jarenlange behandeling en blijven bestaan na stoppen behandeling).
orthostatische hypotensie,
mictieproblemen (urineretentie),
libidoverlies,
erectieproblemen,
onregelmatige menstruatie,
gewichtstoename,
verhoogde incidentie diabetes mellitus,
op lange termijn cardiovasculaire complicaties (gestoorde vethuishouding / lipiden).
Antipsychotica zijn onmisbaar bij de behandeling maar dan altijd in combinatie
met psychosociale aanpak.
Psychosociale aanpak:
Psychologische behandeling is in het algemeen niet gericht op volledig herstel maar
vooral op acceptatie van en optimale aanpassing aan de beperkingen in psychosociaal
functioneren. De volgende interventies zijn mogelijk: voorlichting over de aandoening,
gezinsgesprekken, cognitieve therapie, sociale vaardigheidstraining en
rehabilitatieprogramma’s gericht op (vrijwilligers) werk tot woonbegeleiding. Extra pyramidiale verschijnselen:
onnatuurlijk aandoende bewegingen zoals spiertrekkingen in het gezicht (rollende ogen, spiertrekkingen van de tong),
krampachtige strekking van het lichaam,
spierstijfheid,
moeizaam op gang komen na stilstaan of stilzitten,
juist niet in staat zijn om langdurig stil te staan of te zitten,
trillende vingers en handen,
maskerachtige uitdrukking van het gezicht.