This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Dodendherdenking en Bevrijdingsdag
Slide 1 - Slide
This item has no instructions
Leerdoel
Aan het einde van deze les kun je 20 woorden uitleggen die te maken hebben met de Dodenherdenking en Bevrijdingsdag en kun je het verhaal dat erbij hoort navertellen.
Slide 2 - Slide
Vertel de leerlingen wat ze aan het einde van de les zullen kunnen doen.
Wat weet jij al over de Dodenherdenking en Bevrijdingsdag?
Slide 3 - Mind map
This item has no instructions
Dodenherdenking
De Dodenherdenking is op vier mei en dan herdenken we alle slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog en oorlogssituaties en vredesmissies nadien.
Slide 4 - Slide
Leg kort uit wat de Dodenherdenking is.
Bevrijdingsdag
Bevrijdingsdag is op vijf mei en dan vieren we dat Nederland bevrijd is van de Duitse bezetting.
Slide 5 - Slide
Leg kort uit wat Bevrijdingsdag is.
Tweede Wereldoorlog
De Tweede Wereldoorlog was een wereldwijde oorlog tussen 1939 en 1945 waarbij ook Nederland betrokken was.
Slide 6 - Slide
Leg kort uit wat de Tweede Wereldoorlog was.
Verzet
Mensen die zich tegen de Duitse bezetting verzetten, noemen we verzetsstrijders.
Slide 7 - Slide
Leg uit wat verzetsstrijders zijn.
Jodenvervolging
Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden Joden vervolgd en vermoord door de Duitse bezetters.
Slide 8 - Slide
Leg uit wat de Jodenvervolging was.
Anne Frank
Anne Frank was een Joods meisje dat tijdens de Tweede Wereldoorlog ondergedoken zat in Amsterdam. Haar dagboek is wereldberoemd.
Slide 9 - Slide
Vertel kort wie Anne Frank was.
Canadezen
Op Bevrijdingsdag worden ook de Canadezen herdacht die Nederland bevrijd hebben.
Slide 10 - Slide
Leg uit wie de Canadezen waren en wat ze gedaan hebben.
Vrijheid
Vrijheid betekent dat je kunt doen wat je wilt, zolang je anderen maar niet schaadt.
Slide 11 - Slide
Leg kort uit wat vrijheid is.
Nationale Herdenking
De Nationale Herdenking is op de Dam in Amsterdam en wordt uitgezonden op televisie.
Slide 12 - Slide
Vertel kort wat de Nationale Herdenking is en waar deze plaatsvindt.
Kranslegging
Tijdens de Dodenherdenking worden er kransen gelegd bij verschillende monumenten.
Slide 13 - Slide
Leg uit wat kranslegging is en waarom dit gedaan wordt.
Taptoe
Tijdens de Dodenherdenking wordt er om 20:00 uur 's avonds twee minuten stilte gehouden en wordt de Taptoe geblazen.
Slide 14 - Slide
Leg uit wat de Taptoe is en waarom deze gespeeld wordt.
Bevrijdingsvuur
Het Bevrijdingsvuur wordt ontstoken in Wageningen en naar andere steden gebracht.
Slide 15 - Slide
Leg uit wat het Bevrijdingsvuur is en waarom deze ontstoken wordt.
Vrijheidsmaaltijd
Op Bevrijdingsdag wordt er vaak een Vrijheidsmaaltijd georganiseerd.
Slide 16 - Slide
Vertel kort wat een Vrijheidsmaaltijd is en waarom deze georganiseerd wordt.
Vrijheidslied
Het Vrijheidslied is een lied dat speciaal voor Bevrijdingsdag geschreven is.
Slide 17 - Slide
Leg uit wat het Vrijheidslied is en waarom deze geschreven is.
Vlaggenprotocol
Op Bevrijdingsdag en Dodenherdenking zijn er regels voor het hijsen van de Nederlandse vlag.
Slide 18 - Slide
Leg uit wat het vlaggenprotocol is en waarom deze regels er zijn.
Speldjes
Tijdens Bevrijdingsdag kun je vaak speldjes kopen om te laten zien dat je vrijheid belangrijk vindt.
Slide 19 - Slide
Leg uit wat de speldjes zijn en waarom deze verkocht worden.
Liberation Route
De Liberation Route is een route die langs verschillende plekken gaat die belangrijk waren tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Slide 20 - Slide
Leg uit wat de Liberation Route is en waarom deze belangrijk is.
Verhalen
Op Bevrijdingsdag worden er vaak verhalen verteld door mensen die de oorlog hebben meegemaakt.
Slide 21 - Slide
Leg uit waarom het belangrijk is om verhalen te vertellen over de oorlog.
Dankbaarheid
Op Bevrijdingsdag zijn we dankbaar voor de vrijheid die we hebben.
Slide 22 - Slide
Leg uit waarom we dankbaar zijn voor onze vrijheid.
Verhaal
Op Bevrijdingsdag vieren we onze vrijheid en herdenken we de mensen die daarvoor hebben gestreden.
Slide 23 - Slide
Vertel het verhaal van Bevrijdingsdag en waarom we deze dag vieren.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 24 - Open question
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Slide 25 - Open question
De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 26 - Open question
De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.