Paragraaf 2.2 Wonen in de stad

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Welkom bij aardrijkskunde

Je bent stil tot..

Dit weet je al

Doen

Terugkijken

Wat ga je zo doen?

Doen

Dit leer je nu

Wat moet je doen?	De stilteopdracht van paragraaf 2.1 maken
Hoe moet je dat doen?	Ga op je laptop naar It's learning. Ga naar de map van aardrijkskunde en maak de opdracht die in de stilteopdrachten map zit. Bekijk en lees eerst de powerpoint dia's en beantwoord de vragen.
Hulp	Geen - als je een vraag niet begrijpt, sla je de vraag over.
Tijd	10minuten
Klaar	Lezen paragraaf 2.1 Kijk terug; paragraaf 2.1 opdracht 2b en 6a verbeteren. Ga daarna verder aan je inkleuropdrachten in het werkboek

Vorige keer

Geen vingers

Niet roepen!

Dit weet je al

Dit leer je nu

Doen

Terugkijken

Het oudste deel van een stad met oude gebouwen, smalle straten en weinig open ruimte.

Het deel van de stad waar veel voorzieningen en bedrijven zijn.

Een deel van een stad waar wonen de belangrijkste functie is.

Dit weet je al

Doen

Dit leer je nu

Terugkijken

Een deel van de stad met fabrieken, kantoren en grote winkels

Een stad met de eraan vastgegroeide dorpen en steden.

Dit weet je al

Dit leer je nu

Doen

Terugkijken

Check!

1. Waarom zijn er kleine en grote nederzettingen?
2. Hoe zijn deze opgebouwd?

2.2 Wonen in de stad

Deelvraag: 

§2: Welke verschillen zijn er tussen wijken in een stad?

Lesdoel(en)

Aan het einde van de les kan je:

• Je kunt uitleggen waarom het soort huizen in een stad per wijk verschilt.

• Je kunt uitleggen hoe de prijs van woningen invloed heeft op wie er in een wijk kan wonen.

• Je kunt op foto’s de ouderdom van wijken in een stad herkennen en deze koppelen aan een stadsplattegrond van die stad.

Begrippen

suburbanisatie, urbanisatie, welvaart

Dit weet je al

Doen

Terugkijken

Wat ga je zo doen?

Doen

Dit leer je nu

Wat moet je doen?	De opdrachten van paragraaf 2.2 in het werkboek maken. Je maakt opdracht 3 en 7 eerst.
Hoe moet je dat doen?	Ga in je werkboek naar blz. 29 en maak opdracht 3. Ga daarna naar blz. 30 en maak opdracht 7
Hulp	Als je het niet begrijpt, vraag je het eerst aan je buurman of buurvrouw. Daarna aan de docent.
Tijd	15 minuten
Klaar	Lezen paragraaf 2.3 Maak op blz. 32, opdracht 2 en 3 (ook schrijven)

Check!

Waarom zijn er verschillende soorten huizen in verschillende wijken?

Dit weet je al

Doen

Terugkijken

Wat ga je zo doen?

Doen

Dit leer je nu

Wat moet je doen?	De opdrachten van paragraaf 2.2 in het werkboek afmaken. Je maakt opdracht 3 en 7 eerst.
Hoe moet je dat doen?	Ga in je werkboek naar blz. 29 en maak opdracht 3. Ga daarna naar blz. 30 en maak opdracht 7
Hulp	Als je het niet begrijpt, vraag je het eerst aan je buurman of buurvrouw. Daarna aan de docent.
Tijd	15 minuten
Klaar	Lezen paragraaf 2.2 Maak opdracht 2 t/m 8 in de online methode (Geo LRN) Leren voor het SO

Huiswerk: noteer in je agenda

25 november	SO aardrijkskunde
Lesboek	Paragraaf 2.1 en 2.2 Bladzijde 24 - 27
It's learning	Begrippenlijst oefenen

Verdiepend artikel

https://www.nationalgeographic.nl/geschiedenis-en-cultuur/2020/01/wat-de-wereld-kwijt-kan-raken-een-conflict-met-iran

Exit Ticket
Hoe goed heb je de les begrepen?

😒🙁😐🙂😃